Hoofdstuk 1

4.5K 219 144
                                    

P.o.v. Rose

Het is zaterdag. Dat vind ik altijd een fijne dag. Dan hoef je niet naar school en kan ik de andere kinderen een beetje ontlopen. Het is bijna half negen, zie ik op een klein klokje. Ik zit nog in mijn pyjama op mijn eigen kamertje, maar ik moet zo naar beneden om te ontbijten en ik moet mij dus nog aankleden. Ik ben aan het tekenen als er op de deur wordt geklopt. Dan steekt Alice haar hoofd om de hoek.

"Goedemorgen Rose. Kom je zo naar beneden om te ontbijten? Het is bijna tijd. En je moet je nog aankleden, zie ik. Vandaag komen er weer mensen om te adopteren."

"Hoi Alice. Sorry. Ik ben de tijd vergeten. Ik ben al een tijd wakker en ben aan het tekenen. Ik ga me meteen aankleden."

"Mooi hoor", zegt Alice als ze mijn tekening ziet. Ze is naar binnen gekomen en bekijkt aandachtig mijn tekening. Het is een tekening van Alice en mij met nog meer mensen. Haar en mijn naam heb ik er boven geschreven. Alice heeft mij geleerd haar naam te schrijven. Mijn eigen naam schrijven, heb ik gewoon op school geleerd. Ze geeft me weer een aai over mijn hoofd, waardoor ik moet glimlachen.

"Tot straks. Ik loop nog even bij nog een paar kinderen langs die ook nog niet beneden zijn". En dan verdwijnt Alice weer en gaat de deur dicht.

Ik ruim mijn tekenspullen op en loop naar mijn kast. Die is best leeg. We hebben 2 schooluniformen, maar die hoeven we gelukkig niet aan in het weekend. Dan heb ik nog twee setjes andere kleren en twee pyjama's. Ik pak een spijkerbroek en een shirt. Snel kleed ik me om en kijk dan nog eens in de spiegel. Oei, nog even mijn haren kammen, zie ik dan. Ik kam mijn haren en maak snel een staartje.

Ik loop de trap af naar beneden, pak een broodje met kaas en een glas melk en loop naar een tafel die nog leeg is. Snel eet en drink ik alles op. Ik wil namelijk nog wel verder met mijn tekening. Bovendien heb ik dan ook de minste kans dat anderen mij opmerken en gaan pesten. Ik zit het liefst op mijn kamer in het weekend.

 

***

Na een tijdje kijk ik tevreden naar mijn tekening. Klaar.
Dan hoor ik de bel gaan, die aangeeft dat we moeten verzamelen in de huiskamer. Het is bijna half elf. Dat betekent dat de mensen die iemand willen adopteren zo hier zullen zijn.
Snel klap ik mijn tekenblok dicht en leg deze weer in het laatje van mijn bureau. Mijn potloden en stiften gooi ik er boven op. Iemand die binnenkomt, heeft niets te maken met mijn tekeningen, vind ik.

Ik ren de trap af. Het verzamelen in de huiskamer voor de mogelijke adopteerders vind ik altijd een raar gevoel. Ik ben ervan overtuigd dat ik altijd voor niets in de groep ga staan. En toch voel ik elke keer nog een beetje hoop.

Ik sta in de rij als er ineens vier jongens binnenkomen en veel meisjes beginnen te gillen en opgewonden te fluisteren met elkaar. Ik kan het niet verstaan. Vreemd, denk ik nog. Normaal komt er een koppel binnen, gewoon bestaande uit een man en een vrouw. Dit heb ik nog niet eerder meegemaakt. Dat de rest daar nu door moet gaan gillen! Maar ik ga echt niet gillen hoor. Zo ben ik niet. Ik wil niet in het centrum van de aandacht staan. Dan val ik op. En als je opvalt, is de kans dat je gepest wordt groter.

De jongens lachen naar ons en de directrice van het weeshuis (mevrouw Johnson) maant iedereen weer tot stilte. Dat lukt haar deze keer niet echt, terwijl dat normaal geen enkel probleem is voor haar. Vreemd, denk ik weer.

De jongens beginnen met een paar meisjes te praten. Er zal zo wel iemand worden gekozen, voordat ze met mij gesproken hebben. De anderen zorgen wel dat ze de aandacht trekken, denk ik.

Langzaam dwalen mijn gedachten af naar het tekenblok in mijn bureau. Ik heb nu al weer zin om straks een nieuwe tekening te maken. Ik begin na te denken wat ik ga tekenen. Misschien een hond of zo. Ik ben dol op honden. Ik zou zelf wel een hond willen zijn. Oké, gekke gedachte, denk ik dan grinnikend. Ik weet alleen niet of ik dat wel kan tekenen. Al die haren.... Dat lijkt me best lastig. Maar toch wil ik het proberen. Wat voor hond dan...? Ik probeer te bedenken of ik daar wel de juiste kleuren voor heb om een vacht te tekenen.

Opeens voel ik een zacht tikje op mijn arm en verbaasd kijk ik naar een vriendelijk gezicht. Hij heeft blonde haren en blauwe ogen. Zo blauw als de hemel, denk ik nog.

"Stond je wat te denken? Je was een beetje afwezig, geloof ik", zegt de jongen vriendelijk. Ik knik verlegen.

"Hoe heet je?", vraagt hij dan glimlachend.

"Ik ben Rose", zeg ik weer verlegen.

"Hoi Rose. Leuk je te ontmoeten. Ik heet Niall", zegt hij terwijl hij mij een knipoog geeft. Ik moet glimlachen, omdat ik gelijk aan Alice moet denken, die ook vaker naar mij knipoogt. Het ziet er ook zo leuk uit.

Ineens springt een andere jongen met bruin, warrig haar naast Niall voor mijn neus.
"HALLO. WIE BEN JIJ?" roept hij enthousiast. Ik schrik van hem en zijn kabaal en zet gelijk een stapje achteruit.

"Rustig maar, Rose", zegt Niall gelijk. "Deze rare jongen is Louis. Hij is erg enthousiast, maar doet echt niemand kwaad.

Louis, wil je iets rustiger doen? Dit is Rose", zegt Niall vervolgens tegen Louis.

Louis gaat op zijn hurken voor me zitten, zodat zijn gezicht op gelijke hoogte is met dat van mij. "Sorry Rose. Ik wilde je niet laten schrikken". Hij kijkt vriendelijk, maar hij ziet er ook een beetje gek uit, vind ik.

"Dat geeft niet", zeg ik vervolgens nog steeds een beetje verlegen.

Ik zie dat de andere jongens inmiddels ook bij ons zijn komen staan. Achter hun staat Alice, die mij een bemoedigend knikje geeft.

"Hou oud ben je? En wat vind je leuk?", vraagt Niall mij weer.

"Ik ben nog net 6 jaar. Maar over een paar dagen ben ik jarig en dan word ik 7", glunder ik. "Ik vind Alice leuk en vind het ook leuk om te dansen. Eigenlijk van alles wel wat met sport te maken heeft. Hoewel we niet veel aan sport doen hier. En ik het vind het heel leuk om te tekenen." Ze lachen allemaal vriendelijk.

"Kom je daardoor ook aan die gekleurde vingers?", vraagt Louis vriendelijk.

Ik kijk naar mijn handen en zie dat hij gelijk heeft. Ik heb een paar strepen van mijn stiften nog op mijn vingers zitten. Ik word gelijk weer rood en knik weer verlegen.

"Geeft helemaal niet joh. Echte kunstenaars maken er ook een kliederboel van hoor. Die hebben heus geen schone handen als ze getekend hebben of een schilderij hebben gemaakt", zegt Louis lachend, terwijl hij nog steeds op zijn hurken voor mij zit. Ik moet lachen om zijn opmerking. Misschien valt hij inderdaad wel mee, zoals Niall al had gezegd.

Louis staat op en kijkt vragend naar de andere jongens die naar hem knikken. "We komen zo dadelijk terug, Rose. Vind je dat goed?", vraagt Niall aan mij.

Huh, vragen ze nu of ik iets goed vind? Blijkbaar kijk ik ook alsof ik er niet veel van snap, want Niall glimlacht naar mij en geeft me nog een knipoog. Ik knik vervolgens maar. Vervolgens lopen ze naar mevrouw Johnson.

"Goed gedaan", lacht Alice naar me. Ze loopt vervolgens ook naar het kantoor van mevrouw Johnson.

Wat moet ik nu doen? Ze zouden terugkomen, zei Niall? Betekent dat dat ze mij hebben uitgekozen om te adopteren? Nee, dat kan vast niet. Het beetje hoop dat ik voelde, is gelijk weer weg. Ik kijk om mij heen en zie de andere kinderen met elkaar lachen. Ik ga maar vast snel naar mijn kamer, voordat ze zich weer op mij kunnen concentreren en om mij gaan lachen.

One Direction Family ✔Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu