Hoofdstuk 26a: De Brieven

Start from the beginning
                                    

Brief Luna

Lieve Luna,

Mocht je deze brief ooit in je handen krijgen dan ben ik niet langer in leven. Ik ben nooit de dromer geweest die jij bent en voelde mijn lot al langer dan vandaag naderen. In dit moment van realisatie heb ik besloten mijn dierbaren te schrijven en mijn broer Blake gevraagd om ze na mijn dood te versturen.

Het mooiste cadeau dat ik je gegeven heb ervaar je waarschijnlijk als grootste last. Ik weet dat het niet ideaal is maar door je geheugen af te nemen ben je veiliger en hoef je niet te liegen. Mocht je alles weten over mij en alles dat we hebben gedeeld zou je zonder twijfel een groter doelwit worden dan je al bent. Bij dit laatste bericht geef ik je mijn promise ring terug, zoals vele gemaakte beloften heb ik deze onder meer niet waar gemaakt. De eerste keer dat ik weg ging gaf ik je die ring als belofte dat ik mijn weg terug zou vinden naar jou. Mijn onafgeloste beloften zijn meer dan jij je kunt herinneren, het spijt mij dat ik weg liep, dat ik je niet beter heb voorbereid.

Ik trek mij op aan al onze herinneringen. Ze duwen mij verder het leven in en helpen mij overeind te komen na elke keer dat ik met mijn gezicht in de modder beland. Ongetwijfeld zal het mij ooit in een afgrond duwen waar ik niet meer uit geraak. Daarvoor ben ik je eeuwig dankbaar en sta ik bij je in de schuld. Omdat je mij liet zien dat naast al het lelijke en slechte dat ons omringd er ook mooie en goede dingen zijn. Omdat je mij liet zien dat liefde eeuwig is, omdat je liet zien dat zelfs iemand zoals ik het verdient om geliefd te zijn. Omdat je mij iets gaf waar ik nog steeds van hou.

Met de kennis dat je nooit alleen zult zijn laat ik je deze brief na. Ik hoop dat je mij kunt vergeven voor alle pijn die ik je deed. Het is jammer dat ik er niet bij zal zijn wanneer jij de werelden verandert. Ik wens je meer dan het beste toe en hoop dat je eeuwige liefde zult vinden.

De jouwe, Sirius

Met mijn handen nog steeds tegen mijn oren gedrukt voelde ik dat de tranen terug opwelden toen iemand de deurklink naar beneden duwde. "Brandon, ben je daar", vroeg de gebroken stem van Aurora zachtjes. Ze had gehuild en dat kon je horen doordat haar stem trilde. Brandon sprong bijna van het bed af "Aurora, wat is er", vroeg hij bezorgd terwijl hij naar de deur liep die Aurora nu durfde open te duwen. Toen ze Brandon zag begon ze terug te huilen "dit", stamelde ze terwijl ze hem een brief overhandigde die hetzelfde gebroken zegel met een klaproos en vergeet-me-nietje had als onze brieven. "Mag ik", vroeg Brandon voor alle zekerheid. Toen Aurora knikte vouwde hij de brief open en las hij snel het mistbericht. Ik zag zijn ogen heen en weer gaan en hoe hij bozer werd met elk woord dat hij las. Ik was van het bed af gekomen en inmiddels bij hen gaan staan. "Waar is hij", was het eerste dat Brandon zei toen hij klaar was met lezen. Ze schudde haar hoofd "ik weet het niet", wist ze uit te brengen. "Wie zoeken we precies", durfde ik te vragen "misschien weet ik waar die 'hij' is." "Kroonprins Colson", zei Brandon. Vladimir, zochten ze Vladimir en waarom ineens de onwilligheid om hem bij de voornaam te noemen. "Ik weet waar hij is", bekende ik. Nora en Caleb gingen ook naar daar. Het was het enige wat ze hadden gezegd nadat ze mij hadden overgehaald om naar hier te komen. Ze keken mij beide verwachtingsvol aan "normaal is hij in de woonkamer van de gastenvleugel."

Toen we met z'n drieën de woonkamer binnen stormden gaapte iedereen ons verbaasd aan. Ik vond het ongepast om te vragen wat er in de brief stond of wat er allemaal gebeurde dus had ik enkel gevraagd of alles wel oké ging. Ik wist al dat het niet goed ging maar Aurora kon ik mij hiervoor zelfs niet zo inbeelden. Ze was sterker dan Nora en had een ijzeren wil maar nu leek ze gebroken. Ik stond naast Aurora en keek haar bemoedigend aan met een klein glimlachje. Brandon was als eerste naar binnen gestormd en stond voor ons naar Vladimir kijkend met een moordende blik. Gelukkig waren er op dat moment geen andere gasten in de leefruimte. Nora, Sierra, Siofra en Vladimir waren de enige die daar waren. Achter ons hoorde ik aan het einde van de gang voetstappen naderen. "Vertel mij de waarheid Dimir", begon Aurora "ben je mijn vader?" Volgens mij viel mijn mond open van verbazing, als het niet echt gebeurde wel denkbeeldig. Niet alleen ik had dit niet zien aankomen, niemand leek er iets van te begrijpen. Iedereen keek afwachtend naar Vladimir die stil was. Toen hij nog steeds geen antwoord had gegeven vermoede ik dat iedereen het antwoord al wist. Aurora begon te snikken waardoor Brandon zich omdraaide naar haar en haar in een knuffel trok. Ze omhelsde hem dankbaar terug terwijl hij zacht over haar haar aaide. Hij liet haar voorzichtig los en keek in haar betraande ogen voor ik zag dat Brandon aanstalten maakten om haar de kamer uit te begeleiden dus ging ik aan de kant staan. "Aurora, wacht", klonk het nu, Vladimir had zijn stem weer terug en stond recht om naar hen toe te stappen. Brandon draaide zich grommend naar hem om waarbij hij zijn tanden liet zien als teken dat hij beter niet dichterbij kwam. Aurora drukte de brief hard tegen zijn borst waarna ze samen met Brandon weg ging. Toen ik hen na keek zag ik dat Caleb en Zack samen met Manal in de gang stonden te kijken naar dit tafereel. "Wat hebben we gemist", vroeg Caleb toen ze de woonkamer binnen stapten en hij zeker wist dat Aurora en Brandon ver genoeg waren maar niemand antwoorde. Vladimir bekeek de brief vluchtig en liep daarna op de deur af maar werd tegen gehouden door Zack die met zijn hand Vladimir's bovenarm vast greep toen hij lang hem heen wou lopen. Vladimir draaide zich om naar Zack en keek hem aan "geef ze tijd, laat ze even tenzij je gebeten wilt worden", adviseerde Zack. Vladimir trok zijn arm los en verliet zonder nog iets te zeggen de kamer. Zack wist dus als enige waar dit over ging aangezien Brandon er net pas achter was gekomen.

Eternal War |Boek 1|Where stories live. Discover now