Eternal War |Boek 1|

By Luna-Bellilia

26.4K 1.2K 348

Dutch/ Nederlands, Deel 1 (voltooid) Vroeg op de morgen zag ik voor het eerst in tijden een weerwolf, in dat... More

Voorwoord
Personage lijst
Hoofdstuk 1a: Zwart En Blauw
Hoofdstuk 2a: De Geheime Bibliotheek
Hoofdstuk 3a: Herinneringen
Hoofdstuk 4a: Tegenovergestelde Groepen
Hoofdstuk 5a: Ze Zijn Het Waard
Hoofdstuk 6a: Sirius
Hoofdstuk 7a: Iemand Die We Al Lang Zoeken
Hoofdstuk 8a: Het Fort Van De Waarheid
Hoofdstuk 9a: Het Hart Van Een Vampier Doen Kloppen
Hoofdstuk 10a: Gered Door Een Droom
Hoofdstuk 11a: Overgelaten Aan Zijn Lot
Hoofdstuk 12a: Nog Steeds Haar Zoon
Hoofdstuk 13a: Praten Tegen De Maan
Hoofdstuk 14a: Niet Zo Zedelijk
Hoofdstuk 15a: Ze Huilde Licht
Hoofdstuk 16a: Een Rood Medicijn
Hoofdstuk 17a: Nachtmerrie
Hoofdstuk 18a: Een Leegte Opgevuld Met Pijn
Hoofdstuk 19a: Strikte Orders
Hoofdstuk 20a: Een Spel Met Feeënstof
Hoofdstuk 21a: Concentratie
Hoofdstuk 22a: Simulator
Hoofdstuk 23a: Een Goede Vriend
Hoofdstuk 24a: Fork, Fork, Fork
Hoofdstuk 25a: De Test
Hoofdstuk 26a: De Brieven
Hoofdstuk 27a: De Doden Weten Meer
Hoofdstuk 28a: Hoge Academie Voor Magie
Hoofdstuk 29a: Eeuwen Van Oorlog
Hoofdstuk 30a: Onze Broer
Hoofdstuk 31a: Maskers
Hoofdstuk 32a: Apart
Hoofdstuk 1b: Vingers Op Het Klavier
Hoofdstuk 2b: Een Geest
Hoofdstuk 3b: Perfecte Leugenaar
Hoofdstuk 4b: Citadel Der Oudsten
Hoofdstuk 5b: Het Naburige Huis
Hoofdstuk 6b: De Dimensies Redden
Hoofdstuk 7b: Hey, Is Ze Al Dood
Hoofdstuk 8b: Gesa Of Idril
Hoofdstuk 9b: Verassing
Hoofdstuk 10b: Het Hartje Van Sneeuw
Hoofdstuk 11b: Perspectieven
Hoofdstuk 12b: Een Koningin In Wording
Hoofdstuk 14b: De Blauwe Geest
Hoofdstuk 15b: Verloren Liefde
Hoofdstuk 16b: Spitse Tongen
Hoofdstuk 17b: Laten We Beginnen
Hoofdstuk 18b: Een Gedichtenboek
Hoofdstuk 19b: Een Entree
Hoofdstuk 20b: Red Jezelf
Hoofdstuk 21b: Schuilen Voor De Regen
Hoofdstuk 22b: De Spreuk Zonder Prijs
Hoofdstuk 23b: Een Vleugje Elvenstof
Hoofdstuk 24b: Het Is Weg, Compleet Verdwenen
Hoofdstuk 25b: Berichten Voor De Maan
Hoofdstuk 26b: Gesprekstherapie
Hoofdstuk 27b: Het Moeras Monster
Hoofdstuk 28b: De Groepsfoto
Hoofdstuk 29b: Conversaties In Het Duister
Hoofdstuk 30b: Als Je Ooit Vergeet Dat Je Van Me Houdt
Hoofdstuk 31b: Het Drakenpaleis
Hoofdstuk 32b: De Melodie Van De Nacht
Hoofdstuk 33b: Valse Ezran En Philomena
Hoofdstuk 34b: In De Schaduw Van Een Geest
Hoofdstuk 35b: De Sedaber
Hoofdstuk 36b: Een Tijger, Een Leeuw, Een Schorpioen
Hoofdstuk 37b: Heren Der Verwarring
Hoofdstuk 38b: Ruilen In De Sneeuw
Hoofdstuk 39b: Twee Draken Én Ik
Hoofdstuk 40b: Mogen De Schaduwen Met Ons Zijn
Hoofdstuk 41b: Kant Van De Levenden
Hoofdstuk 42b: Een Vloek Met Schaduwen
Cries After War
Dankwoord

Hoofdstuk 13b: Niet Te Stoppen

349 12 0
By Luna-Bellilia

Pov. Brandon

