Hoofdstuk 62

1.3K 100 19
                                    

We staan in de grote aankomsthal van dit paleis.

Chanel plakt zoals altijd weer aan Casper en ik sta met Lynn een stukje verder op. Het doet me vandaag niet meer zo veel wat Chanel bij Casper doet.

"Jullie gaan straks dus naar Duitsland?" zegt Lynn met een klein knikje naar Casper.

"Ja", antwoord ik.

"En je laat mij achter met haar?" zegt Lynn op een grappig toontje.

"Ja", antwoord ik weer en grijns.

Lynn zucht overdreven.

"Je hoeft niet met haar om te gaan, hè", zeg ik lachend.

Lynn lacht. "Het komt wel goed met mij. De vraag is of het straks nog goed gaat met Casper als Chanel hem eindelijk los heeft gelaten. Ik denk dat hij nu al misselijk wordt."

Ik kan het niet laten om heel hard te lachen wat me vragende blikken van Casper en Chanel op levert.

Lynn haalt onschuldig haar schouders op.

"Maar over werk. Ik weet niet voor hoe lang Casper en ik wegblijven." Ik kijk haar bezorgt aan. Ze moet strakjes waarschijnlijk weer alles alleen doen.

Ze zucht overdreven. "Geen zorgen. Ik vind wel een nieuw werk maatje", zegt ze lachend.

Ik kijk haar nep boos aan. "Niemand verplaatst mij", zeg ik overdreven en zet mijn armen in mijn zei.

"Oké, oké", zegt ze lachend.

"Even iets heel anders", zegt Lynn en ze knijpt haar ogen samen. "Ik heb gehoord dat je bij onze prins bent wezen slapen."

"Sttt. Hoe weetje dat?" fluister schreeuw ik.

"Wij bediendes roddelen", zegt Lynn schouderophalend.

Ik kijk haar vragend aan.

"Ah, kom op. Wilde je het mij ooit nog gaan vertellen", zegt ze.

"Ja, op een goed moment", zeg ik en kijk naar Casper.

Lynn grijnst. "Is er gister nog iets gebeurt?" vraagt ze. Ze wrijft haar handen bij elkaar en speelt met haar wenkbrauwen.

"Nee", zeg ik snel.

"Wilde je het?" Ze kijkt me aan met een pedo-face.

"Lynn!" zeg ik.

"Kom op. Ze kunnen je niet horen. Je kunt het mij best zeggen", dringt ze aan.

Ik geef haar een waarschuwende blik en ga er verder niet op in.

"Milo! Kom je?" vraagt Casper even later.

"Ja", zeg ik en knik.

"Succes", zegt Lynn en haar ogen staan nu serieus. Ze weet waarom we naar Duitsland gaan. Ze ziet er bijna bezorgt uit.

Ik knik en geef haar een bemoedigende blik. "Dank je."

"Doei, Lynn", zegt Casper en hij loopt mij voor naar een andere kamer waar zijn ouders op ons wachten. Zij wilde alleen van ons afschreid nemen.

Zodra de deur open gaat bespringt Cassandra Casper bijna. De tranen staan letterlijk in haar ogen.

"Waarom moet je gaan?" mompelt ze steeds.

Casper antwoordt niet en wrijft troostend met zijn hand over haar rug.

Ik loop voorzichtig langs Cassandra en Casper de kamer binnen.

Ik sta ongemakkelijk bij de zijkant van de kamer.

Hendrik komt op mij aflopen.

"Ik vind het heel dapper dat je dit doet", zegt hij.

Ik haal mijn schouders op. "Ik heb niet echt een keus."

"Ik meen het. Niet iedereen zou zomaar doen wat jij nu doet. Ook al zouden ze nog zo verliefd zijn op Casper", fluistert hij.

"Wat? Hoe weet u dat?" vraag ik snel ook op fluister toon.

"Ik vermoede het", zegt hij lachend.

Ik kijk beschaamd naar de grond.

De koning knikt. "Ik denk dat ik Casper maar even ga bevrijden uit zijn moeders armen", zegt ze koning lachend en duwt Casper en Cassandra zachtjes uit elkaar.

Cassandra huilt nu met grote snikken en loopt naar mij toe. "Sorry, dat je me zo moet zien", zegt ze en wrijft haar tranen snel weg. Wat geen zin heeft, want er vormen gelijk nieuwe in haar ogen.

"Het maakt niet uit", zeg ik en leg voorzichtig mijn hand op haar schouder.

Voor dat ik het doorheb heeft Cassandra mij ook in een knuffel getrokken. "Wil je strakjes op Casper passen voor mij?" vraagt ze.

Ik sta een beetje verstijft in haar armen en knik. "Ja", antwoord ik.

"Dank je", fluistert ze in mijn oor.

"Let ook op je zelf." Ze laat me los en gaat op arm lengte staan. Ze wrijft haar tranen weg en ik knik nog een keer.

Casper en Hendrik praten op een dringende toon met elkaar. Ik kan niet verstaan wat ze zeggen, maar zo te zien ziet het er erg formeel uit.

Casper knikt voor de laatste keer.

"Het is tijd om te gaan, Milo", zegt Hendrik en loopt naar mij toe. Hij legt zijn hand op mijn schouder en knijpt er kort in.

Buiten staat een limousine al op ons te wachten. Ik ben onderhand gewend geraakt aan het feit dat Casper met een limo reist. Ik vind het nog wel geweldig dat ik mee mag reizen.

Onze chauffeur staat bij de deur en houdt die open voor ons.

Als we bijna willen instappen roept Cassandra: "Stop!" Ze komt op ons afgerend en trekt Casper in een knuffel.

Voordat ik het doorheb trekt ze mij er ook bij de knuffel. "Het komt goed, mam", fluistert Casper.

Ze laat ons los. "Oké, nu mogen jullie gaan", zegt ze.

Ik knik naar haar en ben de eerste die instapt.

Casper stapt ook in en de chauffeur doet de deur voor ons dicht.

Ik ga op het bankje zitten tegen de achterruit aan. Casper komt naast mij zitten.

Er staan allemaal hapjes voor ons klaar, maar ik heb totaal geen trek. Mijn ontbijt kreeg ik al amper naar binnen.

Cassandra staat nog steeds voor het raam van de limo en ze zwaait. Ze glimlacht en de tranen rollen over haar wangen.

Hendrik komt naar haar toe gelopen en slaat zijn armen om haar heen.

Ze doen een stap naar achteren en de moter onder ons komt in beweging.

Ik draai me om, zodat ik beter door het raam kan kijken. Ik kijk het kasteel na terwijl we weg rennen.

Wanneer ik het kasteel helemaal niet meer kan zien draai ik me naar Casper.

Hij is helemaal bleek. Ik voel me meteen schuldig dat ik niet eerder aan hem gedacht had.

Ik glimlach voorzichtig naar hem. Hij glimlacht terug, maar zijn ogen lachen niet mee zoals ze gewoonlijk doen.

Ik pak zijn hand vast en vlecht zijn vingers door de mijnen. Ik weet niet waar ik deze moed vandaan haal. Alleen dat dit het goede moment is.

Casper kijkt van onze handen naar mijn ogen en knijpt dan zachtjes.

 Fijne koningsdag!

Cinderella but than different ✅Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu