Hoofdstuk 13b: Niet Te Stoppen

349 12 0
                                    

Pov. Brandon

De eerste dag na mijn vrijlating uit de kerkers van de citadel der oudsten kwam één van mijn onderofficieren een bundel papieren brengen, mijn taakbeschrijving. Graag had ik gefrustreerd geschreeuwd dat ik nog niet zo lang uit dienst was om te vergeten wat mijn job was maar zo beheerst mogelijk knikte ik en wees ik naar een lege hoek van mijn bureau. Hij legde de papieren neer, saluteerde en verliet mijn bureau vervolgens. Al wist ik nog zo goed wat mij te doen stond, ik bladerde rustig door de stapel papieren en ving hier en daar een woord op. De manschappen trainen en mijn formatie taken geven, de onderofficieren leiden en goed contact onderhouden met alle officieren was de grote leidraad waar ik als opperofficier aan moest voldoen. Als generaal zou ik vaak achter mijn bureau zitten, bezig met werkbesprekingen en als ik buiten mocht was dat voornamelijk voor functionele bezoeken. Ik zou zelfs niet uitgezonden worden maar missies kunnen leiden en orders geven van een afstand. Zoals in bijna alle strijdmachten werden de legers van alle afzonderlijke dimensies inclusief het kroonleger dat in principe aan de drie uitverkorenen toebehoort opgedeeld in componenten. Zo had je de vier basis componenten: landcomponent, luchtcomponent, marinecomponent en het medische component. Daarbovenop beschikten en erkenden de dimensies de special forces waartoe ik gerekend werd als een component met zijn eigen rangen en generalen. Doorheen de jaren was ik in de kring van de special forces gestegen in rang en stond ik nu bovenaan de hiërarchie als generaal van de special forces met onder mij drie rangen binnen de opperofficieren. Arion was in dienst binnen het medisch component als heler en arts en ging meestal mee met de divisie van Aurora die als leidinggevende generaal-majoor fungeerde. Zij die in het medische component actief zijn worden meestal uitgezonden samen met het landcomponent en zelden met één van de andere componenten of alleen. Ook werden er af en toe leden van het medische component meegezonden met de special forces. In de afzonderlijke dimensies waren degene die in dienst zijn de bewoners van de dimensie en werden alle taken door hen vervuld maar in het verenigde kroonleger waren alle soorten wezens aanwezig. De meerminnen- en mannen waren binnen het kroonleger voornamelijk actief bij de marine en de feeën bijvoorbeeld hoofdzakelijk bij de luchtmacht maar de groepen waren gemengd wat zo zijn voor en nadelen had. Vladimir had uitsluitend trouw gezworen aan zijn eigen dimensie en is daarmee in dienst gegaan in het vampierenleger en hetzelfde gold voor Zack maar ik was geen weerwolven generaal, ik was een kroon generaal. Er werd van mij verondersteld trouw te zijn aan alle wezens en de veiligheid van de dimensies in zijn algemeenheid was mijn grootst te verwezenlijken taak. Ze hadden uitgerekend mij een bureau job gegeven waar ik zo snel mogelijk van af wou zijn wat in mijn geval anderhalve maand was. In die tijd wist ik mijn onderofficieren zo ver te krijgen mijn plaats in te nemen terwijl ik zelf mee ging met mijn troepen. Gelukkig voor mij stond ik bovenaan de commandostructuur en lukte het mij zonder al te veel moeite om niet alleen de onderofficieren en vrijwilligers te trainen maar ook om daarna met één van de elite teams binnen de special forces uitgezonden te worden.

De voorbereiding voor deze missie hadden we al gedaan. Onze verhalen waren op elkaar afgestemd en iedereen zou hetzelfde vertellen aan onze vijand in geval ze gevangen werden genomen. We kenden het territorium en de plattegronden hadden we ook van buiten geleerd. We waren er helemaal klaar voor, het bloed stroomde door onze anderen, ik hoorde onze hartslagen versnellen. Adrenaline werd aangemaakt en het vuur nam alles over. Ik draaide mij om naar mijn team en gaf ze ter herinnering nog eens het signaal uitleg van wat ze moesten doen. Eerst en vooral wees stil, met mijn vinger voor mij mond en mijn wapen in de aanslag keek ik ze aan. Ik legde vervolgens mijn hand achter mijn oor en daarna boven mijn ogen, hoor en luister, zie en kijk en zoek. Ze maakten allemaal het perfecte teken, hun wijs en duimvingers tegen elkaar terwijl de overige vingers uit elkaar in de lucht staken, ze hadden mijn bericht ontvangen. Zoals gebruikelijk was gingen we allemaal op één knie zitten met één hand op de rug en de andere waarmee we ons wapen vast hielden voor ons, een soort knieval. We waren loyaal aan elkaar en de dimensies, bereid om voor die dingen te sterven. Hier waren we soldaten, wat onze rang ook was wie we ook waren. Bij terugkeer van een geslaagde missie waren we echter helden tot we terug op een slachtveld terecht kwamen, terug soldaat, terug een krijger. We kwamen overeind, hier gingen we dan, met mijn vrije arm maakte ik een hoek van 90 graden. Ik zwaaide met mijn arm naar mij toe, vooruit gaan. Ik draaide mij om en nam mijn zwaard juist in de hand terwijl ik helemaal van voor de juiste gang door liep waar de gesloten deuren ons al opwachten. De twee die ons aan het andere eind van de gang rugdekking gaven lieten ons weten dat we verder konden. Ik gaf de andere het stop teken, een simpele hand die ik naar achter stak zorgde ervoor dat iedereen halt hield. Ik wees degene naast mij aan en wees vervolgens naar mij. Hij liet mij weten dat hij het begreep en ging toen klaar staan. Tot nu toe waren alle deuren in het gebouw open geweest dus moest ik de deur niet in trappen. Ik duwde de deur open en rende naar binnen samen met degene die ik had aangeduid. De ruimte was leeg op een paar meubels na die her en der verspreid stonden. We constateerde dat de ruimte leeg was maar controleerden alsnog op eventuele valsstrikken vooraleer ik de anderen toestemming gaf binnen te komen. Twee andere soldaten namen hun post als rugdekking nu in bij de deuren van deze ruimte terwijl de rest verder ging. Onze missie was simpel, in één van de veroverde gebieden in de vampierendimensie hadden de demonen een kamp opgezet in een nu verlaten business district. Wij hadden door een ander special forces team vernomen dat ze bezig waren met de ontwikkeling van een wapen. Naast het business district was er een industriegebied waar ze het nodige materiaal konden vinden. Doordat het andere team dat ik twee dagen eerder had gestuurd erin was geslaagd te infiltreren had mijn team nu de mogelijkheid iets te doen met die informatie. Het wapen onschadelijk maken was onze belangrijkste missie maar zoveel mogelijk demonen doden hoorde daar altijd bij al werd het nooit gezegd of stond het op geen enkel document. Inmiddels waren we bijna bij de juiste zaal aangekomen. Vreemd genoeg hadden we op deze verdieping niemand onschadelijk moeten maken tot nog toe. Bij de ingangen beneden en de eerste drie verdiepingen stonden bij bijna elke ingang iemand op wacht. Zoals gepland was ons team opgedeeld geweest in kleinere eenheden bij het betreden van het gebouw zodat we alle ingangen konden vrijwaren en bij het verlaten minder problemen zouden ondervinden. Alles ging volgens plan, we ontmoeten elkaar op de tweede verdieping waar we moesten mededelen of alles goed was verlopen. Gelukkig hadden we geen enkele demon gemist en waren we erin geslaagd geen alarm af te laten gaan. Op de zesde verdieping zou het wapen moeten zijn dat opgesteld zou zijn in een vergaderzaal. De materialen konden ze hier naartoe teleporteren vanuit het industrieterrein waar een ander kamp was opgesteld. Dit gebied had echter prioriteit gekregen doordat er een onbekend wapen in de maak was wat mijn team en ik onschadelijk moesten zien te maken, het liefst moest het hele district verwoest worden en in puin op gaan. Zolang onze vijand het niet in zijn voordeel kon aanwenden, zoals de Russen de tactiek van de verbranden aarde gebruikten tijdens een mensen wereldoorlog gebruikten ook de dimensies gelijkaardige tactieken maar dat lukte niet altijd. Deze twee gebieden waren bijvoorbeeld uitgedraaid in heuse bloedbaden waar vrijwel alle vampieren die er waren zijn gesneuveld in de strijd of later geëxecuteerd. Geen tijd om dit territorium te vernietigen dus. Inmiddels waren we aangekomen in de gang waarvandaan je de vergaderruimte al kon zien met zijn glazen wanden. De rugdekking stond opgesteld dus besloot ik om met vier van mijn mannen rustig naar binnen te gaan om de situatie te analyseren en uit te zoeken of de indeling onveranderd was gebleven. De voorhoede die is geïnfiltreerd had mij een gedetailleerde beschrijving gegeven van het uiterlijk van het wapen en hoe en waar het stond opgesteld. Als dat niet was gewijzigd moesten we niet improviseren of het plan aanpassen. Ik wees willekeurig een paar krijgers aan en liet ze weten dat ze verder konden gaan. Ze liepen langs mij heen naar binnen gevolgd door mij. Met onze lichte uitrusting was het vrij makkelijk om te bewegen en konden we ons verschuilen achter het meubilair. In vaste stappen boekten we vooruitgang met telkens twee krijgers die rugdekking gaven. Samen met een andere krijger moest ik de eerste keer rugdekking geven. Geknield en met mijn wapen op punt stond ik klaar. Achter mij hielden ze halt dus stonden we recht om helemaal vooruit te lopen terwijl degenen die voor ons stonden nu rugdekking gaven. De mogelijkheden om ons achter te verstoppen werden schaarser. Ik probeerde achter het bureau waar ik achter knielde heen te kijken en zag door het glas drie bewapende demonen bij het wapen staan. Het wapen was uitgestald op de lange vergadertafel en leek al in gereedheid gebracht te zijn want de beschreven onderdelen die los hier en daar verspreid over de tafel lagen waren verdwenen, bevestiging aan het grote wapen. Ik gebaarde om halt te houden en op hun huidige positie te blijven staan toen de aderen in mijn uitgestoken arm pijn begonnen te doen. Het voelde aan alsof mijn bloed stolde in mijn lichaam, de pijn verspreide zich razendsnel doorheen mijn lichaam. Ik liet mij tegen het bureau zakken en liet uiteindelijk zelfs mijn zwaard zakken, hij viel bijna uit mijn hand maar gelukkig kreeg ik mijn spieren zo ver om hun grip niet te verliezen. De demonen kennen ongetwijfeld het geluid van een kletterend zwaard goed genoeg, zoals elk van ons. De anderen keken mij aan maar konden mij niet vragen wat er aan de hand was dus ze gebaarde het. Ik gebaarde niks terug en ging terug gehurkt zitten om verder te gaan ondanks de pijn. Met mij was er niks mis, met Luna daarentegen wel wat mij zorgen baarden. Tijdens een training had ik mijn focus door haar verloren maar hier kon ik mij dat niet veroorloven. Iedereen keek mij afwachtend aan, gespannen onderzochten hun blikken mij, in afwachting van een bevel. Ik tekenden het verdere plan met mijn vinger op de grond. Het was de bedoeling dat we ze alle drie tegelijkertijd uit schakelden voordat ze konden teleporteren en terug keren met versterking. Ondertussen moesten we ook veilig zijn en uitkijken voor binnen komende demonen voor wissels en dergelijke want die tijden en andere details hadden we niet in kaart kunnen brengen. Wij waren betoverd door een tovenaar dat in onze unit zat om geen geluid te maken, onze voetstappen waren niet te horen maar onze wapens en alles dat wij aanraakten maakte wel nog steeds geluid waardoor we erg voorzichtig moesten zijn. Een verkeerde beweging en ze teleporteerden weg, op die manier waren er veel krijgers om het leven gekomen. Ik ademde een paar in en vermande mezelf, ik drukten mijn kaken strak op elkaar en beet de aanhoudende pijn weg. Ik kwam rustig overeind gevolg door de andere. Rustig slopen we dichterbij, na één meter waren we onopgemerkt, twee meter onopgemerkt, drie meter onopgemerkt, vier meter stond ik een seconde lang stil door de pijn die door mijn aderen stroomde. Maar mij kon je niet zo makkelijk in bedwang houden, ik zou mijn team niet in de steek laten, je hoort niet te stoppen te zijn. Dat herhaalde ik voor mezelf, iets dat mijn vader mij had ingefluisterd bij mijn eerste gevecht om mij moed in te praten en mij aan mijn waarde aard, mijn natuur te doen denken. Vijf meter en de deur was nog maar twee stappen van ons verwijderd. Een glazen deur en drie demonen die voor dit moment de andere kant uit keken. Ik gaf het 'nu' teken zodat de magiër in ons midden wist dat hij de deur moest weg toveren of ons de mogelijkheid moest geven erdoor heen te kunnen gaan. De deur bleef staan dus liep ik naar binnen wat zonder problemen ging. Eén van de drie merkte mij in zijn ooghoek op maar werd door een fee in een kooi geplaatst van gebogen metaal dat hij zo stuurde dat het zijn hele lichaam omringde. Hij begon woest te schreeuwen en beukte zo goed als mogelijk tegen het metaal maar het haalde niks uit. Ondertussen bewoog ik mijn hand naar één van de demonen toe om het zwaard door zijn lichaam te steken maar ineens begon mijn hand oncontroleerbaar te trillen waardoor het zwaard uit mijn handen viel. Mijn lichaam reageerde op de pijn die Luna voelde. De vampier drukte hem tegen de vergadertafel en ging het gevecht aan terwijl ik een van de dolken greep die rond mijn borst was gebonden met de hand die niet trilde. Ik mikte en gooide en wist hem op de voorgenomen plek te raken. Wij waren met z'n drieën binnen terwijl de overige twee buiten de parameter in de gaten hielden en controleerden of er meer wezens in aantocht waren. De demon draaide zich om keek naar de tafel waar het wapen op lag en vervolgens naar mij. Ik wist al wat hij van plan was dus stormde ik net als hij op het wapen af. Ik wist hem de weg te versperren en sloeg hard tegen de dolk die nog steeds in zijn huid zat maar nu zo diep in zijn lichaam stak dat je het punt bijna aan de andere kant door ze zijn huid zag steken. Hij begon een vuurbal te creëren die hij naar mij gooide, ik wist net op tijd het vuur te ontwijken waarvan ik de warmte naast mijn gezicht voelde strijken. Ik zetten mij af op de tafel en trapte met beide benen op de plek waar de dolk bijna naar buiten kwam. De scherpe randen bewerkte zijn ingewanden nog meer waardoor het shirt dat hij droeg langs beide kanten bloedrood begon te kleuren. "Achter je", schreeuwde de elf die op wacht stond ineens. Ik draaide mij om en zag een beest met een enorme snelheid op ons af vliegen. Binnen enkele tellen vloog hij door het glazen raam naar binnen en lande recht op de tafel. De glasscherven vlogen alle kanten op en bezorgde elk van ons sneedjes. De tovenaar en elf voegde zich nu bij ons in de ruimte. De demon brulde terwijl hij met zijn vleugels klapwiekte, een primitief beest dat ons zijn dominantie wou tonen. Het had echter geen effect want al gauw werden er zwaarden getrokken en zwaaide de demon met zijn poten in een poging te ontkomen. Nadat we het beest aardig wat letsels hadden toegebracht veranderde het terug in iets wat op een mens geleek. Naakt lag hij op tafel wetend dat dit zijn laatste seconde waren onder de levenden. Maar net voor ik hem wou afmaken met mijn zwaard begon mijn hand terug te trillen, van die mogelijkheid maakte hij uiteraard gebruik. Het wapen waar hij half om was gekruld richtte hij nu op mij. Hij duwde zijn handpalm op een raar platform achteraan het wapen. Pas toen de knal het wapen verliet realiseerde ik mij dat het een versterker was, hun gif generatieve gaven werden hierdoor waarschijnlijk een honderd tal keer versterkt. Hij was toegetakeld en kon daardoor niet goed richtten, hij raakte mijn benen. De oorverdovende knal blies mij door de glazen wand zo tegen de stenen muur aan, weg was de pijn.

Eternal War |Boek 1|Where stories live. Discover now