Hoofdstuk ~12~

222 8 0
                                    

-Lucia -
Beteuterd keek ik uit het raam, waarom heb ik Liz ooit weggegeven? Hopelijk was dit mijn Liz die vanmiddag kwam... Andrew had een zoektocht naar haar uitgezet, nadat ik het terloops een keer had laten vallen, ik miste mijn dochter elke dag meer.
Er werd op de deur geklopt en ik draaide mijn hoofd naar de deur toe.
'Binnen.'
'Hallo prinses van mij.' Andrew was binnengekomen en pakte me van achteren vast.
'Dag, mijn prins.' Zo noemen we elkaar al vanaf de dag dat we elkaar ontmoetten. Er werd mij altijd verteld dat hoe vaker je iets zegt, hoe minder het gaat betekenen. Maar hoe vaak wij dit al wel niet hadden gezegd, het hield zijn betekenis.
'En, ben je zenuwachtig?'
'Altijd. Heb jij er dan nooit spijt van Andrew?'
'Dat we Liz hebben weggegeven? Nooit! Want bij Tim en Barbara heeft Liz vast een goeie jeugd. Bij ons in eerst instantie niet aangezien wij niet samen mochten zijn. Maar nu dat legaal is loopt Liz geen gevaar en wil ik mijn meisje ook terug.'
Een traan biggelde over mijn wang.
'Ze loopt nog steeds gevaar Andrew. Er is een oorlog aan de gang!'
Hij nam mijn gezicht in zijn handen en zoende mij, als hij mij zoende voelde het alsof ik ging ontploffen en alsof er wel tweehonderd duizend kleine vlinders door mijn buik vlogen.
'Wij houden haar veilig prinses, Dat beloof ik je.'

-Liz-
Sarah kwam de kamer binnen lopen.
'Goedemorgen! Wake up sunshine!'

Nadat ik gisteren naar het bos was gerend om te ontsnappen aan alle drama was ik uiteindelijk weer teruggekeerd naar de kamer
'Ja, ja ik kom al!'
De mensen die mij goed kennen zoals Ellis Barbara en Tim weten dat ik vreselijk last heb van ochtendhumeur. Ellis! Ik had Ellis nog helemaal niet gebeld omdat mijn accu het had begeven. Ellis kennende dacht ze nu waarschijnlijk dat ik stervende was.
'Zeg, Sarah?'
'Ja?'
'Is hier ergens een telefoon die ik kan gebruiken?'
'Euhm , dat zou je aan Andrew of Lucia moeten vragen... wij mogen geen elektronische apparaten meer nadat Grompert Locatie West per ongeluk heeft laten opblazen met zijn telefoon... Hij had zijn telefoon ietwat aangepast...'
'Oke dan ga ik dat doen.'
'Ja doe dat. Maar eerst ga je met mij mee even je kleren uit zoeken.'
'Wat is er mis met die jurk van gisteren?'
'Die moet gewassen worden.'
'Ik heb hem nauwelijks drie uur aangehad!'
'Gebruiken zijn gebruiken.'
Inmiddels waren we bij de inloopkast aangekomen en Sarah pakte een licht gele uitlopende jurk met wit kant voor mij en pakte daarbij witte kanten instappers.
'Hier, ik denk dat deze mooi gaat staan bij je ravenzwarte haar.'
'Wauw!' Mijn adem stokte in mijn keel zo mooi was de jurk. Ook al had ik een hekel aan jurken, de jurken die ze hier hadden waren adembenememd.
'Nou waar wacht je op?! Ga je omkleden!'
Vlug deed ik de nachtjapon die ze me gisteravond had gegeven uit en legde hem op bed. Ik schoot in de jurk, of nou ja schoot? Ik wurmde me in de jurk en Sarah deed de knoopjes dicht.
'Ga maar zitten bij de kaptafel dan kan ik je haren gaan opsteken.'
Ik deed wat ze zei en ging netjes zitten. Vervolgens ging Sarah bezig met een ingewikkeld vlecht knot kapsel .
Het eindresultaat was prachtig! Ik voelde me net een prinses!
Toen er op de deur werd geklopt liep Sarah naar de deur
Sarah opende de deur en er stond een butler voor de deur met en dienblad.
'Voor de prinses.' Zei hij plechtig.
Hoe ordinair, toen ik de deksel optilde en een minuscuul briefje zag liggen kreeg ik het gevoel alsof ik in één of andere film was beland. Het gaf me de kriebels.
"Om half 10 verwachten we je in de ontbijtzaal" stond er .
Oke het zal wel. Mijn maag vond ontbijten wel een goed idee. Ik kan ze ook niet mijn hele leven blijfen ontlopen. Al was ik zonder dat ik het wist daar al wel zestien jaar mee bezig.
Ho, wacht is even, noemde hij mij nou prinses?!
Dat is iets wat ik later zou gaan uitzoeken.
'Waar is de ontbijtzaal?' Ik wendde mij tot Sarah.
'Ik breng je er wel heen oké?'
'Dankje, dat zou ik erg fijn vinden.'
We liepen door een heleboel gangen, en kwamen om de tien meter wel iemand tegen. Toen ik me heel leeg voelde. Ik besefte me waarom, een traan biggelde over mijn wang bij de gedachte alleen al. Snel veegde ik hem weg . De stichter van deze traan was de gedachte dat mijn Barbara en Tim nu waarschijnlijk verder waren gegaan met hun leven. Ze hadden gedacht dat wanneer ik mijn echte ouders vond, dat ik bij ze zou willen blijven. Eerst was dat ook zo. Maar nu was ik daar niet meer zo zeker van.
Toen we bij de ontbijtzaal aankwamen had ik mezelf al enigszins tot rust geroepen.
Weifelend bleef ik bij de deur staan, moest ik naar binnen gaan of juist niet? Mijn antwoord werd al beslist door Lucia oftewel mijn moeder die me riep.
'Liz!'
Voorzichtig liep ik naar binnen niet al te veel opvallend hoewel dat geen meerwaarde had want iedereen staarde me toch al aan. Mijn hemel, wat haatte ik aandacht.
Opgewekt wenkte Lucia me.
Twijfelend ging ik naast haar zitten.
'Goedemorgen Liz!'
Dat was Andrew.
'Goedemorgen meneer.'
Hij vertrok zijn gezicht in een pijnlijke grimas.
'Euhm, ik had eigenlijk een vraagje.' Ik richtte me tot Lucia.
'Zeg het maar.'
'Is er ergens een telefoon die ik kan gebruiken?'
'Jawel , hoezo?'
'Mijn vriendin Ellis, ze is zich vast doodongerust en ze is ook helemaal alleen met haar moeder dus ik moet haar echt even bellen.'
'In de balzaal is wel een vaste telefoon, die kan je wel gebruiken.' Zei Andrew
'Oke, dankuwel.'
Op dat moment werd het buffet binnen gebracht, en alles zag er zo heerlijk uit!
'Kom je mee Liz, dan gaan we wat eten halen.' Lucia en Andrew waren al opgestaan en ik stond ook op en liep mee.
Ik wou eigenlijk alles wel proberen maar vond dat zo onbeschoft, dus pakte ik netjes alleen een stuk fruit.
Lucia keek me bezorgd aan.
'Is dat alles wat je neemt?'
'Euhm, ja?!'
'Nee, niet zolang ik je moeder ben, je pakt minstens nog drie dingen, je bent al zo dun!'
'Dat bepaal ik zelf wel. Ik ben al bijna zeventien. Ik weet best wel wat ik kan en moet eten.' Zei ik ietwat boos en pakte nog wat brood en een stukje chocoladecake en als kers op de taart een heerlijk uitziend bakje yoghurt. Want hoewel Lucia had gezegd dat ik meer moest pakken en ik haar niet wilde gehoorzamen, pakte ik toch nog wat eten want ik had eigenlijk best wel veel trek.
Ik at het eten op en liep weer naar het bos. Het bos gaf mij de laatste tijd verbazingwekkend veel rust. Ik ging tegen een boom aan zitten en dommelde langzaam in slaap.





Wolf en OceaanWhere stories live. Discover now