De eerste dag na mijn vrijlating uit de kerkers van de citadel der oudsten kwam één van mijn onderofficieren een bundel papieren brengen, mijn taakbeschrijving. Graag had ik gefrustreerd geschreeuwd dat ik nog niet zo lang uit dienst was om te vergeten wat mijn job was maar zo beheerst mogelijk knikte ik en wees ik naar een lege hoek van mijn bureau. Hij legde de papieren neer, saluteerde en verliet mijn bureau vervolgens. Al wist ik nog zo goed wat mij te doen stond, ik bladerde rustig door de stapel papieren en ving hier en daar een woord op. De manschappen trainen en mijn formatie taken geven, de onderofficieren leiden en goed contact onderhouden met alle officieren was de grote leidraad waar ik als opperofficier aan moest voldoen. Als generaal zou ik vaak achter mijn bureau zitten, bezig met werkbesprekingen en als ik buiten mocht was dat voornamelijk voor functionele bezoeken. Ik zou zelfs niet uitgezonden worden maar missies kunnen leiden en orders geven van een afstand. Zoals in bijna alle strijdmachten werden de legers van alle afzonderlijke dimensies inclusief het kroonleger dat in principe aan de drie uitverkorenen toebehoort opgedeeld in componenten. Zo had je de vier basis componenten: landcomponent, luchtcomponent, marinecomponent en het medische component. Daarbovenop beschikten en erkenden de dimensies de special forces waartoe ik gerekend werd als een component met zijn eigen rangen en generalen. Doorheen de jaren was ik in de kring van de special forces gestegen in rang en stond ik nu bovenaan de hiërarchie als generaal van de special forces met onder mij drie rangen binnen de opperofficieren. Arion was in dienst binnen het medisch component als heler en arts en ging meestal mee met de divisie van Aurora die als leidinggevende generaal-majoor fungeerde. Zij die in het medische component actief zijn worden meestal uitgezonden samen met het landcomponent en zelden met één van de andere componenten of alleen. Ook werden er af en toe leden van het medische component meegezonden met de special forces. In de afzonderlijke dimensies waren degene die in dienst zijn de bewoners van de dimensie en werden alle taken door hen vervuld maar in het verenigde kroonleger waren alle soorten wezens aanwezig. De meerminnen- en mannen waren binnen het kroonleger voornamelijk actief bij de marine en de feeën bijvoorbeeld hoofdzakelijk bij de luchtmacht maar de groepen waren gemengd wat zo zijn voor en nadelen had. Vladimir had uitsluitend trouw gezworen aan zijn eigen dimensie en is daarmee in dienst gegaan in het vampierenleger en hetzelfde gold voor Zack maar ik was geen weerwolven generaal, ik was een kroon generaal. Er werd van mij verondersteld trouw te zijn aan alle wezens en de veiligheid van de dimensies in zijn algemeenheid was mijn grootst te verwezenlijken taak. Ze hadden uitgerekend mij een bureau job gegeven waar ik zo snel mogelijk van af wou zijn wat in mijn geval anderhalve maand was. In die tijd wist ik mijn onderofficieren zo ver te krijgen mijn plaats in te nemen terwijl ik zelf mee ging met mijn troepen. Gelukkig voor mij stond ik bovenaan de commandostructuur en lukte het mij zonder al te veel moeite om niet alleen de onderofficieren en vrijwilligers te trainen maar ook om daarna met één van de elite teams binnen de special forces uitgezonden te worden.

De voorbereiding voor deze missie hadden we al gedaan. Onze verhalen waren op elkaar afgestemd en iedereen zou hetzelfde vertellen aan onze vijand in geval ze gevangen werden genomen. We kenden het territorium en de plattegronden hadden we ook van buiten geleerd. We waren er helemaal klaar voor, het bloed stroomde door onze anderen, ik hoorde onze hartslagen versnellen. Adrenaline werd aangemaakt en het vuur nam alles over. Ik draaide mij om naar mijn team en gaf ze ter herinnering nog eens het signaal uitleg van wat ze moesten doen. Eerst en vooral wees stil, met mijn vinger voor mij mond en mijn wapen in de aanslag keek ik ze aan. Ik legde vervolgens mijn hand achter mijn oor en daarna boven mijn ogen, hoor en luister, zie en kijk en zoek. Ze maakten allemaal het perfecte teken, hun wijs en duimvingers tegen elkaar terwijl de overige vingers uit elkaar in de lucht staken, ze hadden mijn bericht ontvangen. Zoals gebruikelijk was gingen we allemaal op één knie zitten met één hand op de rug en de andere waarmee we ons wapen vast hielden voor ons, een soort knieval. We waren loyaal aan elkaar en de dimensies, bereid om voor die dingen te sterven. Hier waren we soldaten, wat onze rang ook was wie we ook waren. Bij terugkeer van een geslaagde missie waren we echter helden tot we terug op een slachtveld terecht kwamen, terug soldaat, terug een krijger. We kwamen overeind, hier gingen we dan, met mijn vrije arm maakte ik een hoek van 90 graden. Ik zwaaide met mijn arm naar mij toe, vooruit gaan. Ik draaide mij om en nam mijn zwaard juist in de hand terwijl ik helemaal van voor de juiste gang door liep waar de gesloten deuren ons al opwachten. De twee die ons aan het andere eind van de gang rugdekking gaven lieten ons weten dat we verder konden. Ik gaf de andere het stop teken, een simpele hand die ik naar achter stak zorgde ervoor dat iedereen halt hield. Ik wees degene naast mij aan en wees vervolgens naar mij. Hij liet mij weten dat hij het begreep en ging toen klaar staan. Tot nu toe waren alle deuren in het gebouw open geweest dus moest ik de deur niet in trappen. Ik duwde de deur open en rende naar binnen samen met degene die ik had aangeduid. De ruimte was leeg op een paar meubels na die her en der verspreid stonden. We constateerde dat de ruimte leeg was maar controleerden alsnog op eventuele valsstrikken vooraleer ik de anderen toestemming gaf binnen te komen. Twee andere soldaten namen hun post als rugdekking nu in bij de deuren van deze ruimte terwijl de rest verder ging. Onze missie was simpel, in één van de veroverde gebieden in de vampierendimensie hadden de demonen een kamp opgezet in een nu verlaten business district. Wij hadden door een ander special forces team vernomen dat ze bezig waren met de ontwikkeling van een wapen. Naast het business district was er een industriegebied waar ze het nodige materiaal konden vinden. Doordat het andere team dat ik twee dagen eerder had gestuurd erin was geslaagd te infiltreren had mijn team nu de mogelijkheid iets te doen met die informatie. Het wapen onschadelijk maken was onze belangrijkste missie maar zoveel mogelijk demonen doden hoorde daar altijd bij al werd het nooit gezegd of stond het op geen enkel document. Inmiddels waren we bijna bij de juiste zaal aangekomen. Vreemd genoeg hadden we op deze verdieping niemand onschadelijk moeten maken tot nog toe. Bij de ingangen beneden en de eerste drie verdiepingen stonden bij bijna elke ingang iemand op wacht. Zoals gepland was ons team opgedeeld geweest in kleinere eenheden bij het betreden van het gebouw zodat we alle ingangen konden vrijwaren en bij het verlaten minder problemen zouden ondervinden. Alles ging volgens plan, we ontmoeten elkaar op de tweede verdieping waar we moesten mededelen of alles goed was verlopen. Gelukkig hadden we geen enkele demon gemist en waren we erin geslaagd geen alarm af te laten gaan. Op de zesde verdieping zou het wapen moeten zijn dat opgesteld zou zijn in een vergaderzaal. De materialen konden ze hier naartoe teleporteren vanuit het industrieterrein waar een ander kamp was opgesteld. Dit gebied had echter prioriteit gekregen doordat er een onbekend wapen in de maak was wat mijn team en ik onschadelijk moesten zien te maken, het liefst moest het hele district verwoest worden en in puin op gaan. Zolang onze vijand het niet in zijn voordeel kon aanwenden, zoals de Russen de tactiek van de verbranden aarde gebruikten tijdens een mensen wereldoorlog gebruikten ook de dimensies gelijkaardige tactieken maar dat lukte niet altijd. Deze twee gebieden waren bijvoorbeeld uitgedraaid in heuse bloedbaden waar vrijwel alle vampieren die er waren zijn gesneuveld in de strijd of later geëxecuteerd. Geen tijd om dit territorium te vernietigen dus. Inmiddels waren we aangekomen in de gang waarvandaan je de vergaderruimte al kon zien met zijn glazen wanden. De rugdekking stond opgesteld dus besloot ik om met vier van mijn mannen rustig naar binnen te gaan om de situatie te analyseren en uit te zoeken of de indeling onveranderd was gebleven. De voorhoede die is geïnfiltreerd had mij een gedetailleerde beschrijving gegeven van het uiterlijk van het wapen en hoe en waar het stond opgesteld. Als dat niet was gewijzigd moesten we niet improviseren of het plan aanpassen. Ik wees willekeurig een paar krijgers aan en liet ze weten dat ze verder konden gaan. Ze liepen langs mij heen naar binnen gevolgd door mij. Met onze lichte uitrusting was het vrij makkelijk om te bewegen en konden we ons verschuilen achter het meubilair. In vaste stappen boekten we vooruitgang met telkens twee krijgers die rugdekking gaven. Samen met een andere krijger moest ik de eerste keer rugdekking geven. Geknield en met mijn wapen op punt stond ik klaar. Achter mij hielden ze halt dus stonden we recht om helemaal vooruit te lopen terwijl degenen die voor ons stonden nu rugdekking gaven. De mogelijkheden om ons achter te verstoppen werden schaarser. Ik probeerde achter het bureau waar ik achter knielde heen te kijken en zag door het glas drie bewapende demonen bij het wapen staan. Het wapen was uitgestald op de lange vergadertafel en leek al in gereedheid gebracht te zijn want de beschreven onderdelen die los hier en daar verspreid over de tafel lagen waren verdwenen, bevestiging aan het grote wapen. Ik gebaarde om halt te houden en op hun huidige positie te blijven staan toen de aderen in mijn uitgestoken arm pijn begonnen te doen. Het voelde aan alsof mijn bloed stolde in mijn lichaam, de pijn verspreide zich razendsnel doorheen mijn lichaam. Ik liet mij tegen het bureau zakken en liet uiteindelijk zelfs mijn zwaard zakken, hij viel bijna uit mijn hand maar gelukkig kreeg ik mijn spieren zo ver om hun grip niet te verliezen. De demonen kennen ongetwijfeld het geluid van een kletterend zwaard goed genoeg, zoals elk van ons. De anderen keken mij aan maar konden mij niet vragen wat er aan de hand was dus ze gebaarde het. Ik gebaarde niks terug en ging terug gehurkt zitten om verder te gaan ondanks de pijn. Met mij was er niks mis, met Luna daarentegen wel wat mij zorgen baarden. Tijdens een training had ik mijn focus door haar verloren maar hier kon ik mij dat niet veroorloven. Iedereen keek mij afwachtend aan, gespannen onderzochten hun blikken mij, in afwachting van een bevel. Ik tekenden het verdere plan met mijn vinger op de grond. Het was de bedoeling dat we ze alle drie tegelijkertijd uit schakelden voordat ze konden teleporteren en terug keren met versterking. Ondertussen moesten we ook veilig zijn en uitkijken voor binnen komende demonen voor wissels en dergelijke want die tijden en andere details hadden we niet in kaart kunnen brengen. Wij waren betoverd door een tovenaar dat in onze unit zat om geen geluid te maken, onze voetstappen waren niet te horen maar onze wapens en alles dat wij aanraakten maakte wel nog steeds geluid waardoor we erg voorzichtig moesten zijn. Een verkeerde beweging en ze teleporteerden weg, op die manier waren er veel krijgers om het leven gekomen. Ik ademde een paar in en vermande mezelf, ik drukten mijn kaken strak op elkaar en beet de aanhoudende pijn weg. Ik kwam rustig overeind gevolg door de andere. Rustig slopen we dichterbij, na één meter waren we onopgemerkt, twee meter onopgemerkt, drie meter onopgemerkt, vier meter stond ik een seconde lang stil door de pijn die door mijn aderen stroomde. Maar mij kon je niet zo makkelijk in bedwang houden, ik zou mijn team niet in de steek laten, je hoort niet te stoppen te zijn. Dat herhaalde ik voor mezelf, iets dat mijn vader mij had ingefluisterd bij mijn eerste gevecht om mij moed in te praten en mij aan mijn waarde aard, mijn natuur te doen denken. Vijf meter en de deur was nog maar twee stappen van ons verwijderd. Een glazen deur en drie demonen die voor dit moment de andere kant uit keken. Ik gaf het 'nu' teken zodat de magiër in ons midden wist dat hij de deur moest weg toveren of ons de mogelijkheid moest geven erdoor heen te kunnen gaan. De deur bleef staan dus liep ik naar binnen wat zonder problemen ging. Eén van de drie merkte mij in zijn ooghoek op maar werd door een fee in een kooi geplaatst van gebogen metaal dat hij zo stuurde dat het zijn hele lichaam omringde. Hij begon woest te schreeuwen en beukte zo goed als mogelijk tegen het metaal maar het haalde niks uit. Ondertussen bewoog ik mijn hand naar één van de demonen toe om het zwaard door zijn lichaam te steken maar ineens begon mijn hand oncontroleerbaar te trillen waardoor het zwaard uit mijn handen viel. Mijn lichaam reageerde op de pijn die Luna voelde. De vampier drukte hem tegen de vergadertafel en ging het gevecht aan terwijl ik een van de dolken greep die rond mijn borst was gebonden met de hand die niet trilde. Ik mikte en gooide en wist hem op de voorgenomen plek te raken. Wij waren met z'n drieën binnen terwijl de overige twee buiten de parameter in de gaten hielden en controleerden of er meer wezens in aantocht waren. De demon draaide zich om keek naar de tafel waar het wapen op lag en vervolgens naar mij. Ik wist al wat hij van plan was dus stormde ik net als hij op het wapen af. Ik wist hem de weg te versperren en sloeg hard tegen de dolk die nog steeds in zijn huid zat maar nu zo diep in zijn lichaam stak dat je het punt bijna aan de andere kant door ze zijn huid zag steken. Hij begon een vuurbal te creëren die hij naar mij gooide, ik wist net op tijd het vuur te ontwijken waarvan ik de warmte naast mijn gezicht voelde strijken. Ik zetten mij af op de tafel en trapte met beide benen op de plek waar de dolk bijna naar buiten kwam. De scherpe randen bewerkte zijn ingewanden nog meer waardoor het shirt dat hij droeg langs beide kanten bloedrood begon te kleuren. "Achter je", schreeuwde de elf die op wacht stond ineens. Ik draaide mij om en zag een beest met een enorme snelheid op ons af vliegen. Binnen enkele tellen vloog hij door het glazen raam naar binnen en lande recht op de tafel. De glasscherven vlogen alle kanten op en bezorgde elk van ons sneedjes. De tovenaar en elf voegde zich nu bij ons in de ruimte. De demon brulde terwijl hij met zijn vleugels klapwiekte, een primitief beest dat ons zijn dominantie wou tonen. Het had echter geen effect want al gauw werden er zwaarden getrokken en zwaaide de demon met zijn poten in een poging te ontkomen. Nadat we het beest aardig wat letsels hadden toegebracht veranderde het terug in iets wat op een mens geleek. Naakt lag hij op tafel wetend dat dit zijn laatste seconde waren onder de levenden. Maar net voor ik hem wou afmaken met mijn zwaard begon mijn hand terug te trillen, van die mogelijkheid maakte hij uiteraard gebruik. Het wapen waar hij half om was gekruld richtte hij nu op mij. Hij duwde zijn handpalm op een raar platform achteraan het wapen. Pas toen de knal het wapen verliet realiseerde ik mij dat het een versterker was, hun gif generatieve gaven werden hierdoor waarschijnlijk een honderd tal keer versterkt. Hij was toegetakeld en kon daardoor niet goed richtten, hij raakte mijn benen. De oorverdovende knal blies mij door de glazen wand zo tegen de stenen muur aan, weg was de pijn.

Pov. Nora

Ik had de mogelijkheid gekregen om mij op te frissen en iets te eten. Een bad had mij goed gedaan, voor minstens twee uur had ik in het water gebaad. Aan mijn nieuwe zintuigen moest ik nog wennen, na twee uur pas voelde het water niet meer vreemd onder mijn aanraking. De rimpelingen die ik veroorzaakte door met mijn hand van links naar rechts of van voor naar achter te bewegen voelde eindelijk wat normaler aan wat ik als teken beschouwde om uit het water te stappen. Mijn persoonlijke dienstmeisje hielp mij met aankleden en vroeg of ik gezelschap wou tijdens het eten. Haar aanbod had ik geaccepteerd omdat de gedachte gold, eerlijk gezegd hoefde het niet maar ik had er ook niks op tegen. De gedachten die mij niet los wouden laten zouden nu misschien kunnen vervangen al was het maar voor heel even. Een vampier zijn vond ik niet het ergste, ik was dood en daar had ik vrede mee gesloten in de uren dat ik uit mijn coma was ontwaakt. Daar kon ik overigens ook niets meer aan veranderen. Al had ik nog zo veel onmogelijke dingen zien gebeuren in de laatste maand, uit de dood herrijzen bleef onmogelijk. Misschien hadden Manal en ik geen lessen magie gekregen maar hier en daar vingen we wel wat op. Bovendien kregen de beschermsters ook een soort spoedcursus omdat het belangrijk was om het minimum aan kennis te bezitten over de bovennatuurlijke wezens die de dimensies bewoonde en wij moesten zien te redden. Daardoor wist ik met honderd procent zekerheid dat het niet ging, allesinds niet op de juiste manier met goede magie. Er golden volgens koningin Ylva regels omtrent het gebruik van zwarte magie en daarmee ook het laten herrijzen van de overledenen. Het ergste van al was de band die er nu was tussen ons. In mijn leven had ik genoeg vampieren films en series gekeken. Doordat ik was gecreëerd uit Vladimir zijn bloed zouden we op een vreemde manier met elkaar verbonden zijn zelfs verweven. We hadden nu iets gemeen, ons bloed waarbij waarschijnlijk nog andere eigenschappen waren verweven. Onbewust zou ik naar hem toe leunen, meegaan met hetgeen dat hij zei en zijn woorden als de enige waarheid beschouwen, een gedachte dat mij furieus maakte. Ik ademde diep in en verjoeg de gedachten waarna ik mijn vork iets te hard door mijn eten stak. De punten van de tanden waren nu gekromd en mijn eten een beetje geplet. Ik verslapte mijn grip en liet de vork zakken om een servet te pakken. Op de comfortabele hoodie die ik droeg was er een spat van de saus die ik nu weg veegde. Vreemd genoeg had ik geen jurk gekregen maar een joggingbroek en een hoodie waarvan ik de kap over mijn hoofd had getrokken. "Hier", klonk het terwijl een groot glas voor mijn neus werd geschoven, een glas bloed. Ik schoof het terug weg "nee bedankt." "Uwe majesteit, u moet iets drinken kort nadat u bent veranderd anders kan de verleiding later op de dag te groot worden", liet ze mij weten. "Het gaat prima, bedankt", probeerde ik nu "geen dorst." "Prins Vladimir heeft mij gevraagd u te vertellen dat het belangrijk is voor een nieuwe vampier om eerst echt bloed te drinken, daarna kunt u overstappen op een supplement. De meeste vampieren worden ziek als ze het supplement eerst innemen volgens de prins. Hij raad u aan eerst dit te drinken en wou dat ik u verzekerde dat het van dierlijke oorsprong is." "Waarom zou ik hem geloven", zei ik lijzig. "Zijn broer prins Liam heeft er zelf op toegezien, dat was ik vergeten te vermelden", reageerde ze. Liam vertrouwde ik wel en bovendien was ik ervan overtuigd dat als het niet echt nodig was hij het mij zou laten weten of het personeel ervan weerhouden om mij het glas te brengen. In de drie maanden dat ik in coma lag had ik Liam elke dag gesproken, eigenlijk kende ik hem veel beter dan zijn broer en ook Zack en Brandon kende ik amper. We hadden in de maand dat we elkaar kende niet zo veel gesproken, we hadden het één en ander meegemaakt maar nog nooit gepraat zoals Liam en ik deden behalve die ene keer dat Zack mij steun probeerde te bieden nadat ik geslaagd was voor de test maar die vriendschappen waren nooit verder ontwikkeld. De prille vriendschap die pas was ontsprongen met Vladimir was gedoemd zodra ik stierf en gestopt zodra ik erachter kwam. Die stomme band en zijn nog stommere besluit stonden dat namelijk in de weg. In staat om hem te vergeven was ik bij lange na niet en vermoedelijk, mijzelf kennende zou er altijd een stukje van mij zijn dat hem niet had vergeven. Nooit meer zou ik hetzelfde naar hem kunnen kijken. Blijkbaar was hij niet echt de persoon die ik dacht dat hij was. De rustige bemiddelende prins die mee ging met de rest en niet echt terug vocht maar eerder accepteerde, aanvaarde. De docent die Aurora had onderwezen was in mijn ogen niets meer dan een egoïstische kroonprins geworden. Het lef dat hij had om het mij zonder enige spijt te vertellen, zonder een verontschuldiging en dan nog te bedenken dat ik zelfs de tijd niet kreeg om alles te verwerken. Nee inplaats van alles te laten bezinken word ik morgen gekroond, alsof ik niks anders aan mijn hoofd heb. "Alstublieft", zei ze nadat ik te lang in stilte naar het glas had gestaard. Ik trok het glas dichterbij en bleef er nog even naar kijken voordat ik het bloed achterover goot. De warme rode vloeistof stroomde naar binnen en zorgde ervoor dat ik mij onmiddellijk beter voelde. Veel energieker en de onverzadigbare honger werd ook meteen gestild. Alleen vond ik het lekker, het zorgde ervoor dat ik van mezelf begon te walgen maar de heerlijke smaak zorgde er nu eenmaal voor dat ik meer wou. "Als u meer wilt is dat geen probleem", hoorde ik haar zeggen "er is meer, zal ik het voor u halen?" Voor ik het wist had ik een "ja" uitgesproken. Al had ik niets gezegd ze wist het meteen, blijkbaar was ze best goed in het oppikken van non-verbale signalen dacht ik aanvankelijk maar toen zag ik mijn weerspiegeling in de glazen vaas. Mijn ogen stonden bloeddorstig en de typische hoektanden waarvan het bloed droop en mijn lippen rood kleurde had ik schoon gelikt.

Mooier opgemaakt dan op het bal stond ik nerveus maar vooral boos te wachten tot ze mij zouden halen. Mocht ik Vladimir te zien krijgen zou ik misschien uitvliegen en hem bij de keel grijpen. Sinds gisteren had ik hem nog niet gezien en ook de stem die mij had doen stoppen was verdwenen. Ik had nog even gezocht maar bedacht mij dat het misschien iemand in een andere ruimte was die over iets totaal anders bezig was. Mijn gaven had ik al ontdekt en ook uitgeprobeerd op Dimir, toen ik niet kon stoppen had ik een stem gehoord die zo kalmerend had gewerkt dat het er uiteindelijk toe leiden dat ik stopte. 'Je haat hem misschien, hij heeft jou pijn gedaan maar dat betekent niet dat jij hem moet pijnigen. Kalmeer, denk aan je vriendinnen, je familie, je geliefden. Degenen waarvan je houd.' Misschien waren het de woorden die mij deden stoppen maar misschien was het ook wel de plotselinge opkomst van de stem die alleen ik leek te horen. Het was een mannenstem die recht in mijn oor fluisterde, ik voelde iemands aanwezigheid maar zag niks. Even snel als de stem verschenen was verdween hij ook weer. Sindsdien was er geen spoor meer te bekennen, ik wist er zelfs zo weinig over dat ik begon te twijfelen of ik het wel echt had gehoord. Misschien was het wel mijn geweten dat ineens een stemgeluid had ontwikkeld en had besloten met mij te communiceren. Na een dag wakker geweest te zijn wist ik niet eens of het een bal was of enkel een ceremonie, een kroningsplechtigheid. Ik was wel uitgedost als een echte koningin en had een paar zinnen uit mijn hoofd moeten leren en de handelingen die ik moest verrichten. Voor de rest had niemand zich gisteren of deze ochtend met mij gemoeid. Wanneer de zon op zijn hoogst aan de hemel stond zou ik vandaag gekroond worden. Dat kon nu elk moment zijn wat mij vrij weinig kon schelen. Gewoonlijk had ik even nodig na grote gebeurtenissen totdat ik besloot dat alles terug oké ging. 'Klop', 'klop', 'klop', hoorde ik maar toen ik niet onmiddellijk antwoord gaf ging het geklop gewoon verder 'klop', 'klop', 'klop', 'klop', 'klop' totdat ik lichtelijk geërgerd "kom binnen", zei. Ik had een diensbode verwacht maar tot mijn grote verbazing stond Aurora in de deuropening, leunend tegen het deurkozijn keek ze mij aan, mijn ongelovige blik in haar opnemend. Ze kwam binnen en ik stapten onmiddellijk op haar af, voor ik het wist knuffelde ik haar al. Wat was ik ongelofelijk blij om een bekend gezicht te zien en dan nog wel Aurora. We kenden elkaar niet goed maar het klikte goed tussen ons dus vlogen we op elkaar af. "Ik heb gehoord dat er vandaag iemand gekroond word", hoorde ik haar dicht tegen mijn oor zeggen. "Blijkbaar", mompelde ik terwijl mijn armen nog steeds stevig om haar heen waren geslagen. "Nu kunnen we eindelijk eens sparren, een oefenduel misschien", stelde Aurora met een grijns voor, wetende dat ze ongetwijfeld zou winnen, zelfs nu. "Je weet het dus", zei ik maar eigenlijk was het eerder bedoeld als een vraag. "Een betere vraag zou 'wie weet het niet' zijn", hoorde ik haar mededelen. Iedereen wist er dus van, zelfs zij die tot nu toe ergens in een getroffen gebied probeerde te helpen of de bezetter probeerde uit te drijven, uit te moorden. "Misschien Brandon niet maar al de andere wel", voegde ze daaraan toe terwijl we elkaar los lieten. "Hoezo", wist ik te vragen want voor zover ik wist zat Brandon terug in het leger zoals zij en als zij het wist veronderstelde ik dat Brandon het ook wist. "Hij is op missie dan bereikt het nieuws hem later. Alle berichten worden geblokkeerd tot ze terug keren naar hun basis", legde ze uit. "Ah oké, dus dan zal Brandon ons niet verblijden met zijn komst", zei ik. "Ik dacht eerst van wel maar de berichten die ik heb verstuurd worden terug gezonden dus ik denk dat er complicaties waren tijdens hun missie. Hij zal ons later wel een bezoek komen brengen", liet ze mij weten. "Zou de missie klaar moeten zijn", vroeg ik met een vreemd voorgevoel dat ineens naar ontstond. "Inmiddels wel", antwoorde ze voordat ze mijn handen vast nam en mij richting de deur trok "je ziet er uit als een echte koningin."

