27. De muren hebben oren

2K 124 31
                                    

27. De muren hebben oren

'Dat… dat tijdreisgenootschap?' stamelde ze en Sam knikte. 'Moet jij het voor hen doen? Schaduw jij me daarom?'

'Luister, Isa. Dit kunnen we hier niet bespreken en ook niet bij jou thuis of bij Jamie. Overal hebben de muren oren en dan bedoel ik ook letterlijk muren met oren. Oren in de vorm van microfoons. Bovendien weet ik niet of ik jou kan vertrouwen.'

'Ik weet dat anders ook niet van jou!' kaatste ze terug. 'Jouw vader is één van de belangrijkste leden van de Tempus.'

Hij duwde een hand op haar mond. 'Zeg dat nooit in het openbaar. Overal vind je spionnen. Er werken veel meer mensen dan jij en ik weten.'

'Iedereen lijkt wel een eigen agenda te hebben,' bromde ze. 

'Iedereen heeft een eigen agenda, Isa. Kom vanavond naar dat koffietentje vlakbij de bioscoop op het Eemplein. Op een openbare plek is afluisteren lastiger.'

'Is het niet erg dat mensen ons zien?'

Sam haalde zijn schouders op. 'We hebben niet veel keuze.'

'Dit is in elk geval beter dan bij Parker langsgaan,' zei Alex, terwijl hij zijn fietssleutel in zijn zak stopte. 'Ik verheugde me daar niet echt op.'

'Ik weet alleen niet of hij blij gaat zijn dat ik mee ben,' zei Jamie toen. 

Isa haalde haar schouders op. 'Ik kan dit ook maar beter niet alleen doen, toch?'

Het koffietentje was rustig en ze zag Sam al zitten aan de grote leestafel in het midden van de zaak. Voor hem lag zijn schetspotlood en kleurpotloden. Zijn gezicht betrok toen hij de jongens achter Isa in het oog kreeg. 

'Je was zeker bang dat ik je zou ontvoeren, Isa,' zei hij langzaam. 

Ze besteedde geen aandacht aan zijn woorden en trok zijn schetsboek naar zich toe, terwijl ze naast Sam plofte en haar jas over de stoelleuning hing. 

De laatste tekening was er één van een jongen die op Sam leek met dezelfde ogen, dezelfde kaken, maar een totaal andere neus. 

'Je broer?'

De jongen knikte even en trok zijn schetsboek terug om het met een klap dicht te doen. Ze had zijn tekeningen zo vaak bekeken, maar nu voelde het anders. Ook omdat hij het boek nog nooit eerder van haar afgepakt had.

'Ik wist niet dat je een broer had,' zei Jamie. 'Wat willen jullie drinken?’

Isa wilde een warme chocolademelk met slagroom, Alex een zwarte koffie en Sam had nog een halfvol kopje dat hij omhoog hield. 

Toen Jamie buiten gehoorsafstand was, fluisterde Sam: 'Waarom heb je hem ook meegenomen?'

'Jamie?' vroeg Alex verbaasd. 'Waarom niet?'

Sam schudde zijn hoofd. 'Lang verhaal. Hoe weet ik of ik jullie kan vertrouwen?'

'Hoe weten we of we jou kunnen vertrouwen?' Jamie kwam terug lopen met drie bekers. 'Alsjeblieft, Isapisa, Alex.' Hij schoof de bekers door en ging toen zitten. 

Sam schoof zijn mouw omhoog en Isa zag het rondje niet meteen. Pas toen de jongen er even overheen gewreven had, kwam het tevoorschijn. Het was niet zo zwart als dat van de andere drie, maar neigde meer naar rood. Net als die van Parker. Jamie floot tussen zijn tanden door.

'Damn, ik had gelijk. Je bent een Reiziger.'

'Natuurlijk heb je gelijk, geelhaartje. Hoe denk je dat ik anders in Amsterdam terechtkwam?' zei Sam spottend. 'Ik had jullie spoor niet kunnen volgen als ik geen Reiziger geweest was. Aangezien ik geen talisman heb, heb ik niet veel keuze.'

De Tijddraaiers #1: Zwart als inktWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu