Hoofdstuk 43: Jace

308 30 55
                                    

Voorzichtig lopen Kyle en ik op de persoon af. Het is inderdaad Isaac. Kyle kijkt me verbaasd aan. Ik kijk even verbaasd terug. Isaac zou toch in een hotel slapen en niet ergens op een bankje? Plots opent Isaac zijn ogen. Hij ziet ons kijken en komt zo snel mogelijk overeind. 'Wat doen jullie hier?' sist hij in het Engels. Ik begin te stamelen en krijg geen woord uit mijn keel. 'We waren een stadswandeling aan het maken,' antwoordt Kyle voor me. Van de zenuwen schiet ik in de lach. Het klinkt een beetje droog. Een stadswandeling maken, yeah right. Om drie uur 's nachts zeker. Isaac komt overeind en kijkt ons schuldig aan. 'Wat willen jullie?' vraagt hij zacht. Ik ga naast hem zitten. 'Waarom slaap je hier?' vraag ik. Hij haalt zijn schouders op. Kyle kijkt hem onderzoekend aan. 'Je zou toch naar een hotel gaan?' zegt hij verbaasd. 'Ik zou helemaal niks!' roept Isaac terug. Dit is de eerste keer dat ik hem heb horen roepen. Het klinkt nog aantrekkelijker dan als hij gewoon praat. Ik zie dat Kyle er precies hetzelfde over denkt. Het kost hem een paar seconden om een antwoord te vormen. 'Waarom kom je dan niet gewoon bij ons in de tent slapen?' stelt hij voor. 'Niet dat we van plan waren om vandaag nog te gaan slapen,' voegt hij snel toe. Isaac gaat nadenkend met zijn hand door zijn haar. Hij geeft geen antwoord. Ik had eigenlijk ook niet verwacht dat hij een antwoord zou geven. Het blijft een hele tijd stil. Kyle gaat naast Isaac zitten en staart de donkere nacht in. Ik kijk naar ze. Isaac is een apart type, maar ik mag hem wel. Het is alleen niet zo fijn dat Kyle hem ook zo leuk vindt. Ik zucht. Het maakt niet uit. 'Ik zal erover nadenken,' zegt Isaac ineens. Kyle glimlacht. We blijven nog een hele tijd praten en tot mijn verbazing vind ik het erg leuk om met hen beiden te praten.

We blijven praten tot de zon opkomt. Isaac praat meer dan hij ooit heeft gepraat. Op een gegeven moment besluiten we om terug naar de camping te gaan. Zodra we aan komen lopen, springt Noël op. 'Waar waren jullie?' roept hij uit. 'Wandelen,' mompelt Kyle. Ik heb ook niet zo veel zin om het uit te leggen. Noël kijkt ons met opgetrokken wenkbrauwen aan, maar laat het daarbij. We ontbijten in stilte. Er hangt een ongemakkelijke sfeer. Hoewel ik zo lang met Kyle en Isaac heb lopen praten, ben ik nog niet echt veel over Isaac te weten zien te komen. Kyle en ik praatten vooral. Ik weet wel dat Isaac zijn haar zo wit is geworden door een bepaalde gebeurtenis. Hij heeft er echter niet bij gezegd wat er is gebeurd. Na een tijdje is iedereen klaar met eten en ruimen we de tafel af. Daarna ga ik op een stoel voor de tenten zitten. Noël komt naast me zitten. 'Wil je echt niet zeggen wat jullie hebben gedaan?' vraagt hij indringend. Ik haal mijn schouders op. 'We waren gewoon de stad ingegaan,' antwoord ik. Dat is alles?' zegt hij verbaasd. Ik knik. Hij lacht. 'Ik maar denken dat jullie een heel avontuur hadden beleefd!' Ik lach met hem mee. 'Het was helaas geen avontuur!' In zekere zin was het wel een avontuur. Ik heb twee vrienden leren kennen. Kan je dat een avontuur noemen?

De dag vliegt als een malle voorbij. Voor ik het weet, is het alweer avond. We besluiten om onze spullen alvast in te pakken. We gaan namelijk morgenochtend weg. Ik begin met het inpakken van mijn kleding. Ik leg het netjes in mijn rugzak. Het duurt een tijdje, maar dan heb ik zo goed als alles ingepakt. Ik heb mijn toiletspullen nog niet ingepakt, want die heb ik nog nodig in de ochtend. Ik ga de tent uit en rek me uit. Ik zie Isaac voor de tenten zitten. Ik ga naast hem zitten. 'Weet je al wat je wilt?' vraag ik in het Engels. Hij knikt. 'Ik blijf hier wel slapen,' zegt hij zacht. Ik glimlach. 'Je hebt al je spullen?' vraag ik. Hij knikt nogmaals. 'Waar wil je slapen?' grijns ik. 'Je hebt twee keuzes, want er zijn twee tenten.' Ik lach vriendelijk. 'Wie slaapt in welke tent?' vraagt hij. 'Ik slaap in een tent met Noël en Kyle slaapt met Jules in een tent,' antwoord ik. Hij kijkt even bedenkelijk. 'Is er nog plaats in jullie tent?' Hij kijkt me vragend aan. Ik knik. 'Natuurlijk.' Hij knikt. 'Dan kom ik bij jullie in de tent.' 'Ik ga het even tegen Noël zeggen,' antwoord ik. 'Die moet het natuurlijk ook weten.' Ik knipoog. Ik laat Isaac daar zitten terwijl ik Noël ga zoeken. Ik vind hem al snel in de tent. 'Isaac blijft bij ons in de tent slapen,' zeg ik. Noël trekt een wenkbrauw op. 'Is er wel plek?' roept hij verbaasd uit. 'Er is altijd plek,' antwoord ik. Noël aarzelt even. 'Oké,' zegt hij dan. Ik glimlach. 'Top!'

Toch lijkt niet iedereen het ermee eens te zijn. Kyle heeft zich teruggetrokken in zijn tent en komt er de rest van de avond niet meer uit. Ik vraag me af of hij nu boos is op mij. Hem kennende is hij dat wel. Als het twaalf uur is, besluit ik om naar bed te gaan. Ik poets mijn tanden in het toiletgebouw en ga dan de tent in. Noël ligt al. Ik werp even een blik op mijn mobiel. Het is half één. Ik kijk om me heen. Ik lig in het midden en Noël ligt aan mijn linkerkant. Isaac heeft zich aan mijn rechterkant geïnstalleerd. Hij ligt een afstandje van me af. Dat respecteer ik. We kennen elkaar nog niet echt lang. Ik ga liggen. Ik vraag me af wat ik moet doen. Ik slaap altijd op mijn rechterzij, maar nu ligt Isaac aan de rechterkant. Kan ik nog wel op mijn rechterzij slapen? Ik haal mijn schouders op. Het maakt niet uit. Als Isaac het niet fijn vindt, dan zegt hij het wel. Ik sluit mijn ogen.

~~~~~

Het schrijven gaat een beetje moeizaam. Ik mag hopen dat het snel overgaat, want eigenlijk wil ik niets liever dan verder schrijven.

LeugensWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu