C. 21

3.5K 181 6
                                    

Slapende mensen fascineerden me.
Als mensen sliepen, of ze nou goed of slecht waren, iedereen was hetzelfde als ze sliepen. Onschuldig. Kalm.
Slapende mensen konden niets, lieten zichzelf elke nacht onbewaakt achter om te slapen.
En als ze dan sliepen zou niemand ze storen.

Toen de kamer langzaam verlicht werd omdat het ochtend was keek ik naar Nathan, die sliep op zijn zij met zijn mond een stukje open.
Ook Nathan zag er nu onschuldig en kalm uit.
Zijn langzame ademhalingen vertelde dat hij sliep en ik glimlachte heel kort voordat ik wegkeek.

Mijn ogen voelden dik - en waren waarschijnlijk rood - van het huilen, en hoewel ik de hele nacht klaarwakker was begon ik me nu langzamerhand moe te voelen.

Ik had de hele nacht op dezelfde manier gezeten, strekte mijn benen om mijn spieren minder stijf te maken.
Het deed kort pijn, maar vergeleken met de pijn die ik had door mijn vader was het niets.

Ik staarde voor me uit, had geen idee hoe laat het was of hoeveel minuten er voorbij gingen. Of het nou 2 minuten of 2 uren waren, ik had geen idee.

"Hey,"
Ik schrok en keek opzij, naar Nathan die dit keer zijn ogen open had.

"Oh, hey," ik schraapte mijn keel toen ik ontdekte hoe mijn stem klonk.
Vreselijk.

Hij keek naar me, met bezorgdheid in zijn ogen, en ik keek weg.
"Heb je nog kunnen slapen?" Vroeg hij.

Ik schudde mijn hoofd als antwoord en voelde de moeheid achter mijn ogen.

"Wil je erover praten?"
Ik zweeg en plaatste mijn kin tussen mijn knieën, zuchtte toen.

"Misschien voel je je wel beter als je het verteld hebt." Zei Nathan.
Ik keek even naar hem, beet op mijn lip.

Hij ging rechtop zitten, en hoewel ik normaal meteen zou kijken kon het me niet eens schelen dat hij een bloot bovenlichaam had.

Ik begon toen te vertellen over gisteravond, liet het deel wat over hem ging uit het verhaal, en probeerde mezelf onder controle te houden om niet weer te gaan huilen.

Ik vertelde hem ook dat ik niet terug naar huis wilde en durfde, en begon toen alsnog te huilen.
Hij sloeg toen een arm om me heen, zei: "Je kunt zolang blijven als je wilt", en liet me pas los toen ik zo goed als gestopt was met huilen.
Ik zag er vast vreselijk uit, maar eerlijk, het kon me niet zoveel schelen.

Mijn lichaam deed pijn, alsof ik vol zat met blauwe plekken, maar ik had lange mauwen aan en kon niet zien of ik ze had.

"Waarom werd je niet boos op me, gisteren?" Vroeg ik.
"Omdat ik niet boos op je kán worden."

Ik wilde 'bullshit' in zijn gezicht schreeuwen, maar besloot dat maar niet te doen.

"Dat is onzin," ik haalde mijn neus op en veegde mijn wangen droog met de rug van mijn hand.
"Ik denk dat je al genoeg negatiefheid krijgt als je thuis bent, dus waarom zou ik dan ook nog eens negatief zijn?" Zei hij.
Ik vroeg me nog steeds af waarom hij in hemelsnaam zoveel aandacht had gestoken in me. Dat hij me altijd maar begroette als ik hem negeerde en dat hij maar bleef doorgaan totdat ik opgaf.

Ik was blij dat hij door gegaan was en dat ik opgaf, anders had ik geen idee hoe ik er nu voor gestaan had, maar ik vroeg me af wáárom hij dat gedaan had.

"Ben je moe?" Vroeg Nathan.

Ik kon wel nee zeggen, maar dan zou ik liegen en daar had ik geen zin in.
Ik knikte.

Hij stond op, en omdat ik niet echt naar hem keek, maar vooruit, was hij aangekleed toen ik hem opnieuw zag.

"Ga maar slapen," zei hij zacht.

Ik keek naar hem, hij knikte geruststellend.
"Als je ouders komen zeg ik dat je hier niet bent."

Ik glimlachte ondanks het feit dat ik me zo kut voelde en knikte.
Ik ging onder de dekens liggen en Nathan hurkte voor me neer. Ik sloot toen mijn ogen, gaf aan mezelf toe dat ik moe was, en viel binnen no-time in slaap.

Toen ik wakker werd, een gestalte zag, en de waas van mijn ogen knipperde, zag ik niet Nathan, maar zijn moeder.

Ik schrok, maar aan haar glimlach te zien was ze niet boos, of iets in die richting.
"Nathan heeft alles verteld, hij leek nogal wanhopig." Zei ze.

Wacht wat? Had Nathan alles verteld?

"Word niet boos op hem, hij bedoelt het goed." Zei Lauren toen.

Ik was te kort wakker om een discussie te voeren en knikte toegeeflijk, duwde mezelf rechtop.
"Ik wilde zeggen dat je me in vertrouwen kunt nemen en dat je zolang kunt blijven als je maar wilt." Zei ze.

Ik beet op mijn lip.

Waarom deed iedereen toch zo vriendelijk? Waarom was niemand boos of keurde niemand me af?

"Oh, en omdat we geen logeerkamer hebben moet je hier slapen, dus beloof je me om niet te gaan flikflooien?"

Ik voelde mijn wangen rood worden en verborg mijn glimlach achter mijn handen.
"Nathan en ik zijn alleen vrienden, hoor, geen zorgen." Zei ik.

Lauren glimlachte en knikte.
"Wil je mee naar beneden komen? Er staat thee..,"

Ik liet dingen over me heenkomen, besefte dat ik nou eenmaal 'het slachtoffer' was en dat mensen me daarom anders zouden behandelen. Ik wilde het niet, maar ik kon moeilijk tegen Nathan's moeder gaan vragen of ze alsjeblieft eens normaal kon doen.
Misschien zou ik het kunnen vragen als ik haar beter kende, maar niet na zo'n gesprek.

Dus ik knikte, en liep met haar naar beneden.

Vote, Comment & Follow.

Drowned (DUTCH)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu