Deel 31

1.6K 82 3
                                    

De volgende ochtend, vanuit Amal's perspectief...

Ik stapte uit en sloot de auto af. Ik liep op samir af.
'Eindelijk eens tijd voor me?' zei ik met een spottende grijns.
'Hey, kleine. Ik heb altijd tijd voor je, dus bespaar me je onzin.' Zei hij terwijl hij me in zijn armen nam.
We liepen naar binnen.
'Hoe is het met je zus? Ze zou verloven toch?' vroeg ik om de pijnlijke stilte te onderbreken.
'Ja, dat gaat min of meer niet door. Haar aanstaande wilde het groter en ander hebben en dat vergt meer tijd, in plaats daarvan wordt er een soort van kleine feestje gehouden. Maar daar moet jij alsnog bij zijn, begrepen?' zei hij. ik knikte.
'Wat lief! Dat hij zelfs haar verloving groot wilt hebben, je zus betekent vast heel veel voor hem?' zei ik emotioneel.
'Ja kennelijk..'
'Wat is er? Je bent zou terughoudend?' merkte ik op.
'Nee, tis gewoon.'
'Ja?' vroeg ik nadat de ober onze dranken had gebracht.
'Ik moest me moeder overal heen rijden, en dat irriteert na een tijdje, snap je.' Zei hij. ik knikte.
'geloof me, ik ken zeurende ouders als de beste.' Hielp ik hem aan mijn ouders herinneren. Hij schoot in de lach.
'Gekke Amal!' riep hij melig. Hij keek ineens verstard achter me. Ik draaide me om en ontmoette de grijze kijkers van Hatim die me hatelijk aankeken.
'Hatim.' Zei Samir. Ik keek verbaasd naar Samir.
'Samir.' Zei Hatim toonloos. Zijn ogen rustte weer op mij.
'Wat doe je hier?' vroeg hij alleen.
Ik kon maar beter niet tegen spreken, Hatim kennende.
'Wat drinken met Samir.'
'Zo ver was ik ook wel. Ga op tijd naar huis.' Zei hij droog en liep weg. Zijn Blik! Geen enkel teken van gevoel. Geen enkel emotie. Alleen maar leeg en dof. Wat is dit!
'Samir? Kennen jullie elkaar?' vroeg ik verward. Na al die verhalen die ik hem vertelde over hatim. En nu bleek dat hij hem gewoon kent? Niet door draaien nu, misschien hebben ze elkaar pas leren kennen. Maar zo blij leken ze niet elkaar te zien.
'Hatim is mijn neef.' Zei hij als een mes in mijn hart.
'Wat!' riep ik iets te luid. Een paar mensen keken onze kant op. ik draaide me hoofd snel om.
'Hoe bedoel je! Je neef?'
'Zoals ik dat zeg, hij is mijn neef.'
'Ik begrijp dit niet. Al die dagen, nee jaren dat ik je vertelde over hem deed jij alsof je niet wist wie hij was. Waarom verberg je dat als het niks ergs is?'
'Als jij zou weten dat de beste vriend van jou broer mijn neef is, dan zou jij niet meer met mij om willen gaan. En dat wilde ik voorkomen.' Zei hij verlegen. Ik begreep hem aan de ene kant wel. Hij was bang dat ik bang zou zijn dat hatim alles aan Walid zou doorvertellen. Ik moet er gewoon geen heisa van maken.
'Oke. Back to the story, wanneer is dat feestje?' vroeg ik om niet meer te hoeven denken aan die blik van Hatim. Een wapen.
'Ja, die is dit weekend. Het begint 6 uur. Zorg dat je erbij bent, oke. Souhaila wilt je dol graag leren kennen.'
'Tuurlijk, ik zal er zijn.' Gaf ik mijn bevestiging. Ik sleur Amira wel mee.

Thuis aangekomen zag ik dat mijn moeder bezoek had. Again!
'Hoi mam!' gaf ik haar een kus op haar wang.
'Hey lieverd. Heb je je tante en oom al gegroet?'
'Nee, wie is hier?'
'Je tante Hayat.' Zei me moeder. Ik zuchtte diep. Niet zij!

'Salaam.' Groette ik de overvolle woonkamer. Ik kuste ze en nam zelf plaats.
na een half uurtje vond ik het wel genoeg geweest en verdween stilletjes naar boven. Nog voor ik mijn kamer bereikte botste ik op tegen Hatim. Door de harde kracht waar hij mij mee duwde verloor ik mijn evenwicht. Ik stond op de laatste treed van de trap. Hij greep in een reflex mijn armen en trok me naar zich toe om te voorkomen dat ik achterover van de trap zou rollen. Me hart sprong haast uit zijn plaats van de schrik. En Hatim's aanwezigheid, zo dichtbij deed er een schepje bovenop.
'Sorry. Ik zag je niet.' Zei hij geschrokken. Ik keek naar achteren. Naar de steile trap die ik net niet afgerold was. 'Sorry.' Zei hij nogmaals. Ik knikte en trok me uit zijn armen.
'Gaat het?' vroeg ik op mijn beurt. Hij keek me een tijdje stil aan.
'Het gaat zijn gangetje.' Die stilte gaf aarzeling aan.
'Ik denk het niet.' Hoorde ik over mijn lippen rollen voor ik het zelf besefte.
'Niet altijd wat je denkt hoeft zo te zijn, is het niet?' kaatste hij terug.
'Nee, maar merendeels wel.' Zei ik radeloos zoekend naar woorden. Zoals ik hier eerder al schreef. Hij kan je in een hoekje drijven tot je je gewonnen geeft.
'Hoe was het etentje met je beste vriend?' veranderde hij plots van onderwerp.
'Je bedoelt jou neef?' zei ik scherp. Hij kneep zijn ogen tot spleetjes en trok me ruw aan me arm Walid's kamer in.
'Wie heeft jou dat wijs gemaakt?!' reageerde hij.
'Samir. Wie denk je zelf?' ik trok mijn hand terug. 'Hoe zit dat eigenlijk?'
'Hij is mijn neef ja. En nu?'
'Nu niks. Dus dan ga jij zaterdag ook naar dat feest van zijn zus?' vroeg ik. Hij keek me ineens dodelijk aan.
'Hoe bedoel je "ook"?'
'Daar bedoel ik mee, dat ik ben uitgenodigd en ook ga.' Zei ik verward. Hoezzo zo vijandelijk.
'Jij gaat nergens heen!'
'En dat bepaal jij!'
'Ja, jij gaat daar niet heen, punt. Einde discussie. Waag het niet je gezicht daar te laten zien!'
'Is dat een bedreiging?' reageerde ik fel. Ik schreeuwde zowat het hele huis bij elkaar. Hij hield zijn hand voor mijn mond en duwde me tegen de deur aan. Mijn hart sloeg zijn verplichte slagen over. Mijn ademhaling versnelde zich. En mijn bloed raasde door mijn lichaam.
'Als je daar gaat, zul jij meer weten dan je mag weten. Ga alsjeblieft niet.' Zei hij plots gekweld. Ik trok zijn hand weg. Hij plaatste zijn hand op de handvat van de deur en de andere tegen de deur aan, zodat ik als het ware ingesloten was tussen zijn armen. Zijn borstkas ging hevig op en neer. Hij streste. Zijn stoppen zouden doorslaan. Hem kennende. Ik schraapte mijn keel. Ik verzamelde al mijn moed bij elkaar en legde mijn rechterhand op zijn linkerkant van zijn borst waar ik zijn hart hevig tekeer voelde gaan. Hij schokte even onder mijn aanraking.
'Rustig...' zei ik sussend. Hij zocht mijn blik op en deed wat ik zei. Zijn ademhaling werd rustiger. Ik wilde mijn hand weg halen maar hij legde zijn hand op de mijne.
'Laat het alsjeblieft daar. Nog heel even.' Zei hij haast smekend.
Hij keek naar mijn hals. Hij legde zijn hand in mijn nek.
'Wat doe je, Hatim?'
Hij negeerde wat ik zei en hield dat hangertje met zijn opa's naam vast.
'Het spijt me. Het spijt me zo. Ik kan dit niet waarmaken, hoe graag je dit ook wilt.' Zei hij tegen de hanger. Hij sprak als het ware tegen zijn opa. Maar wat bedoeld hij met "waarmaken"? Wat moet hij doen?
'Hatim, waar heb je het over?' probeerde ik. Met weinig succes, zoals verwacht.
'Luister, ik vertel je dit wanneer ik er klaar voor ben oke. Wil jij alsjeblieft niet gaan morgen?'
'Dat kan niet, ik heb het Samir en Souhaila belooft. Souhaila wil me leren kennen.'
'Ik wil niet dat je gaat.'
'Ik kan niet anders, ik begrijp jou rare gedrag niet. Sorry Hatim. Praat maar weer tegen mij als je normaal kunt doen.' Zei ik teleurgesteld in hem. Ik duwde hem van me af en trok de deur open. Met gemengde gevoelens liep ik naar beneden en nam plaats naarst me moeder in de woonkamer. Ik wilde voorkomen dat zij straks ook nog gaat zeuren dat ik nooit met familie zit. Dat kon ik er vandaag echt niet meer bij hebben.

Verwacht het meest onverwachteWhere stories live. Discover now