Hoofdstuk 106

136 6 1
                                    

Wolfs

Gebroken word ik wakker. Het voelt alsof ik helemaal niet heb geslapen vannacht, mijn hoofd klopt en bonkt. Mijn lichaam is helemaal op, het verdriet heeft me vanbinnen opgegeten. Ik lig op mijn rug en staar naar het plafond, Eva rommelt een beetje in de badkamer. Mijn ogen volgen de nerven in de houten balken tegen het plafond boven mijn hoofd. De deur gaat open en de houten slaapkamervloer kraakt als Eva eroverheen sluipt. 

'Hey', zegt ze zachtjes, 'je bent wakker'. Ik knik en wrijf met de rug van mijn hand over mijn gezicht, 'ja, jij al een tijdje zo te zien', mijn stem klinkt schor. Ze glimlacht waterig en schokschoudert, 'al eventjes'. 'Heb je nog een beetje geslapen', vraagt ze lief. Ik haal mijn schouders op, 'wel wat, maar zo voelt het niet', brom ik. Ze schudt haar natte haren los over haar schouders en hangt haar handdoek over de verwarming. 

Ik sla mijn benen kreunend over de rand van het bed en blijf even zitten, terwijl ik moed verzamel voor de nieuwe dag. Eva loopt naar me toe en komt op mijn schoot zitten, haar handen strijken door mijn haar en ze drukt zachtjes een kus op mijn lippen. Haar opgezette, rooddoorlopen ogen verraden dat ook zij niet veel heeft geslapen, ze aait met haar handen over mijn gezicht. 

'Kom eens hier', zegt ze zachtjes. Ze slaat haar armen stevig om mijn nek en trekt me tegen haar borst. Mijn armen hangen om haar rug en zo zitten we in een innige omhelzing. 'Volgens mij had je dit even nodig', fluistert ze in mijn oor. Ik knik zwijgend tegen haar schouder. 'Ik ook', fluistert ze, 'ik heb je gemist'. 'Ik jou ook', fluister ik terug. 

Hoewel we de afgelopen dagen alleen maar met elkaar zijn geweest, voelt het toch alsof we heel gescheiden hebben geleefd. Ieder geïsoleerd door zijn eigen verdriet. Maar na vannacht voelt het alsof we onze diepe emotionele connectie weer terug hebben gevonden en die heb ik verschrikkelijk gemist. 'Kom eens kijken', zegt ze zachtjes en ze stapt van mijn schoot. Ze trekt aan mijn pols en leidt me naar het raam. 

Als ze het gordijn opzij schuift, zie ik wat ze bedoelt. Ik sta achter haar en sla mijn armen om haar middel, ik voel hoe ze ontspannen tegen mijn borst leunt. Over haar schouder staar ik door het raam, 'sneeuw', fluister ik. 'Mooi hè', knikt ze. We kijken ademloos naar het mooie uitzicht. De zonsopkomst geeft een gouden gloed aan Maastricht, bedekt onder een dun laagje sneeuw. 

Ik voel hoe het verdriet in mijn hart even plaats maakt voor een gelukzalig momentje. 'Kijk', wijst Eva door het raam naar beneden, de tuin in. Ik zie hoe Fleur en Sepp met hun voeten, THOM, stempelen in de vers gevallen sneeuw. Ze hebben de grootste lol samen, het gelukzalige gevoel verspreid zich door mijn hele lichaam, 'lief', zeg ik zachtjes tegen Eva. 

Ze draait zich om en kijkt me aan, 'het voelt gek hè, even gelukkig zijn', zegt ze plotseling. Ik knik, 'het voelt alsof je iets doet wat verboden is. Alsof je alleen maar in diepe rouw mag leven'. 'Het voelt alsof ik Thom vergeet. Omdat hij er niet bij is en ik toch gelukkig ben zonder hem', zegt ze dan voorzichtig. 'Ik begrijp het', mompel ik, 'maar Thom is erbij, kijk maar', ik wijs naar zijn naam in de sneeuw. 

Ze kijkt me dankbaar aan er glinsteren tranen in haar ogen, 'je hebt gelijk'. Ze drukt een kusje op mijn wang en draait zich dan weer naar het raam, om naar Fleur en Sepp in de tuin te kijken. Alsof ze weten dat we naar hen staan te staren, richten Fleur en Sepp hun blik op ons slaapkamerraam. 

Fleur fluistert iets naar haar broertje en hij begint vrolijk naar ons te zwaaien en blaast dan een handkusje. Eva en ik blazen samen een handkusje terug. 'Dank je', mime ik naar Fleur, ze knikt en glimlacht. Dan leg ik een hand op Eva's schouder, 'kom', zeg ik, 'dan gaan we met Pip en Zus naar beneden'. Gewillig laat ze zich meevoeren van het raam naar de deur van de kamer.

*****

Eva

Het is de dag van de crematie, we moeten om elf uur op de locatie zijn. Alle naaste vrienden en familie hebben zich verzameld bij ons thuis in de keuken, om van tevoren koffie te drinken. Om half elf zullen we gezamenlijk vertrekken, maar eerst gaan Wolfs en ik Thom nog in zijn kistje leggen. We hebben er heel bewust voor gekozen om dat zelf te doen. Het is onze laatste kans om hem nog één keertje aan te kleden en te wassen, en om samen onze zoon te verzorgen. 

Fleva Forever AfterWhere stories live. Discover now