Hoofdstuk 5a: Ze Zijn Het Waard

480 27 7
                                    

Pov. Nora

Manal reageerde in de vroege morgen. We besloten ons onmiddellijk zo goed mogelijk voor te bereiden, in hoeverre dat ging. Het leek moeilijk te geloven maar ik vertelde alsnog wat mij in de avond was overkomen, de magische communicatie die verdween en verscheen. We spraken die ochtend voor enkele uren, eerst via tekstberichten uiteindelijk schakelden we over naar een videogesprek, in die tijd verzonnen we een smoes, één voor de school, één voor onze ouders, de eerste was ziekte, de tweede was logeren. Daarna gingen we al bellend op zoek naar spullen want er was geen tijd om af te haken, er was simpelweg te veel om te bespreken. Zelf kwam ik uit de kelder met een zakmes, touw en zaklamp. Waarvoor en of ik ze in de eerste plaats nodig zou hebben wist ik niet, toch nam ik ze mee, dat om mijn gedachten te sussen eerder dan omdat ze praktisch waren en van pas zouden komen. Dat was het moeilijke aan ons voorbereiden, we wisten niet wat we konden verwachten dus wisten we ook niet waarop we onszelf aan het voorbereiden waren. Met de fiets en een rugzak die voornamelijk werd gevuld door het boek ging ik op weg naar een avontuur. Misschien dat niet veel mensen als mij zouden denken en voelen maar toen ik onderweg voelde hoe opgewonden ik was om een avontuur te kunnen beleven, iets van spanning en mysterie te hebben in mijn leven prees ik mezelf voor de manier waarop ik dacht. Al was ik enigszins nerveus en vooral bezorgd om mijn vriendin ik kon het niet laten om opgewekt en blij te kijken. Zo belanden we voor de deur met vreemde inscripties, Luna leek ze te lezen toen we voor de deur stonden realiseerde ik mij toen ik voor de tweede keer voor de deur stond, ditmaal niet met Luna maar met Manal. Manal haar verwonderde blik bij het openen van de deur op het schoolplein en onze samengeknepen zoekende ogen lagen achter ons, in tegenstelling tot Luna zagen wij geen glinstering en konden wij niet lezen wat onleesbaar was. Ik wist het niet zeker maar toch kreeg ik het gevoel dat mijn gedachten klopten, ik had het altijd juist dus betwijfelde ik of uitgerekend dit hetgeen zou worden waar ik ongelijk in kreeg. Ze wist iets, meerdere dingen en toen ze die met mij wilde delen verdween ze. We openden de deur en sloten hem weer, achter de deur klonken geluiden, er gebeurde iets in de afgesloten ruimte. "Manal ik wilde nog iets zeggen voor we binnen gaan", keek ik naast mij, de fakkel verlichten de ruimte, met andere woorden, er was iemand voor ons geweest. "Weet je nog dat ik iemand achter mij hoorde op de trappen en eenmaal buiten weg ben gerend. .... Even later kwam ik toch terug om te controleren of het Luna zeker niet was. Toen zag ik hem op het dak staan, hij sprong eraf en ging de geheime doorgang in", vertelde ik haar. Ze bleef even stil "bedoel je", begon ze te vragen waarop ik onmiddellijk antwoorden met "ja." Een naam was overbodig, we wisten allebei maar al te goed over wie ik het had. "Was hij hier echt, na al die tijd, denk je dat hij er iets mee te maken heeft", vroeg Manal zich luidop af? "Ik heb een theorie", knikte ik "hij heeft haar ontvoerd." Manal keek vreemd op "dat denk ik niet, hij zou zoiets niet doen." "Een mens is tot alles instaat." "Mijn mensenkennis is goed, ik denk niet dat hij Luna zou ontvoeren", wachtten Manal geduldig tot de deur terug van het slot ging. "Misschien heeft hij eindelijk door wat voor grote fout hij heeft begaan en weet hij dat ik hem nooit meer in Luna's buurt zal laten en koos hij daarom voor ontvoering", ging ik verder. "Dat lijkt mij een beetje overdreven en ver gezocht", reageerde Manal "ik geloof niet dat hij zoiets zou doen, niet met Luna." "Herinner je nog dat Luna ons telkens weer vertelde dat hij even weg was, misschien ging hij wel naar de bibliotheek of het laboratorium met die klok ervoor. Als hij die plek kent wat hij doet, dat weet ik zeker, dan weet hij waarschijnlijk ook de in en uitgangen zijn", zei ik. "Zei je niet dat Luna verrast was door deze plek, ze wist altijd waar hij was wanneer hij verdween al vertelde ze ons nooit waar hij naartoe ging, als ze deze plek niet kent zal hij hier niet al die tijd naartoe zijn gegaan", bracht Manal mijn theorie uit evenwicht. "Ik heb te veel tijd gehad om na te denken", gaf ik toe "diep van binnen denk ik niet dat hij het was, ik mag hem niet maar denk niet dat hij Luna zou ontvoeren zelfs al is het om haar terug te krijgen." 

Eternal War |Boek 1|Où les histoires vivent. Découvrez maintenant