Hoofdstuk 53

189 3 4
                                    

Lieve mensen bedankt voor het duimen! Er is reden voor een feestje want ik ben gebeld met het goede nieuws dat ik van september 2023 tot januari 2024 een hele toffe minor mag gaan volgen in Finland. De komende tijd ga ik het heel druk hebben met het regelen van allerlei papierwerk en het zoeken van een huis maar ik ga mijn best doen om te blijven uploaden. 

Bij een feestje horen natuurlijk cadeautjes dus bij deze mijn cadeau aan jullie: een extra deeltje, veel leesplezier! Oh mocht je nog iemand kennen met een appartement of huis in Finland die dat voor een paar maanden wil verhuren aan een vrolijke psychologiestudent, HMU.

*De weken vliegen voorbij en voordat ze met hun ogen kunnen knipperen is Eva alweer dertig weken zwanger. Haar buik is nu net zo groot als bij Sepp met veertig weken en hoewel het steeds zwaarder wordt, probeert ze toch zoveel mogelijk te genieten van de laatste loodjes. De bureaudienst komt haar ondertussen wel haar neus uit, maar ze kijkt ook niet per se uit naar haar verlof. 

Ze is van plan om zo lang mogelijk door te werken en dat mag tot uiterlijk zesendertig weken. Ondertussen wordt Wolfs een beetje kierewiet van Eva's bemoeienis met al zijn zaken, al vindt hij het ergens ook wel lekker dat ze meedenkt. Romeo is dan wel een goede hoofdagent, hij is geen rechercheur en dat wordt af en toe pijnlijk duidelijk.*

Wolfs

Ik loop samen met Romeo onder het rood-witte afzetlint van de PD door, een collega wenkt ons om ons in te lichten over de situatie. Ik knik naar het lichaam onder het witte laken op de stoep, 'wat hebben we'. De collega leest zijn aantekeningen op, 'Robbie Smit, zesentwintig jaar. Een bekende van ons, dealde in wiet en pillen. Van dichtbij neergeschoten met twee kogels, één in de rug en de andere in het achterhoofd, hij was vrijwel direct dood'. 

Ik knik, 'is de familie al op de hoogte gebracht'. 'Er wordt op dit moment gezocht naar zijn familie, maar het lijkt een beetje een einzelgänger', legt mijn collega uit. Vanuit mijn ooghoek zie ik hoe Romeo met een getuige in gesprek is, dan valt mijn oog op twee jonge kinderen in een van de politieauto's. 'Wie zijn dat', vraag ik. 'Zijn dochters, ze hebben alles gezien', zucht hij triest. 

Ik knik, 'en waar is hun moeder'. 'Twee jaar geleden overleden', mompelt mijn collega. 'Oké bedankt, ik wil dat die meisjes naar het bureau gebracht worden. Hoe jong ze ook zijn, ik wil toch even met ze praten'. 'Wordt geregeld', knikt mijn collega, hij overhandigt mij een plastic zakje met de identiteitskaart, de portemonnee en het horloge van het slachtoffer. 

'Succes nog', knikt hij. 'Bedankt', brom ik. Ik loop richting Romeo, 'en', zeg ik vragend. 'De schutter droeg een zwarte capuchontrui, zwarte joggingbroek en zwarte sneakers. Schoot twee keer vanaf ongeveer drie meter afstand, terwijl de man zijn dochters in de auto zette. Daarna ging hij er vandoor in de richting van de bibliotheek volgens mevrouw', hij knikt naar de getuige die inmiddels een eindje verderop staat. 

'Ze dacht wel dat ze een pluk blond haar vanonder de capuchon vandaan zag pieken'. 'Nou, zwarte trui, broek en schoenen, dat schiet lekker op', zucht ik. 'We moeten met die kleintjes gaan praten', mompel ik. 'Moet dat echt', zucht Romeo, 'ik ben daar niet zo goed in'. 'Ik vraag Eva wel om te helpen, die is goed met kinderen', knik ik naar hem en bel Eva op. 

'Met Eva', klinkt er zakelijk door de telefoon. 'Hey Eef met mij, ben je in voor een beetje recherchewerk', vraag ik. 'Altijd', antwoord ze resoluut, 'wat heb je'. 'Ik heb hier twee jonge meisjes die getuigen zijn van de moord op hun vader. Ik kan jouw hulp goed gebruiken bij het afnemen van een verklaring bij die kleintjes', informeer ik haar. 'Hoe jong', vraagt ze. 

'Een kleuter en een meisje van een jaar of zes', schat ik. Ik hoor Eva even slikken. 'Oké, laat maar weten als je weer op het bureau bent. Ik zet vast wat dingen klaar', klinkt er terug door het toestel. 'Fijn, tot zo', brom ik. 'Haye', sluit Eva opgewekt af. Romeo staat al op mij te wachten bij de auto met de meisjes, 'we brengen ze zelf wel naar het bureau', brom ik. 

Fleva Forever AfterKde žijí příběhy. Začni objevovat