Hoofdstuk ~48~

54 2 0
                                    

Hoe kon Ellis? Of moet ik zeggen Elise? Hoe kan ze zolang tegen mij liegen? En dan nog maar te spreken over het feit dat Jayden Ellis haar halfbroer is. Ik moet nog even uitzoeken in welk verband, vader of moeder, maar daar kom ik nog wel achter. Maar ten eerste, of Ellis haar vader is de vampieren koning of haar moeder de koningin. Om heel eerlijk te zijn  denk ik dat haar vader de vampieren koning is omdat je er dan moet zijn voor je volk, althans dat neem ik aan.
En haar vader is er nooit voor Ellis en haar moeder wel. Dus ik gok op haar vader. En dat zou ook betekenen dat Ellis en Jayden dezelfde moeder zouden hebben. Want als Jayden een halfvampier zou zijn geweest had ik dat wel aangevoeld.
Bij Ellis heb je toch ook niets doorgehad?  Vroeg Lola.
Nee dat klopt, maar dan zou Kaylo Jayden zijn vader niet zijn maar dat is hij wel. Dus dan is het enige verband dat zou kunnen kloppen, dat ze dezelfde moeder hebben.
Oke, goed jij wint. Nou blij? Snauwde Lola.
Zeg Lola, vanwaar opeens deze uitbarsting? Dit doe je normaal nooit.
Dat is omdat ik weet dat het gevaar dat dreigt steeds dichterbij komt. De overige acht van de twaalf gaan bijeenkomen ergens deze dagen om te bespreken hoe ze ons het beste kunnen uitschakelen. Liz, ik ben bang. De tijd dringt.
Wat? Hoelang weet je dit al? Ik kan toch geen acht mensen/wezens tegelijkertijd uitschakelen?
Ik weet he...
Lola haar stem viel weg en mijn onderbewustzijn bracht mij naar de alleen maar witte ruimte met daarin zes vrouwen in een halve cirkel om mij heen staand.
Vlug stond ik op, het is een beetje ongemakkelijk als ze letterlijk op mij neerkijken. Bovendien herkende ik de maangodin.
Snel boog ik.
'Godin, Is er iets wat ik voor u kan doen?'
De vrouw met de lange blauwe jurk en bruin golvend haar keek mij aan.
'Liz mijn kind, maak je niet teveel zorgen voor de toekomst. Jij bent het meisje van de profetie met een reden. Jij hebt ontelbaar veel moed voor iemand van jouw leeftijd.'
Haar stem kwam mij zo bekend voor, ik wist alleen niet waarvan.
Ik keek haar vragend aan.
Ze grinnikte.
'Dat je mij niet herkent Liz, ik ben Oceane, voor jou ook wel bekend als de oceaan, de godin van de zeewezens.'
'Bent u een godin?'
Toen ik mij besefte wat ik gezegd had, sloeg ik mijn handen voor mijn mond.
'Sorry, dat was niet mijn bedoeling.'
De andere vier, voor mij nog onbekende, vrouwen grinnikten.
'Zeg dames, wat onbeschoft, we hebben ons nog helemaal niet voorgesteld. Liz kent ons nog niet.'
Zei de vrouw met de lange donkerblauwe jurk die overloopt naar wit.
De vrouw met de lange donkergroene jurk en de brede vlecht keek mij aan.
'Ik ben Autumn, de godin van de boswezens.'
De vrouw met de  lange donkerblauwe jurk die overloopt naar wit, nam het woord weer.
'Ik ben Caeli, de godin van de luchtwezens. Aangenaam kennis te maken Liz.'
'Ik ben Star, de stergodin, de godin van de engelen en elfen.'
Star, de godin met de lange lichtgele met witte jurk aan keek mij lang aan.
'En tot slot, ik ben Perpetua, de godin van de vampieren.'
Dat Perpetua de godin van de vampieren is had ik moeten zien aankomen aangezien ze een lange donkerrode, bijna bloedrode, jurk aanhad.
'Wat doe ik hier, ik moet de magische wereld redden, letterlijk.'
Autumn begon met spreken.
'Dat weten wij, wij hebben de profetie gemaakt. En wij maken hem nu ook sterker. Liz, wij hebben vertrouwen in jou. Jij bent niet voor niets het meisje van de profetie.'
De zes godinnen paktten elkaars handen vast en gingen in een cirkel om mij heen staan.
'Het meisje met de affiniteit voor alle vijf de elementen, zal zorgen dat in ons magisch land geen bloed zal drenken. Zij zal de heerser verslaan en op het randje van leven en dood staan.'
Normaal vind ik de profetie al angstaanjagend, maar als zes godinnen met hun hoofden gebogen terwijl ze in een cirkel om je heen staan is het nog angstaanjagender.
Ze openden hun ogen en keken mij aan.
'Het is tijd dat je gaat Liz, je moet acht mensen verslaan. Tegelijkertijd, de spreuk zal sterk genoeg zijn, maar alleen als je vertrouwen in jezelf ook sterk genoeg is.'
Moon keek mij lang aan.
Ik voelde mijn hoofd bonken en zag hun gezichten steeds waziger worden.
Met een harde klap werd ik terug gehaald naar de realiteit.
Ik zag dat ik niet meer in de kamer was met tralies. Ik keek om mij heen en zag de kamer met de tralies achter mij.
Ik ijbeerde door de gang heen. Ik heb een plan nodig, en antwoorden. Ik besloot toch maar opzoek te gaan naar Ellis, of Elise, maakt ook niet uit. Ze heeft haar hele leven tegen mij gelogen, maar waarschijnlijk heeft zij antwoorden, en als ik achter die antwoorden wil komen zal ik  toch even mijn afkeer voor haar opzij moeten zetten.
Ik kwam bij een deur terecht waar Ellis haar geur vandaan kwam.
Net toen ik aan wilde kloppen hoorde ik Ellis en die jongen praten. 
'Je moet gewoon geduld hebben, ze vergeeft je vast wel. Als ze dat niet doet laat ik haar mij niet helpen.'
Ellis gesnik was hartverscheurend. Wat ze ook doet ze is en blijft mijn beste vriendin.
Ik deed de deur open en liep naar binnen terwijl ik gauw de deur achter mij sloot.
Ik rende naar Ellis toe en knuffelde haar.
'Sorry.' Snikte ze
Ik schudde mijn hoofd.
'Het is al goed. Ik snap het wel. Ik was gewoon gekwetst'
Ik trok me los uit onze knuffel en keek de jongen aan.
'Wie ben jij? En wat  moet je met Ellis? En waar moet ik je mee helpen?'
Hij en Ellis wisselden een blik en Ellis knikte.
Hij stak zijn hand uit.
'Ik ben Blade, aangenaam kennis te maken.'

Wolf en OceaanWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu