Hoofdstuk ~50~

53 3 0
                                    

Nerveus bijt ik op mijn nagel, mijn hart klopt in mijn keel als ik denk aan wat ik moet gaan doen. Vooral omdat ik niet weet of ik mijn taak goed zal kunnen voltooien, straks zeg ik de spreuk verkeerd en heb ik een groot probleem. Vanmiddag is het zover, dan zal er hopelijk een eind komen aan deze strijd van tirannie en de heerschappij  waar alle andere wezens en mensen onder lijden. Ook al hebben sommige dat niet eens door. Ik vind het verschrikkelijk dat er zo'n grote verantwoordelijkheid op mijn schouders rust. Ellis zegt me dat ik niet teveel moet nadenken en gewoon  mijn best moet doen en dat het wel lukt, ze zegt dat het wel goed komt. Maar hoe weet je dat zo zeker? En hoe weet ik zeker dat ik niet faal. Kan ik dat wel zeker weten?
Ik schreeuw van frustratie en haal mijn handen door mijn haar. Waarom ben ik de uitverkorene, om het zo maar even te noemen. Ik kan dit toch helemaal niet, ik ben hier helemaal niet voor gemaakt. Het feit dat ik weet hoe de profetie gaat is niet echt geruststellend. Of ik zal overleven of ik ga dood,  en dat lot is best wel beangstigend.
Ik lach humorloos in mezelf. Vroeger streste ik bij de eerste beste toets  maar bij vergeleken wat me nu te wachten staat is dat een eitje.
Hoe ben ik hier toch in verzeild geraakt?
Ellis ziet me nerveus tikken met mijn voet. Ze staat op van het bankje en loopt naar me toe.
'Liz, het komt wel goed, maak je niet druk. Jij kan dit. Hier ben je voor gemaakt weet je nog?'
'Ik weet het, maar dat neemt niet weg dat ik super nerveus ben.'
Ik hoor lichte voetstappen bij de deur en mijn schouders verstijfen.
Straks weet iemand dat ik hier zit en komt die mij nu halen.
De deur vliegt met een klap open en Blade verschijnt in de deuropening. Hij doet de deur snel achter zich dicht.
'Liz, de vergadering is vervroegd. De eersten zijn al gearriveerd. Denk je dat je er klaar voor bent?'
Ik knite, ik kan dit. Ik zal wel moeten.
'Goed dan, pak iets waar je je gezicht mee kan bedekken. Ik leid je naar de kamer waar je je schuil zal moeten houden totdat ze er allemaal zijn en ik zeg dat ik naar de wc ga. Oké?'
Weer knikte ik.
Blade pakte mijn arm en trok me achter zich aan. We kwamen in allemaal gangen waar ik nog nooit eerder was geweest. De gangen van Atlantia.
Op een gegeven moment stopten we voor een deur. Blade keek om zich heen en opende toen snel de deur en trok mij mee naar binnen.
'Hier is de deur waar je straks door naar de vergaderzaal kan. Als je goed kijkt zie je hier een gleuf in het hout waar je doorheen kan kijken naar de andere zeven. Ik ga nu weer oké? Ze verwachten mij en ik moet niet te lang weg blijven want anders wek ik achterdocht.' Fluisterde hij.
Weer knikte ik, bang om mijn mond open te doen en daarmee mijzelf te verraden. Blade liep weg en sloot de deur achter zich.
Ik ging verzitten en keek door de gleuf. Ik zag in ieder geval  twee bekenden, mijn vader en Kaylo. De grote massieve deur aan de overkant van de zaal kwam in beweging en twee gestaltes stapten naar binnen. Een vrouw met ontzettend lang donkerrood krullend haar en Blade.
Dat is ongetwijfeld Valence. Dat betekent dat er nog vier moeten komen, Isabeau Blame, Kain Woods, Mallory Livingstone en Chase Carrick.
Blade en Valence waren nog maar net aan de tafel gaan zitten toen de deur weer openging...
De laatste vier van de zeven zijn zojuist gearriveerd.
Chase was makkelijk te herkennen aangezien hij een centaur is. Één van de twee dames had  haar bruine haar in een elegante knot boven op haar hoofd vastgezet. De ander had haar blonde lokken echter nonchalant over haar schouders hangen.
Valence liep naar voren en gaf ze een hand.
'Nou, nu we er allemaal zijn kunnen we beginnen met vergaderen. Neem gerust plaats aan de tafel.'
Ze deden wat Valence zei en gingen aan tafel waarna Valence volgde.
'Dus...' begon de dame met de elegante knot. 'Misschien is het handig als wij ons even voorstellen. Ik ben Isabeau Blame en ik kan je je zintuigen afnemen.'
De andere dame volgde haar voorbeeld en stelde zich voor als Mallory Livingstone met de gave voor het beïnvloeden van je keuzes.
'Ik ben Chase Carrick en ik ben zoals je al wel ziet een centaur.'
De ander die dan wel Kain Woods moest zijn stelde zich ook voor.
'Ik ben Kain Woods en ik kan de natuur naar mijn hand zetten.'
Mijn vader stelde zich voor.
'Ik ben Andrew Alpack en ik ben een weerwolf.'
Ook Kaylo stelde zich nog voor.
'Ik ben Kaylo Dreka en ik ben een elf.'
Hij en mijn vader glimlachten naar elkaar. Vreemd, ik dacht dat ze aartsvijanden waren.
En tot slot stelde Valence en Blade  zich voor.
'Ik ben Blade Darker en ik ben een nimf, en ik moet heel erg nodig naar de wc. Maar begin alvast gerust zonder mij. Valence praat mij wel bij.' Nadat hij dat gezegd had liep hij de zaal uit.
'Nou ik ben Valence Darker en ik ben een sirene/zeemeermin.'
Ik deed de deur open en stapte de zaal binnen. Zeven paar ogen waren direct op mij gericht.
'Ik ben Liz Alpack en ik ben het meisje uit de profetie.'
De verbaasde blikken veranderden in verafschuwende blikken.
'Sta niet zo dom stil en grijp haar!' Nadat mijn vader dat gezegd had rende hij op mij af samen met Kain en Mallory.
Dit is mijn enige kans. Ik moet dit goed doen. Ik sloot mijn ogen en concentreerde mij alleen op mijzelf en de spreuk.
'AMISSA ANIMA MEA!'
Ik schreeuwde het zo hard als ik kon.
Zeven lichamen bleven verstard stil staan en draaiden allemaal op hetzelfde moment hun hoofd naar mij toe. Ze knipperden met hun ogen en keken mij verward aan.
De gezichten vervaagden voor mijn ogen en mijn beeld begon te trillen en een hele hoge piep vulde mijn oren.
Ik greep met mijn handen naar mijn hoofd dn probeerde het piepen en trillen te stoppen.
Zonder succes. Mijn beeld werd steeds waziger en mijn lichaam raakte de grond. Het laatste wat ik zag en voelde voordat alles zwart werd waren voeten die naar mij toe gerend kwamen en hamden die mijn lichaam met de koude vloer scheidde.
Mijn hele blikveld was nu gevuld met zwart.
Is dit mijn dood?

Wolf en OceaanWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu