C. 12

4.1K 180 16
                                    

"Ga je mee naar mijn kamer?" Vroeg Nathan eenmaal toen we terug in zijn huis waren.

Het was raar dat ik hem al een paar weken kende en dat ik nu pas echt tegen hem praatte.
Ik was nog nooit ik zijn kamer geweest, had ook geen idee wat ik ervan moest verwachten.

"Oké." Antwoordde ik.

Hij knikte, en ik liep achter hem aan naar boven.

Ondanks dat ik hier al meerdere keren geweest was had ik nog geen een keer naar de familiefoto's die aan de muur hingen gekeken, en ik bleef kort naar een foto kijken.
Nathan stond erop, maar dan als een jongen van een jaar of 14. Hij staat voor een palmboom, lijkt op vakantie te zijn, en doet een rare pose, typisch iets voor Nathan.

Ik liep toen verder, omdat ik niet de creep wilde zijn die elke familiefoto zou bekijken.

"Ben je klaar voor het paradijs?" Grijnsde Nathan toen hij voor een van de deuren stond.
Ik rolde mijn ogen.

"Ik heb een antwoord nodig voordat ik je naar binnen kan laten." Zei hij.
"Oké, ja, klaar." Antwoordde ik met mijn armen over elkaar geslagen. Ik ging op mijn tenen staan en liet me toen weer terug op mijn voetbed vallen.

Nathan opende de deur, liep naar binnen.
"Wat een paradijs." Zei ik sarcastisch terwijl ik zijn kamer inliep.

"Beledig mijn kamer nóóit." Zei hij waarschuwend, maar met een kleine glimlach op zijn gezicht.
Ik schudde mijn hoofd en kon het niet laten om te glimlachen, en keek toen rond.

De muren waren grijs.
Ik wist niet wat het was, maar altijd, áltijd, als ik in iemands kamer kwam, dan keek ik eerst naar de muren.
Vervolgens keek ik verder.

De kamer was middelgroot, ongeveer net zo groot als die van mij, en in het midden van een van de muren stond een groot onopgemaakt bed.
"Ik heb mijn bed niet opgemaakt hm?"
Nathan was mijn reactie naar de kamer aan het afwachten en stond met zijn armen over elkaar naar me te kijken, totdat hij me zag grijnzen, toen vroeg hij het.

"Nope." Antwoordde ik.

"Hmm," mompelde hij.

Ik grinnikte zacht, heel zacht, en keek verder.

Er stond een kledingkast, en een bureau waarop een ingelijste foto stond. 
Ik pakte het en keek naar de foto waarop Nathan en een ander meisje stonden.
Ik had geen idee wie ze was, maar ze leken close.

"Wie is dat, je vriendinnetje?"

Vroeg ik dat nou echt?
Serieus?

Nathan keek naar de foto in mijn handen.
"Niet echt, het is mijn nicht."

"Oh,"
Dat faalt.

Snel zette ik het terug en keek ik naar de spullen op zijn bureau.
Niet veel bijzonders.
"Dacht je serieus dat ik een vriendinnetje zou hebben?"

Ik haalde mijn schouders op. "Waarom niet?"
"Waarom dacht je dat?" Vroeg hij.

Ik keek rond in zijn kamer en begon te praten, zodat ik een reden had om hem niet aan te kijken.

"Nou, omdat je, ik weet niet, je bent geduldig, zelfverzekerd, misschien een heel klein beetje grappig."
Eigenlijk was hij grappig.
En hij was ook charmant, en knap, maar ik besloot dat maar niet te zeggen.

Ik wilde voorkomen dat hij erop in zou gaan, en wees naar de gitaar die ik zag.
"Speel je gitaar?"

"Ik ben een mééster." Antwoordde hij.
"Ik speel wel een stukje voor je." Zei hij.
Ik wilde zeggen dat dat niet hoefde, maar voordat ik het wist pakte hij het al en begon hij amateuristisch gitaar te spelen.

De gitaar was niet eens goed gestemd en klonk vreselijk.
Ik grinnikte en keek hoe hij ronddanste terwijl hij vals op de gitaar speelde.

Ik sloeg mijn hand voor mijn mond om mijn lach in te houden toen een van de snaren brak.

"Oh shit." Mompelde hij terwijl hij ernaar keek.

Ik begon toen te lachen, en hij stond triomfantelijk en onschuldig grijnzend naar me te kijken.

Toen ik uitgelachen was, zei hij: "de gitaar kan me niet aan, ik speelde te goed."
"Duh,"

Ik besefte dat ik al een lange tijd niet gelachen had.
In ieder geval niet nuchter, en deze was niet nep als andere keren bij 'vrienden'.
Hij grijnsde en ik keek toen verder zijn kamer rond.

"Dus je leest?" Zei ik terwijl ik naar een rij boeken keek.
Ik kende er geen, behalve een, science fiction.
"Ik denk het, is dat slecht?"

"Nee..,"
Ik had serieus nog nooit een jongen ontmoet die las.
Elke jongen die ik kende vond zichzelf daar veel te high class voor.

Nathan maakte zijn bed op - niet erg netjes, maar dat boeide me niet zoveel - en ging er toen op zitten.
Ik kwam naast hem zitten toen ik zijn kamer voor mijn doen genoeg bestudeerd had en gaf hem een korte glimlach voordat ik naar mijn handen keek.

"Dus heb ik eigenlijk nog meer van die goede eigenschappen?" Vroeg Nathan.
Ongewenst voelde ik mijn wangen warm worden en ik gaf hem een korte blik. "Ik was serieus, hoor." Mompelde ik.

"Serieus?"
"Ha ha."

Hij grijnsde en ik schudde mijn hoofd.
Sukkel.

"Maar even serieus, heb je ooit een vriendin gehad?"
Nathan zweeg en ik rees mijn wenkbrauwen naar hem.

"Maakt dat uit?" Zei hij toen.

Had hij me zojuist verteld dat hij nog nóóit een relatie gehad heeft?
Ik bedoel, ook al was het geen serieuze, een relatie was een relatie toch?

"Heb je nog nooit een vriendinnetje gehad?"
"Niet echt, nee." Antwoordde hij.

Dat was onverwachts.

"Waarom niet?" Vroeg ik toen.
Hij zuchtte, keek voor zich uit.

"Ik heb me nog nooit serieus aangetrokken tot mensen gevoeld. Ik bedoel, natuurlijk heb ik ooit wel eens gevoelens gehad, maar die voelden nooit zó echt dat ik vond dat ik er iets mee moest doen."

Ik keek naar hem en mijn hersenen kraakten om te ontdekken of dit niet gewoon een grote grap was.

Maar ik wist dat hij serieus was, want niemand zou zo goed kunnen liegen of acteren.

"Gezoend, dan?"

Zuchtend sloot hij zijn ogen en keek hij weg.

"Oh my god!"

Hij liet zich achterover op het bed vallen.

"Dat had ik nou niet van je verwacht, Nathan." Grijnsde ik.
Nathan pakte zijn kussen en sloeg me ermee, ik grinnikte.

"Sorry, ik zal er over ophouden." Grinnikte ik.

De kamer werd stil en ik keek naar hem.
Hij keek naar het plafond, met zijn handen op zijn buik.

"Addison?"
"Ja?"

"Je gaat het niet tegen iedereen vertellen, toch?" Dit keer keek hij naar me, en plotseling voelde het alsof er een steen in mijn maag zat.

Want ik was een bitch die dat soort dingen aan mensen zou doorvertellen.
En dan wist de hele school het morgen.

Maar ik voelde geen drang om over Nathan te praten bij anderen.
Waarom zou ik?
Nathan was tenminste een vriend, en de mensen waartegen ik het vertel niet.

"Nee, ik beloof het." Ik schonk hem een klein glimlachje, hij knikte.

"Oké."

Ik liet me toen ook op mijn rug vallen en legde net zoals hem mijn handen op mijn buik.

"Dus waarom kijken we naar een plafond?" Vroeg ik.
"Dus waarom ben je ineens zo spraakzaam geworden?" Vroeg hij.

En toen zwegen we beide, en keken we naar het plafond.

Vote, Comment & Follow.

Drowned (DUTCH)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu