Hoofdstuk 11

327 4 1
                                    

Eva

Als ik na een halfuurtje eindelijk ook een tiende naam op mijn lijstje heb gezet, zucht ik opgelucht. 'Klaar', roep ik triomfantelijk en ik zwaai met het briefje door de lucht. 'Vanwaar dit enthousiasme', vraagt Wolfs, 'het moeilijkste deel komt nu nog hoor'. 'Je moet de kleine overwinningen ook vieren Wolfs', zeg ik eigenwijs. Hij haalt zijn schouders op, 'wat jij wil', dan knikt hij naar de lijstjes, 'zullen we maar dan'. Ik knik, 'yep'. We leggen onze lijstjes naast elkaar.

Olle, Guus, Casper, Otis, Mats, Vic, Ted, Sepp, Ties, Stijn

Stijn, Max, Sepp, Gijs, Cas, Stef, Jesse, Siem, Ralph, Bram

'Mmhh', kritisch kijk ik naar Wolfs' lijstje. 'Hé Sepp hebben we allebei', merkt Wolfs op. 'Zullen we die maar nomineren voor de tweede ronde dan', vraagt hij, ik knik. 'Ik vind Guus of Gijs ook heel erg leuk', zeg ik. 'Ik vind Guus leuker dan', zegt Wolfs, 'dat is wat minder populair dan Gijs'. 'Oké', stem ik in, 'dan nomineren we Guus ook'. 

'Stef op jouw lijstje, is ook wel echt een leuke, stoere naam', zegt Wolfs. 'Het klinkt ook wel goed met onze namen', zeg ik, 'Floris, Eva, Fleur en Stef'. Hij knikt, 'ja het klinkt lekker vlot'. Snel schrijf ik Stef onder de andere twee namen op het lijstje. 'Ik vind Siem toch ook nog heel leuk hoor', wijs ik, 'dat is niet zo populair en wel een stoere naam'. 

Wolfs knikt instemmend, 'Siem klinkt ook wel goed bij onze namen, schrijf maar op'. 'Nog eentje', zeg ik. 'Deze', vraagt Wolfs en hij wijst naar Ted. Ik schud mijn hoofd, 'dat is wel leuk voor een klein jongetje, maar niet meer als hij dertig is'. Wolfs grinnikt naast mij, 'heb jij ooit een 30-jarige Cas gezien, dan', zegt hij snuivend. 

'Hé', zeg ik verontwaardigd en duw tegen zijn schouder, 'ik dacht dat we een naam gingen kiezen, niet elkaars namen afkraken'. 'Sorry', grijnst hij en hij houdt zijn handen verontschuldigend in de lucht. Ik schenk hem een glimlach. Hij slaat zijn armen om me heen en drukt een kus op mijn slaap. 

'Ik stem voor Max, van jouw lijstje', zegt hij dan en hij schrijft de naam als laatste op het lijstje, voordat ik er iets tegenin kan brengen. 'Nu hebben we deze nog over', zegt hij, en hij leest het lijstje op. 'Sepp, Guus, Stef, Siem en Max'. 'Dit is toch moeilijker dan ik dacht', puf ik. 'Het is ook niet niks', zegt Wolfs, 'je kind draagt deze naam voor de rest van zijn leven bij zich'. 

'Dit helpt niet Wolfs', zeg ik met een moeizame glimlach. 'En hoe zit het met de tweede en derde naam', stuurt Wolfs vakkundig bij het onderwerp voornaam vandaan. 'Daar heb ik net over nagedacht', glim ik trots. 'Kijk', zeg ik en ik schrijf de twee namen op het briefje dat ik naar Wolfs schuif. 'De eerste naam is naar Maurice en de tweede naar jou. Dan wordt hij vernoemd naar zijn oom en zijn vader, dat is toch lief', zeg ik zachtjes.

Verbaasd wijst hij naar de eerste naam, 'heet Maurice zo'. Ik knik, 'het is zijn tweede naam' leg ik uit. Wolfs leest de namen een paar keer hardop, dan kijkt hij mij aan, 'ik vind het prachtig Eef', zegt hij dan. 'Daar passen Sepp, Stef en Siem ook goed bij', wijst hij. 'Kunnen we die voornaam even laten voor wat het is dan', vraag ik, 'ik ben doodop'. 

Hij knikt, 'tuurlijk Eef, oh nog één dingetje doen', hij buigt zich voorover en fluistert de twee namen tegen mijn buik. 'Vind jij dit ook mooi garnaal', vraagt hij zachtjes, ik voel een harde schop aan de rechterkant van mijn buik. 'Volgens mij wel hoor', zeg ik grinnikend, 'hij reageert in ieder geval op een deel van zijn naam'.

*****

*Eva is inmiddels 37 weken zwanger. Ze heeft tot het laatste moment doorgewerkt, maar vier weken voor de bevalling moest ze dan toch echt met verlof. Hoewel ze nog maar een krappe week is gestopt met werken, verveelt ze zich nu al te pletter. Ze heeft al haar puzzelboekjes doorgespit en ze is ook wel een beetje uitgekeken op haar rubikskubus. 

Alle series op Netflix en videoland heeft ze al een keer of drie bekeken en HBO heeft ze ook wel zo'n beetje uitgespeeld. Daar komt nog bij dat ze nu met haar dikke buik ook niet even een lekker stuk kan gaan rennen. Want hoewel de baby nog steeds niet is ingedaald, drukt haar buik behoorlijk op haar blaas en andere organen en drukt het extra gewicht pijnlijk op haar bekken. 

Bovendien moet ze nu elke week naar de verloskundige, als een soort ziekenhuispatiënt. En het feit dat mensen zo spastisch doen over het feit dat ze elk moment kan bevallen, maakt haar helemaal gek. Maar het allerergste vindt ze nog wel, dat Wolfs heel de dag mag doen wat zij eigenlijk het liefste doet. Werken, dat is wat ze het meeste mist.*

Eva

Zo goed en zo kwaad als het gaat sta ik op van de bank, om voor de zesde keer dit uur te gaan plassen. Het is meer een soort rolbeweging die ik maak, want mijn buikspieren zijn heel ver te zoeken op dit moment. Als een soort walrus rol ik me op mijn zij, om vervolgens rechtop te gaan zitten. Met een diepe zucht sta ik op. 

Het is heerlijk hoor die zwangerschap en die trappelende voetjes, maar heel soms ben ik er even helemaal klaar mee. Ik sleep mezelf de trap op, naar het toilet in de gang. Ondertussen werp ik even een blik op de klok, het is pas elf uur zie ik. Hoe ga ik in hemelsnaam deze ellenlange dag doorkomen. Mijn maag rommelt. Nog zoiets, denk ik bij mezelf. 

Ik heb de hele dag door honger, het is echt niet normaal meer. Nou is Wolfs heel lief en hij heeft hij allemaal maaltijden voor me gekookt. En die keurig in gelabelde bakjes in de koelkast gezet, voor mij tijdens mijn verlof. Als ik mezelf het krap geworden toilet uit gewurmd heb, loop ik weer naar beneden de keuken in. Hongerig trek ik de koelkast open, ik scan de verschillende labeltjes. 

Spaghetti, lasagne, curry, dan valt mijn oog op iets wat ik niet kan weerstaan. BAMI. Ik gris het bakje uit de koelkast en zet het even in de magnetron. Als Wolfs dit eens zou zien, denk ik grinnikend bij mezelf, ik kan hem bijna horen mopperen. 'Eva van Dongen, dat heerlijke eten doe je toch niet in de magnetron. Dat hoor je even op te warmen in de oven of een pan, dat is toch een kleine moeite'. 

De gedachte aan Wolfs, verspreidt een warm gevoel door mijn lichaam. God wat hou ik van die man en wat mis ik hem nu. Ik ben benieuwd of hij het een beetje uit kan houden met Romeo. Wolfs kennende gaat hij het Romeo niet makkelijk maken, hopelijk kan Marion een beetje bemiddelen tussen die twee. Het gepiep van de magnetron onderbreekt mijn gedachtestroom. 

Terwijl ik watertandend het hete bakje voorzichtig uit de magnetron vis, valt mijn oog op het namenlijstje op tafel. Snel gris ik een vork uit de bestek la en pak het briefje en een flesje water van tafel. Met het eten in mijn hand en het waterflesje en het briefje onder mijn arm, schuif ik de pui naar buiten open. 

Op mijn blote voeten loop ik door het gras, naar de hangmat achter in de tuin. Het is warm buiten voor begin juli en de felle zonnestralen branden op mijn huid. Ik nestel me in de hangmat in de schaduw en begin gulzig de bami naar binnen te werken. Ondertussen heb ik op mijn telefoon een website gevonden die de betekenis van namen weergeeft. 

Snel typ ik Siem in, 'luisteraar of verhoorder', lees ik. 'Hmm' hum ik tevreden, 'verhoorder, hoe toepasselijk'. Het doorzagen van verdachten tijdens een verhoor, is tenslotte een van onze specialiteiten. 

Max betekent volgens de site, 'de grootste, afgeleid van het Latijnse maximus, een eretitel voor succesvolle legeraanvoerders'. Wolfs zal vast groot fan zijn van deze betekenis, lekker klassiek, hij houdt van geschiedenis, cultuur en kunst. 

De naam Sepp, levert twee betekenissen op. Ofwel, 'god voorziet en maakt beter', ofwel, 'god geve vermeerdering of god voege toe'. De tweede vind ik eigenlijk wel toepasselijk, aangezien dat letterlijk is wat er gebeurt, er wordt een nieuw gezinslid toegevoegd. 

Guus betekent, 'eerwaardig, geheiligd of verheven'. Een betekenis die me niet direct heel erg aanspreekt. Maar de gedachte aan een klein jongetje met de naam Guus, laat mijn hart dan wel weer smelten. 

De laatste naam die ik opzoek is Stef. Volgens de website betekent het, 'de bekroonde'. Ik vind dat wel een mooie betekenis om mee te geven aan mijn zoon. Hij is tenslotte de kroon op onze liefde. 

Terwijl ik mijn hoofd achterover laat hangen, draaien de radartjes in mijn hoofd overuren. De namen dansen door mijn hoofd, Sepp, Guus, Stef, Siem, Max, het is zo moeilijk kiezen. Ik draai een kwartslag in de hangmat en sla mijn benen over de rand, ongeduldig schommel ik heen en weer. Ik kijk nog een keertje op mijn horloge, twaalf uur pas. Het duurt nog zeker zes uur voordat Wolfs weer thuis is. 

Fleva Forever AfterWhere stories live. Discover now