Hoofdstuk 3.6

1.4K 11 2
                                    

“We hebben een auto gestolen,” fluisterde ik toen Olivia de oprit opreed van de snelweg. Ik merkte dat ik helemaal aan het trillen was, zo eng had ik het gevonden. “We hebben het echt gedaan. Oh god.” Ik sloeg mijn hand voor mijn mond en keek Olivia met grote ogen aan.

Die had tot mijn grote verbazing juist een enorme grijns op haar gezicht. Ze keek even opzij naar mij en lachte kort toen ze mijn gezichtsuitdrukking zag, maar keek al snel weer voor zich. “Zoë, relax,” grinnikte ze. “We zijn er toch goed van af gekomen? Het is precies volgens plan verlopen.”

Ik knikte even, ook al was ik het nog helemaal niet met haar eens. We waren er helemaal niet goed vanaf gekomen. Die scharrel van Olivia’s moeder had overduidelijk gezien dat wij zijn auto hadden gestolen en hij zou ons dus ook hoogstwaarschijnlijk aangeven. Wat betekende dat de politie naar ons zou gaan zoeken en we misschien wel in de bak belandden. Volgens mij waren we er echt niet goed vanaf gekomen.

“En nu?” vroeg ik met een trillende stem. “Wat doen we nu?” Gingen we gewoon rijden en zagen we wel waar we uit kwamen? Ik keek even opzij richting de stad, waar we met hoge snelheid langsreden. Olivia kon verrassend goed autorijden, ze manoeuvreerde de oldtimer met gemak tussen alle auto’s door. Ik had werkelijk geen idee wanneer ze dat had geleerd, want als ik het goed had, had ze nog niet eens een rijbewijs.

“Kijk eens even in mijn tas,” zei Olivia terwijl ze naar achteren gebaarde. “Volgens mij zit er in het zijvakje een kaart.” Ik knikte even en draaide me half in mijn stoel zodat ik haar tas naar me toe kon trekken. Ik ritste het vakje open en haalde daar inderdaad een grote kaart uit. Met de kaart op mijn schoot keek ik weer naar Olivia. “Ik zou zeggen,” grijnsde ze terwijl ze vlug even opzij naar mij keek. “Kies een plek uit hier dichtbij. Dan zullen we daar als eerst naar toe gaan.”

Weer keek ik naar de kaart. Gewoon een plek uitkiezen? Ik vouwde de kaart open en zocht New Orleans op. Als ik het goed had, reden we nu richting het noorden. Ik besloot dus ook maar een plaats ergens in een noordelijke staat uit te kiezen waar we naar toe konden rijden. Ik legde mijn vinger op de kaart tot ik een plaatsnaam had gevonden in de staat Mississippi die me wel bekend voor kwam. Naar mijn weten was het een stad van redelijk formaat, maar wel met een behoorlijk aantal minder inwoners dan New Orleans.

“Wat wordt het?” vroeg Olivia nog steeds met een grijns op haar gezicht. “Heb je al wat uitgekozen?” Ze gaf een zacht rukje aan het stuur zodat de auto naar links ging en we weer een paar andere auto’s passeerden.

Ik knikte even en drukte mijn vinger op de plek. “Greenville,” las ik voor en keek vervolgens naar Olivia. “Vind je dat goed?” Misschien had ze zelf wel hele andere wensen en wilde ze juist hele grote steden bezoeken voor we uiteindelijk bij onze eindbestemming aan kwamen.

“Greenville,” herhaalde Olivia mij peinzend. Ze stuurde de auto weer richting de rechter rijbaan en keek vervolgens grijnzend naar mij. “Greenville, here we come.” Ze wiebelde kort met haar wenkbrauwen en drukte toen de radio van de auto aan, waardoor gelijk muziek door de auto schalde. Olivia begon gelijk mee te zingen en ik glimlachte even.

Het was een heel gek idee dat we hier zo in de auto zaten en op weg waren naar een stad waar we nog nooit eerder waren gekomen. Maar ondanks het feit dat ik mijn familie nooit meer terug zou zien, ik mijn oude leven nu definitief achter me had gelaten en we een auto hadden gestolen, merkte ik toch wel dat ik iets van vreugde voelde. Het zou nu eindelijk beginnen en onze eerste stop was Greenville.

Schijn bedriegtWhere stories live. Discover now