Verbaasd knipper ik in mijn ogen. Gelijk ontmoeten de mijne die van mijn broer. De felle groene ogen waar ik me nu zo veilig bij voelde. 'Ik breng je naar huis, boo', fluisterde hij dicht tegen mijn oor aan en hield me dicht tegen zijn lichaam aangedrukt. Angstig klampte ik mijn armen rond zijn hals en liet mijn hoofd tegen zijn borst rusten. Ik hoorde de muziek niet meer, alleen het zachte gefluister van mensen. Ik hoorde ze mijn naam uitspreken, op een walgende manier. Terwijl Ruby hier de oprichter was van al het kwaad. Maar tegen Ruby ingaan was iets wat je beter niet kon doen, en dat wist iedereen die hier was. Het verbaasde me dan ook dat mijn broer me naar huis bracht. Hij koos voor zijn eigen zusje. Het klinkt voor andere misschien heel logisch in de oren, maar het is tijden terug dat hij het voor me opnam. Hij stond altijd aan de zijkant toe te kijken hoe ik de grond in werd geboord.
"Met de grote rugzak in mijn handen huppelde ik het schoolplein op. Een nieuwe schooldag, nieuwe hoop. Verschillende kinderen zaten op de klimtoestellen op het schoolplein. Ik liep met een glimlach naar ze toe en ging erbij zitten. Maar net wanneer ik plaats nam, ging iedereen weg. Verbaasd keek ik ze na, en zag Ruby, mijn beste vriendin op me afkomen lopen. 'Je rokje zit te hoog', grijnst ze breed. Verbaasd kijk ik omlaag en zie mijn rokje inderdaad te hoog zitten waardoor mijn onderbroek zag. Beschaamd kleur ik rood terwijl ik hem omlaag trek. 'Je staat zo voor gek!'. De tranen sprongen in mijn ogen, terwijl ik de knuffel die in mijn hand zat geklemd bijna dood kneep. Meneer Flappie. 'Je bent stom, lelijk en overigens niet mijn vriendin'. 'Maar-'. 'Mijn vriendinnen zijn veel knapper dan jij'. En daar liet ze me achter, alleen. Ergens achteraan het schoolplein zag ik mijn broer staan met zijn vriendjes. Ze waren ouder, en waren allemaal naar me aan het lachen. Iedereen kon zich niet meer inhouden. Het enige wat mijn broer deed was een scheve glimlach, niet wetend wat te doen. Hij hielp me niet, waardoor ik huilend wegrende. Nooit had ik gedacht dat dit het begin zou zijn van alle ellende die nog zou komen."