Hoofdstuk 60: Carmen

209 22 48
                                    

Eindelijk. Daar komt Kyle aanlopen. Hij heeft geen jas aan. Dan draait hij zich plotseling om en loopt weer terug naar zijn caravan. Ik raak in paniek. Wat doet hij? Mijn ademhaling versnelt en ik grijp in mijn haren. Wat doe ik? Wat moet ik nu? Mijn hand glijdt naar mijn enkel. Mijn mes zit nog op zijn plek. Met grote ogen kijk ik in de richting waar Kyle zojuist heen is gelopen. Het lijkt eeuwen te duren voordat hij terugkomt. Hij kijkt om zich heen en gaat dan op de rand van het ravijn zitten. Ik grijns. Perfect. Ik loop naar hem toe en haal mijn mes uit mijn broek. Ik haal uit en sla zo hard als ik kan met het lemmet op zijn achterhoofd. Het werkt en hij valt op de grond. Voor de zekerheid schop ik nog een paar keer tegen zijn hoofd. Hij zou nog een tijdje buiten bewustzijn moeten blijven. Ik sleep hem verder van de rand vandaan. Het zou jammer zijn als hij in het ravijn zou vallen. Hier heb ik zo lang op gewacht. Kyle is eindelijk van mij. Ik ga met mijn hand langs zijn arm. Die jas kan uit. Ik trek zijn jas uit en doe hem zelf aan. Ik snuif de geur van zijn jas op. Hij ruikt lekker. Ik trek zijn shirt ook uit en bekijk zijn lichaam. Hij ziet er erg goed uit. Ik haal mijn mes uit mijn mesbescherming en gooi de mesbescherming een stukje verderop in het gras. Wat zou ik als eerst doen? Ik ga op zijn riem zitten en ga met mijn vinger langs zijn borst. 'Wat dacht je van een mooie streep op je mooie arm?' fluister ik. Ik haal uit met mijn mes en maak een mooie kras op zijn arm. Ik kijk naar het bloed dat uit de wond stroomt. Zijn andere arm komt er niet ongeschonden vanaf. Ik bewerk zijn armen totdat ik er tevreden mee ben. De grond begint rood te kleuren. Ik maak de wonden niet al te diep, maar er moet wel bloed zijn. Na zijn armen begin ik aan zijn bovenlichaam. Na een aantal minuten vind ik het weer goed genoeg. Ik sta op en kijk naar wat ik heb gedaan. Dit ziet er goed uit. Ik grijns. Hier heb ik zo lang op gewacht. Ik pak de mesbescherming weer op en stop mijn mes erin. Ik berg het weer op. Zachtjes begin ik te neuriën. Ik ben in een goede bui. Ik ga naast Kyle liggen. Dit is hoe het altijd zou moeten zijn. Altijd.

'Kyle,' fluister ik. Ik raak het topje van zijn neus met mijn vinger aan. 'Wat vind je nú van mij?' lach ik. Ik ga met mijn vinger langs zijn schrammen. Ik sta op en loop naar de rand van het ravijn. Ik kijk uit over het uitzicht. Dan hoor ik geluid achter me. Zo snel als ik kan, draai ik me om. Er is niemand te bekennen. Toch snel ik naar Kyle toe. Hij is nog lekker aan het slapen. Ik aai hem over zijn hoofd. Hij hoeft zich geen zorgen te maken bij mij. Ik hoor geritsel in de bosjes. Ik tuur in de verte. 'Hallo?' roep ik. 'Wie is daar?' Er komt geen antwoord terug. Ik loop richting de bosjes. Dan komt Jace de bosjes uitrennen. Er is paniek te zien in zijn ogen. Ik zie hem naar Kyle kijken. 'Wat heb je gedaan?' roept hij. Ik haal mijn mes tevoorschijn. 'Niks,' zeg ik liefelijk. Ik zie hem nadenken over wat hij nu moet doen. Ik grijns. 'Leg dat mes neer!' roept hij. 'Je hebt twee keuzes,' zeg ik terwijl ik op hem af loop. 'Of je komt in aanraking met mijn vriend...' Ik wijs naar mijn mes. 'Of je mag de sprong van je leven maken.' Ik wijs met mijn mes naar het ravijn. Ik zie hem razendsnel nadenken. Hij weet echt niet wat hij moet doen. Ik lach luid. Ineens rent Jace op me af. Hij grijpt mijn hand en probeert mijn mes af te pakken. Ik slaak een kreet en probeer hem van me af te duwen. Helaas lukt dit niet en ik val op de grond. Jace valt bovenop me en weet mijn mes uit mijn hand te wrikken. Hij springt op. 'Carmen, je spel is klaar.' Ik begin te lachen en krabbel overeind. 'Denk je dat dit een spel is?' lach ik. Hij kijkt me angstig aan. Hij snapt het niet. 'Dit is geen spel,' zeg ik lachend. 'Ik ben hartstikke serieus.' Hij fronst. 'Wat probeer je hiermee te bereiken?' vraagt hij. 'Kyle is van mij,' zeg ik langzaam. Hij trekt zijn wenkbrauwen op. 'Als je van iemand houdt, doe je diegene geen pijn.' Waar heeft hij het over? 'Ik doe hem geen pijn,' lach ik. Jace kijkt me verward aan. 'Hij zit onder het bloed!' roept hij. Ik haal mijn schouders op. 'Hij slaapt.' 'Je hebt hem bewusteloos geslagen!' roept hij. 'Echt niet!' roep ik. 'Hij is vanzelf in slaap gevallen!' Het blijft even stil. 'Ik ga de politie bellen,' mompelt Jace. 'Doe het niet!' roep ik. 'Ik heb niks gedaan!' 'Je bent niet goed bij je hoofd,' zegt hij. Mijn hart begint sneller te kloppen. 'Je gaat me toch niet aangeven?' vraag ik zenuwachtig. 'Ik ga je wel aangeven.' Hij kijkt naar Kyle. 'Je gaat niet naar hem toe!' roep ik. Hij kijkt me boos aan. 'Ik ga wel naar hem toe!' Hij maakt aanstalten om naar Kyle toe te lopen. Ik ga voor hem staan. 'Waag het niet!' sis ik. 'Ik bel de politie!' roept Jace. 'Kan je de politie bellen als de verdachte weg is?' vraag ik. Ik ren naar de rand van het ravijn. 'Wacht!' roept hij. 'Is het niet te laat om te wachten?' grijns ik. Hij rent naar me toe, maar dat laat ik niet toe. Ik laat me achterover naar beneden vallen.

~~~~~

Soort van op tijd?

LeugensWhere stories live. Discover now