Deel 119

1.5K 62 9
                                    

Hatim's perspectief.

Walid kwam aangereden.
'Wat is er aan de hand?' vroeg hij meteen.
'Ik heb Amal gezegd dat ik haar terug wil en dat wil ze niet. Ze ontkende dat ze nog van me hield en dat heb ik haar direct gezegd. Ik ben toen boos weg gegaan en gezegd dat ik niet praat met iemand die me in me ogen aankijkt en kan liegen.'
'Misschien liegt ze niet Hatim.' Ik keek hem serieus aan.
'Wat verwacht je nou eigenlijk, dat ze een jaar lang op je gaat wachten. Je hebt haar veel verdriet gedaan, het feit dat ze dat in eerste instantie niet bekend zegt genoeg. Ze is verder gegaan en dat is haar goed gelukt. Misschien moet je haar laten. Als ze je wilt vergeven in de eerste plaats heeft dat tijd nodig. Je gaat te snel voor haar. Het zijn gevoelens waar je mee speelt, geen boomerang.' Zei hij serieus. Ik voelde me op mijn plek gezet. Wat dacht ik nou ? dat het 1 2 3 goed zou gaan?
'Ik denk Hatim dat je je even moet focussen op je huwelijk en wat je daarmee wilt. Je bent nog niet eens gescheiden en denk even goed na of je ook echt wilt scheiden. Je moet mijn zusje niet zo overstuur maken met dingen die jij wilt. Hou afstand want je kan niet na een jaar ineens weer zo dicht bij haar staan. Amal is gevoelig en afstandelijk dat weet je.' Zei hij. Ik knikte. Ik was het er niet mee eens maar ik heb duidelijk geen keus. Ik werd er stil van.
'Sorry broer, maar hier sta ik dus echt niet achter.' Zei Walid.
'Dat begrijp ik.'

Rayans perspectief.

Ik probeerde me te focussen tijdens de besprekingen. Ik snap haar niet. Hoezo is ze zo boos op me. En waarom vangt Abdel haar op? Oke wie moet haar anders opvangen, Bilal is in een belangrijke bespreking en alleen hij kan er voor haar zijn. Walid die weet niets.
Nadat ik klaar was gaf ik Bader de leiding en loog dat ik buiten de deur een afspraak heb. Maar ik ben naar huis gegaan. Ik heb gegeten en ben toen gaan slapen. Ik was kapot. Vooral emotioneel. Ik apte Amal dat ik wil dat het goed met haar gaat. Ze apte niet terug. Ik kon niet meer verder slapen. Ik belde Abdel op.
'Salaam, waar is Amal?' vroeg ik meteen.
'Bij mij. Ze is emotioneel een wrak als je dat wilt weten. Ik heb haar meegenomen, ze heeft goed gegeten en ligt nu in mijn bed te slapen.'
'Fijn om te horen. Haar auto staat nog op de parkeerterrein.' Zei ik tegen hem.
'Die haal ik wel voor haar op.'
'Waarom ben je zo lief voor haar Appie?' vroeg ik maar meteen.
'Omdat niemand anders dat doet. Ze wordt afgezeikt en is zelf al in de war van ik weet niet wat.'
'In de war? Hoe bedoel je in de war? Waarover is ze in de war?' vroeg ik bezorgd.
'Dat weet ik niet. Ze is heel nadenkend en afwezig. Waar ze aan denkt allahoua3lem.'
'Ik praat wel met haar. Bedankt dat je haar hebt opgevangen.'
'Geen dank man.' Ik hing op en viel vervolgens in een diepe slaap.'

Amals perspectief.

Ik werd wakker en wist even niet meer waar ik was. Alles kwam na een paar keer knipperen terug. Ik weet het weer. We zijn bij Abdel met zijn ronde bed. Ik stond op en keek uit het raam. Mijn auto stond daar. Ik glimlachte. Wat een lieverd dacht ik bij mezelf. Ik leek wel getrouwd met hem. Zo in zijn huis. Hoe hij me in bed stopte. Ik zag een schilderij van hem en een andere man. Ze schudde elkaar de hand en hadden netjes aan. Een of andere belangrijke certificaat gehaald ofzo..
Ik pakte de grote schilderij van de muur en keek ernaar. Die man heeft ook met Walid op de foto gestaan. Ik bekeek Abdel aandachtig. Hij is knap. Ik dacht altijd dat hij getrouwd was. Zo gedraagt hij zich een beetje.
Ik hing de schilderij terug. Ik rook iets lekkers. Ik liep op mijn sokken de gang op. Ik zocht de douche om me op te frissen. Na die gevonden te hebben nam ik een heerlijke douche. Ik droogde me af en kleedde me om. Dat was lekker. Ik kwam de douche uit en liep op de geur af.
'Hey schone slaapster. Hoe is het met je?' vroeg hij. Ik keek over zijn schouder naar het eten.
'Wauw heerlijk! Is dat voor mij?' vroeg ik met grote ogen. Hij keek me lachend aan.
'Nee, wie heeft dat gezegd. Is voor mijn eigen buikje.' Zei hij stom. Ik sloeg hem.
'Ik zit daar op de bank goede tijden slechte tijden kijken. Kom je het eten brengen. Ik wil er cola bij.' Hij keek me met open mond aan.
'Komt eraan prinses.' Zei hij serieus. Ik keek hem onschuldig aan en glimlachte.
Zo heeft niemand mij genoemd. Was het enige wat ik kon bedenken. Ik keek stilletjes voor me uit.
'Wat is er mop?' vroeg hij observerend nadat hij het eten op tafel voor me neerlegde.
'Ow niks hoor. Ik ben beetje duf door het slapen denk ik.'
'hmm niet liegen tegen mij.' Zei hij zacht.
'Nee ik ben echt duf.'
'Ewa ga maar eten en jou goede tijden kijken. Ik ga even de was doen boven oke?' ik knikte en nam een eitje.
Hij legde zijn hand heel even op mijn wang en zei;
'Bismillah.' Ik keek hem aan en zei hem na. Hij liep glimlachend weg. Ik keek hem verbaasd na maar zei nog een keer Bismillah en begon te eten. Ik genoot. Het was heerlijk.
Ik was uitgegeten en uitgeslapen. Ik besloot dat het tijd was om naar huis te gaan.
'Abdel ik ga naar huis.' Zei ik nadat hij de woonkamer inliep.
'Ben je er klaar voor om alleen op je eigen benen te staan?' vroeg hij ernstig. Ik moest er hard om lachen. Hij kwam naast me zitten.
'Dat lachje wil ik vaker van je zien.' Zei hij.
'Probeer je me nou te versieren?'
'Nee ik zie je gewoon graag vrolijk.' Zei hij serieus.
'Je hebt me goed opgevangen vandaag. Dat zal ik niet vergeten.' Zei ik serieus. Hij glimlachte.
'Het is fijn om te horen dat je het waardeert.' Zei hij.
'Je hebt me auto opgehaald?'
'Klopt. Maar ik wil je eigenlijk zelf naar huis brengen.' Zei hij.
'Waarom?'
'Gewoon. Beter.'
'Hoe moet ik naar mijn werk dan?' vroeg ik hem.
'Ik haal je op en zet je hier bij mij af. Dan neem je je auto weer mee.' Zei hij.
'Hmm, is dat niet teveel voor je?' vroeg ik vaag.
'Nee juist zo gaan we dat doen. Maak je klaar dan breng ik je.' Ik vond het ergens wel fijn om gebracht te worden. Ik heb me hier zo opgevangen gevoelt. Alsof ik belangrijk ben. Ik wilde nog niet alles zelf doen. ik wilde denk ik nog betutteld worden ofzo. Ik trok mijn jas en schoenen aan.
'Kom je prinsesje?' vroeg hij toen hij zijn jas aantrok. Toen pas viel me op dat hij een andere shirt had aangedaan.
'Waar is je witte blouse?' vroeg ik.
'In de was moppie.' Zei hij. Ik schaamde me.
'Doe normaal. Het is niet erg.' Zei hij meteen. Hij liep achter me en deed de deur dicht. We liepen naar zijn auto. Hij bracht me naar huis.
Bij mijn straat aangekomen stopte hij.
'Bedankt voor alles.' Zei ik nogmaals.
'Je hoeft me niet te bedanken schat. Je moet me even je nummer geven trouwens.' Zei hij. Ik gaf hem mijn nummer.
'Slaaplekker zo meteen mop.' Zei hij. Ik wilde uitstappen maar stopte halverwege.
'Wil je nog een keer dua voor mij doen zodat ik kan slapen?' hoorde ik mezelf zeggen.
'Moet ik je instoppen? Ik denk niet dat je vader mij toelaat.' Zei hij ondeugend.
'Doe normaal.' Zei ik terwijl ik hem sloeg.
'Haha kom hier prinsesje.' Hij boog zich naar me toe en knuffelde me. Hij legde zijn hand op mijn wang en reciteerde Ayat El Kursi op. Ik zei hem in gedachten na. Nadat hij klaar was keek hij me in mijn ogen aan.
'Dit kun je elke avond bij jezelf doen. Het maakt je rustig.' Zei hij. Ik knikte.
'Shoukran Abdel. Wat is eigenlijk je hele naam?'
'Abdelnour.' Zei hij. Wauw.
'Wat een mooie naam.' Zei ik verrast.
'Ze verpesten je naam door Abdel te zeggen.'
'haha vindt je?' vroeg hij bescheiden.
'Ja dat is echt zo.'
'Je bent weer aan het ijlen, meisje.'
'Hmm?' zei ik terwijl ik begon te gapen.
'Slaaplekker meisje.'
'Jij ook Abdelnour.' Zei ik en stapte uit.

Verwacht het meest onverwachteWhere stories live. Discover now