the badboy helps me ( Deel 1 En 2)

hoofdstuk 29

pov Sanne

als onze lippen elkaar bijna raken wordt er op de deur geklopt. We ontwaken allebei uit onze trance en kijken richting de deur die open gaat. Lars staat daar en zegt dat we gaan eten. Ik loop naar de deur en dan naar beneden.

Ik ga aan de tafel zitten en wacht tot de rest er ook is. 'wat wou je vader eigenlijk van je Sanne?' vraagt Lars die tegenover me zit. Ik kijk Steve aan en kijk dan weer weg. 'hij wou praten over me moeder. Of ze nu gelukkig is met Gerard.' zeg ik met een neppe glimlach. 'en is ze gelukkig.' ik knik. Ik weet dat me moeder gelukkig is. Alleen daar kwam mijn vader dus niet voor. Ik eet rustig mijn eten op en ga daarna naar de woonkamer. De jongens spelen een spel en ik zit te appen met vriendinnen.

Sanne: Heey ik heb een vraag, het ging thuis niet goed met Sam en toen ben ik bij zijn vrienden willen jullie misschien hier ook komen wonen.

Lotte: wow wacht jij woont bij hun.

Sanne: ja en het valt nog wel mee. En ik krijg een eigen kamer en als jullie ook komen jullie ook. Ik voel me echt alleen hier. Please!

Lotte: ik ga het vragen maar als ze stom doen ben ik weg.

Lisa: ik mag jeey eindelijk weg hier!!

Chantal: ik mag ook ik moet alleen elke dag bellen of appen. Hoe bezorgd kan je zijn.

Sanne. Jeey ik hou van jullie.

Lotte: ik mag ook en ik moet zeggen dat me pa bij de politie werkt :) :)

Sanne: ik hou van jullie allemaal.

'Me vriendinnen mogen hier komen van hun ouders. Jullie vinden het nog steeds goed toch?' 'ja tuurlijk wie allemaal?' ik kijk naar Steve en glimlach. 'Lotte, Lisa en Chantal.' als ik Chantal zeg zie ik dat Jasper moet blozen. Ik kijk hem vragend aan en hij kijkt meteen weg. Ik kijk op de klok en het is al 10 uur. 'ik ga naar boven.' 'ik kom ook zo.' zegt Steve tegen me. Ik glimlach naar hem.

Als ik boven ben kleed ik me om en ga in het bed liggen. Ik kijk wat op instagram en dan komt Steve binnen. 'goede leugen van je vader.' zegt hij tegen me hij komt naast me liggen en kijkt me aan. 'ik wil gewoon dat niemand weet dat.' ik kom niet veder want hij drukt zijn lippen op die van mijn. Ik zoen hem terug.