Stone

9.6K 588 62
                                    

Goed, ik zal de "spelregels" van de wedstrijd even gaan uitleggen. Hier komen ze:
1. Het is de bedoeling dat je een personage bedenkt. Bijvoorbeeld een verre achternicht die langskomt, een nieuwe vriend of vriendin van April, het maakt allemaal niet uit. Niets is te gek.

2. Beschrijf de persoonlijkheid van je bedachte personage.

3. Leg uit hoe je je bedachte personage wilt introduceren in TWM (hierbij zal ik natuurlijk helpen)

4. Als je personage door de eerste ronde komt, gaan we bedenken wat voor verhaallijn het personage krijgt, hoe groot de rol wordt, etc.

5. Win je de wedstrijd dan ga je dus helpen bij de hoofdstukken waar het personage in voor komt. Dus dan bedenk in feite ook een "deel" van TWM.

Hahaha, nou dat was het wel zo'n beetje, ik hoop dat de "spelregels" nu duidelijk zijn en dat jullie allemaal lekker aan de slag kunnen!!!! Een tip: houd mijn profiel in de gaten, regelmatig zal ik updates plaatsen over het verloop van de wedstrijd of eventuele aanpassingen van de "spelregels". Ik wens jullie veel plezier met het bedenken/uitwerken van een personage! Heel veel succes, Xxx



~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

'April, alsjeblieft...praat toch met me.' Smeekte Collin me. Hij zat tegenover me op mijn bed en hield mijn hand vast. Ik staarde hem aan, mijn hoofd leeg van gedachtes. Er was niks, gewoon helemaal niks. Enkel en alleen de leegte.
Iedere dag kwam Collin bij me, vertelde me wat ik voor huiswerk moest maken en wat er besproken was tijdens de lessen. Hij gaf me updates van het leven in de echte wereld. Ik daarentegen leefde in mijn eigen veilige cocon waar ik alles en iedereen buiten kon sluiten.
'Dit duurt nu al drie weken...alsjeblieft...' Iedere dag werd hij wanhopiger, probeerde van alles om me op te vrolijken en me te laten spreken.
Maar ik wilde niets zeggen.
Ik wilde gewoon stil zijn.
De stilte, de zwijgzaamheid, het was iets waaraan ik me kon vastklampen. Het hield me levend.
Zonder dat zou ik verdrinken in mijn eigen tranen, zou ik verlamd worden door de pijn in mijn hart. Ik ontving de leegte liever met open armen dan de andere optie.
Nu hoefde ik aan niets te denken, nu hoefde ik geen emoties toe te laten. Ik hoefde hem niet toe te laten in mijn hoofd. Hoewel ik maar al te goed wist dat het niet helemaal werkte.
Want hij kwelde me nog altijd tijdens mijn slaap.
Hij was altijd aanwezig in mijn dromen.
Altijd...
Ik wilde het niet, ik wilde hem uitbannen.
Maar het lukte niet, hij had een litteken achtergelaten op mijn ziel. Een litteken dat nooit zou verdwijnen...hoe hard ik ook probeerde het voor eens en altijd uit te wissen.
Hij had een plekje in mijn hart weten te veroveren, en zo gemakkelijk was het niet om iemand daar weg te krijgen.
'April...toe nou...'
Ik opende mijn mond, zag de hoop in Collins ogen. Maar toen sloot ik hem weer, verzegelde mijn lippen. Ik was sterk, ik was niet zwak.
Ik zou dit volhouden, zou me eraan vastklampen.
Dit was namelijk het enige dat me overeind hield.
Het enige dat ik op dit moment had.
Collin zuchtte, kwam overeind, pakte zijn tas en haalde er wat formulieren uit. Hij legde het op mijn bureau en keek me aan, 'je huiswerk...ik zie je morgen wel weer April.' Hij liep naar de deur, wierp nog een hoopvolle blik over zijn schouder en verdween.
Morgen zou hij terugkomen.
En ik zou kijken of hij zich aan die belofte hield.
Tot nu toe deed hij het, dag in dag uit.
Telkens kwam hij weer langs.
Maar wie zei dat dat voor eeuwig zo zou blijven? Misschien gaf hij de hoop ook wel op...wie zou het zeggen?
Want uiteindelijk deed iedereen dat toch? Je in de steek laten zonder ook maar iets van spijt te voelen? Mason had het gedaan, dus waarom Collin ook niet? Het was mogelijk...
Morgen zou ik erachter komen of hij zich aan de stilzwijgende belofte hield.
Morgen...dan zou hij weer komen.
Ik keek iedere dag weer uit naar die bezoekjes, blij als hij kwam en somber als hij weer vertrok.
Ik had zijn naam kunnen zeggen, ik had ervoor kunnen kiezen om te vragen of hij langer wilde blijven. Maar dat had ik niet gedaan.
Natuurlijk niet.
Want ik sprak niet meer, ik was een zwijger.
Ik was de stilte geworden.
Het was rustgevender dan je zou verwachten.
Niets zeggen...het was gemakkelijk, bijna te gemakkelijk. Net zo simpel als de woorden die uit zijn mond waren gekomen, net zo simpel als het in duizend stukjes breken van iemands hart.
Ja, het was heel gemakkelijk.
Je hield namelijk gewoon je mond dicht en zei...helemaal niets dus. Dat was alles.
Dat waren de spelregels van mijn nieuwe zelfbedachte spelletje. Ik was de enige speler.
Niemand speelde met me mee.
Ik kwam overeind en liep naar het bureau.
Ik bekeek de mapjes met formulieren die Collin neer had gelegd. Kunst, geschiedenis, journalistiek en iets nieuws...
Ik pakte het vreemde mapje op, er stond geen vak op. Ik opende hem, haalde de papieren eruit.
Dit was geen huiswerk.
Het waren tekeningen, allemaal tekeningen.
Waren deze van Collin? Ik wist niet eens dat hij zo goed had leren tekenen in de tijd dat ik niet meer op school was verschenen. Toen ik hem had leren kennen maakte hij nog vingerverf schilderijen. Ik grinnikte bijna, bijna bij de herinnering aan die eerste schilderles met Collin.
We hadden elkaar helemaal onder gesmeerd met verschillende kleuren verf. Het was voor hem, voordat ik hem mocht, voordat ik iets voor hem ging voelen. Mijn hart was toen nog heel.
Ik legde de verschillende tekeningen op de grond neer en ging erbij zitten, bekeek ze allemaal.
Bossen, bergen...wolven...
Dat was niet heel erg verrassend, Collin behoorde tot zijn Roedel, hij was ook een wolf.
En toen viel mijn oog op een hele andere soort tekening. Het was geen landschap, geen wolf.
Hij had mij getekend.
Mij...
Maar waarom? Waarom zou hij mij tekenen?
Ik moest zeggen, de tekening was prachtig.
Hij was heel erg gedetailleerd.
Ik was van opzij getekend, kijkend naar iets in de verte, ik staarde de donkere bossen in.
Het was niet iets dat ik herkende, dus hij had me gewoon willekeurig in zijn tekening getekend.
Ik ging door de andere tekeningen die nog in het mapje zaten en vond meer tekeningen van...mij.
Ik fronste, ik begreep er niets van.
Wat was Collins reden om mij zo vaak te tekenen? Ze waren prachtig, dat wel...maar het was vreemd. Het beangstigde me zelfs een beetje.
Collin was mijn vriend...maar dit...
Voelde hij iets voor me? Was het voor hem meer dan vriendschap? Durfde hij het me soms niet te vertellen? Was hij bang...
Ik vond de meest nieuwe tekening, hij was nog niet helemaal af. Ik stond erop, net zoals bij de andere tekeningen. Maar ik was niet alleen...
Hij stond er ook op.
Ik zoog sissend lucht naar binnen.
Ik had hem zo lang niet gezien en nu zag ik hem op deze tekening...tranen welden op in mijn ogen. Het was alsof de wond opnieuw werd opengehaald, net nu ik de leegte had gevonden en de pijn diep had weggestopt.
Het kwam weer terug, alles in één keer.
Zijn blik, zijn aanraking...zijn lippen op de mijne...
De deur vloog open.
Het was Collin, hij leek nogal in paniek.
Toen hij me op de grond zag zitten met al zijn tekeningen om me heen, werden zijn ogen groot van schrik. 'April...het is niet wat-wat je...wat je denkt. Ik-ik...' Stotterend zocht hij naar woorden.
Hij schoot snel naar voren en verzamelde alle tekeningen, stopte ze weer in het mapje.
Ik keek hem aan, mijn hand met daarin die ene tekening trilde heftig. 'Wat-is-dit?' Ik herhaalde woord voor woord. Mijn stem klonk vreemd, rauw, misschien omdat ik hem zo lang niet meer gebruikt had. Hij verplaatste zijn gewicht van het ene been naar het andere, zenuwachtig keek hij om zich heen. Hij keek overal naar, behalve naar mij. Toen hij mijn stem hoorde verstijfde hij, 'je...je praat.' Hij leek verbaasd, vervolgens begon hij breed te glimlachen. 'April, je praat!'
Hij knielde bij me neer en sloeg zijn armen om me heen, trok me dicht tegen zich aan.
Ik duwde hem weg, bij mij vandaan.
'Collin, wat-is-dit!' Snauwde ik boos.
Hij trok wit weg, 'mijn tekeningen...' zei hij op een onschuldige toon, maar ik trapte er niet in.
'Collin!'
Hij stak zijn handen in de lucht ter overgave.
'Goed, goed...ik geef toe dat ik je graag tekenen, maar wat dan nog. Je bent een mooi meisje April.' Hij keek me strak aan.
'Je vind me mooi...' Fluisterde ik zacht.
Hij knikte en glimlachte verlegen, 'ja...ik vind je mooi...ik vind je prachtig, toen ik je voor het eerst zag vond ik je al het allermooiste meisje dat ik ooit had gezien.' Ik knipperde met mijn ogen, vocht tegen de tranen. Ik slikte moeizaam en keek weg. 'Echt?' Piepte ik.
Ik voelde zijn handen, hij hield mijn gezicht voorzichtig vast, alsof het breekbaar was.
Hij dwong me hem aan te kijken.
'Echt waar April...' Mompelde hij.
Ik wist niet waarom ik het deed, wat mijn reden was...maar ik deed het.
Ik kuste Collin...

Meer te weten komen over TWM, When Angels Fall of Forever In Love? Volg me dan ook op Twitter: @Anna_Kriztina  


True Wolfs Mate (16+) SLOWLY EDITINGTempat cerita menjadi hidup. Temukan sekarang