Hoofdstuk 48

218 4 1
                                    

Gelukkig nieuwjaar allen! Voor iedereen die net als ik nog niet kan slapen vanwege het vuurwerk en de gezelligheid, een nieuw deeltje op de late avond. En voor iedereen die al wel lekker ligt te slapen en de nieuwjaarsochtend relaxt begint, is dit misschien wel een herkenbaar hoofdstukje om het nieuwe jaar mee te beginnen. Veel leesplezier!

*Het is zeker nog tot drie uur onrustig buiten en als iedereen rond half vier naar bed gaat, giert de adrenaline nog door hun lijf. Het loopt al tegen elven voordat iedereen op 1 januari aan de ontbijttafel zit. De gezellige avond van gisteren heeft zijn sporen nagelaten, de heren verbijten zich tegen hun kater en de kleintjes zijn ook nogal chagrijnig. Daarnaast is het de laatste dag van de vakantie en vertrekken ze aan het eind van deze dag helaas alweer naar huis.*

Eva

Iedereen zit verfrommeld aan tafel, de alcohol en het slaaptekort hebben er behoorlijk ingehakt. Wolfs drukt twee paracetamol uit de pillenstrip, spoelt ze met een glas water weg en geeft de strip door aan Romeo. Ik buig me over Wolfs' schouder, 'heb je een kater', vraag ik pesterig. 'Hmpf', bromt hij. 'Ja dus', grijns ik en ik druk een zoen op zijn wang. 

Sepp zit morrend aan zijn boterham terwijl zijn zus hem gapend aanspoort om te eten. Danai en ik zijn de enige die redelijk fris aan tafel zitten. 'We kunnen die jonkies, nog prima bijhouden', knikt ze lachend naar de drie studenten binnen ons gezelschap, die aan kop van de tafel, kreunend aan de koffie zitten. 

'Vanavond liggen ze weer in hun eigen bed, kunnen ze lekker bijslapen', mompel ik terwijl ik zelf ook een kop koffie inschenk. 'Wil je ook', vraag ik aan Danai terwijl ik de koffiekan in de lucht houdt. Ze knikt, 'ja lekker', en geeft me haar kopje aan. Kibbelend wordt er verder ontbeten, nadat de tafel is afgeruimd vertrekt iedereen naar boven om vast spullen in te pakken. 

Ik begin met mijn eigen spullen, de meeste kledingstukken liggen verspreid over de vloer, in sneltreinvaart raap ik alles van de grond en gooi het op het bed. Wolfs vouwt ondertussen al zijn kleding netjes op en sorteert zijn was vast op kleur. Ik daarentegen hou mijn tas open en kieper alles er zo in. Hoofdschuddend kijkt hij naar me, 'zo pak je toch geen kleren in Eef'. 

'Hoezo niet', brom ik schouderophalend, 'we gaan naar huis en alles moet toch in de was'. Wolfs snuift alleen maar en gaat dan onverstoorbaar verder met het keurig inpakken van zijn koffer. Boven op de kleren prop ik mijn schoenen en dan loop ik de badkamer in, om mijn toilettas in te pakken. Snel poets ik nog even mijn tanden en borstel mijn haren, dan pak ik alle spulletjes in. 

Met mijn toilettas onder mijn arm, loop ik de slaapkamer weer in, waar Wolfs nog steeds bezig is met vouwen. Ik prop mijn toilettas boven op de enorme berg kleding die uit mijn tas puilt. 'Dat past toch nooit', hoor ik Wolfs achter me zeggen. 'Moet jij eens opletten', mompel ik eigenwijs terug. Ik ga resoluut boven op mijn tas zitten, in de hoop de berg kleding wat kleiner te maken. 

Ik trek de ritssluitingen uit alle macht naar elkaar toe en stukje bij beetje glijdt de rits over de sluiting. Ik worstel met mijn uitpuilende kledingstukken en sjor kreunend aan de tas. Achter me hoor ik Wolfs gniffelen, 'lukt het Eef'. 'Het gaat prima', pers ik over mijn lippen, woest duw ik tegen mijn uitstekende gympen en dan trek ik snel aan de rits. Krakend kruipt de rits verder. 

Als ik nog wat harder trek, protesteert de rits gevaarlijk, hij staat op knappen. Dan schiet de sluiting dicht, opgelucht blaas ik uit en veeg het denkbeeldige zweet van mijn voorhoofd. 'Zo die zit dicht', puf ik, 'ik zei toch dat het zou passen'. Tevreden kijk ik naar de normaal gesproken rechthoekige sporttas, de tas zit nu zo vol dat hij cirkelvormig is geworden. 

De rits staat onder zoveel spanning, dat het lijkt of de tas elk moment uit zijn voegen kan barsten, maar hij zit wél dicht. Wolfs pakt onverstoorbaar de laatste dingen in en trekt dan zonder enige moeite de rits van zijn keurig ingepakte koffer dicht, 'tadaa', grijnst hij triomfantelijk. 

Fleva Forever AfterWhere stories live. Discover now