Hoofdstuk 108

141 8 1
                                    

Eva

Ik hoor hoe Sepp aan Marion vraagt of papa en mama pijn hebben, omdat we huilen. Zachtjes legt ze uit dat papa en mama huilen omdat ze heel verdrietig zijn dat Thom naar de hemel gaat. Ik voel Sepps kleine handje in mijn nek friemelen, 'niet huilen mama', fluistert hij in mijn oor. 'Thom is een sterretje in de hemel en in de hemel is het heel erg fijn'. 

Ik ben verbaasd dat hij daadwerkelijk iets heeft begrepen van het verhaal wat Wolfs en ik aan hem hebben verteld. Over mensen die sterretjes worden en naar de hemel gaan. Hij geeft een slijmerig kusje op mijn natte wang en legt dan zijn kleine handje op de mijne. Mijn zicht is troebel geworden door mijn tranen. Ik pers een voorzichtige glimlach over mijn lippen en kriebel geruststellend door Sepps haren.

Nadat het liedje is afgelopen, zingen de vrienden van Fleur een ontroerende cover van everglow. Dan is het einde van de dienst aangebroken. Met ons gezin brengen we Thom naar de afscheidsruimte. Wolfs en ik beide met een uitgeput meisje tegen ons aan en onze armen om elkaar heen geslagen. Rafael loopt hand in hand met Fleur en heeft Sepp op zijn arm. Zo staan we verslagen als gezin, onze zoon en broertje uit te zwaaien. 

'Dag lieve, kleine Thom', snik ik, terwijl ik met mijn hand over het kistje aai. 'Slaap lekker kleine broer, tot in de hemel', fluistert Fleur. 'Welterusten allerliefste Thommie', snikt Wolfs met overslaande stem. 'Fly high little one', mompelt Rafael. 'Dag Thom, veel plezier met de sterretjes', zwaait Sepp enthousiast met zijn kleine handje. Zijn onbevangenheid is aandoenlijk, het lijmt mijn gebroken hart enigszins. 

Als de crematoriummedewerker Thom meeneemt, blijven we stilletjes achter. Ik wil door de klapdeuren achter de man aan rennen en hem tegenhouden. Ik wil Thom nog één laatste keer vasthouden. Ik wil hem nog één laatste keer voelen schoppen in mijn buik. Ik wil nog één keer over zijn neusje aaien, nog één keer zijn kleine lichaampje op mijn borst voelen. Ik wil nog honderd laatste keren met Thom. Een leven lang voor het laatst. 'Hij is echt weg', prevel ik, dan werp ik me in Wolfs' armen. 

Ik voel hoe Pip tegenstribbelt op mijn arm, maar heb even geen ruimte in mijn hoofd om haar te troosten. Ik huil met lange uithalen op Wolfs' schouder, zijn warme tranen druppen in mijn nek. 'Ik weet het Eef', snikt hij, 'ik weet het'. Ik voel dat Fleur en Rafael hun armen om ons heen slaan en hoe Sepp zijn armpjes stevig om onze halzen slaat. Snikkend staan we in de benauwde ruimte. Een gebroken gezin met een kind tekort.

Wolfs

Verslagen lopen we het crematorium uit. Het voelt alsof ik een deel van mezelf achterlaat, ik knijp stevig in Eva's hand. Ik zie vanuit mijn ooghoek hoe ze een traan van haar wang veegt. Sepp huppelt jubelend voor ons uit. Hij heeft anderhalf uur keurig stil gezeten en moet nu even zijn energie kwijt. De aanblik van de vrolijke peuter steekt. 

Thom zal nooit zo voor ons uit huppelen. We gaan hem nooit horen lachen, hij zal ons nooit de oren van ons hoofd kletsen. Sepp is een weerspiegeling van alles wat wij nooit van Thom zullen meemaken.

Marion heeft zich ontfermt over de tweeling en Fleur en Rafael gaan thuis even bijkomen. 'De zon schijnt', zegt Eva zachtjes. Ik knik, een kleine glimlach trekt over mijn gezicht. Ik zie hoe de warme zonnestralen, de vers gevallen sneeuwvlokken laten glinsteren. 'Het is alsof Thom ons toe lacht', zeg ik tegen haar. 'Ik vind het fijn', glimlacht ze kleintjes, 'ik vind jóu fijn', ze legt haar hoofd tegen mijn schouder. 

Op de parkeerplaats wil ik de auto instappen, maar Eva's hand op mijn onderarm houdt me tegen. 'Wolfs', klinkt het kleintjes. 'Ja', zeg ik vragend. Ze slaat haar ogen neer, met mijn vinger strijk ik langs haar wang. 'Eva', zeg ik wat dwingender. 'Toen ik ehhm.. in het ziekenhuis na Thom.. toen ik zei dat ik eronderdoor zou gaan', stottert ze, 'toen dacht ik echt even, dat het nooit meer goed zou komen'. 

Fleva Forever AfterWo Geschichten leben. Entdecke jetzt