Aan weerszijden stonden in de troonzaal rijen stoelen opgesteld. Daartussen was een gangpad vrijgelaten waarover een rode loper was uitgerold. Alles was prachtig versierd met rode, gele, witte en goude bloemen. Er hingen feeën en elven lichtjes in de lucht net als allerlei kristallen versiersels die sierlijk in de lucht hingen. De zaal leek te glinsteren waardoor ik het vage gevoel kreeg dat Caleb gemoeid was bij de decoratie. Het zonlicht dat binnen viel zorgde voor een heus schouwspel van licht puntjes die heen en weer dansten en de rijkelijk geklede gasten verlichtte en hun onsterfelijke schoonheid in de verf zette. Helemaal van voor op de verhoging stonden drie tronen, normaal voor Manal, Luna en mezelf maar doordat de dimensies er maar niet in slaagden om ze beide terug te vinden moest ik dit alleen doen. Eerlijk gezegd snapte ik niet vanwaar de haast, ook niet waarom dit in de eerste plaats moest gebeuren. Nu ik de zaal betrad zag ik alle hoofden naar achter draaien. Aurora zat samen met haar vader en bèta Mason op de eerste rij. Achter hen zaten andere alpha's en bèta's. Aan de andere kant van het gangpad zaten Vladimir, Liam en hun ouders. Achter hen zaten de koninklijke families van de andere dimensies opgesteld. Toen ik een stap in de troonzaal zetten stond iedereen synchroon recht. Het enige geluid was dat van mijn hakken op de vloer tot er een zachte melodie begon te spelen. Het leek wel alsof de wind met de kristallen begon te spelen en hun gelach in de zaal weerklonk. Klik klakkend liep ik op het podium voor mij af waar nu een bende oude mannen verzamelde die er eerst niet waren. Waar ze ook vandaan kwamen iedereen stopte een seconde lang hoorbaar met ademen. Ook ik had onbewust mijn pas ingehouden en pas toen ik in beweging kwam waren de genodigden in staat terug te ademen. Aan het podium stond niemand maar toen ik dicht genoeg stond zag ik Vladimir op staan, hij keek mij niet eens aan. Met zijn blik op de zoom van mijn jurk gericht gaf hij mij een hand zodat ik makkelijk over de enkele treden kon stappen. Nu een scène schoppen ging zelfs voor mij iets te ver dus besloot ik simpelweg zijn hand te negeren en mijzelf een weg te banen naar mijn troon. Gelukkig voor mij durfde niemand te bewegen dus deed iedereen alsof er niets was gebeurd, al voelde ik hun blikken mij wel verteren. Eenmaal op het podium draaide ik mij niet om naar de genodigden maar maakte ik een diepe reverence. Het zou er erg belachelijk hebben uitgezien in mijn ogen moest ik geen lange jurk hebben gedragen. Na een goedkeurend knikje stond ik weer recht om de oudsten mijn meest monotone blik toe te werpen. Liam had mij het één en ander over de oudsten verteld maar eerlijk gezegd wist ik al genoeg toen ze Brandon uit zijn functie hadden ontheven. Hij had nooit iets gedaan om dat te verdienen, Liam had mij verteld dat Vladimir en hij hebben geprobeerd hen ervan te overtuigen om Brandon terug te laten keren maar het enige dat daar uit kwam was het dreigement dat ze onterfd zouden worden als ze nog eens aan hun besluiten twijfelden. "Beschermster Nora Sintiago belooft u woord te houden en u eigenbelang aan de kant te schuiven tot het gevaar is geweken", werd mij als eerste gevraagd. "Ja", antwoorde ik zoals ingestudeerd. "Zult u een rechtvaardig heerser worden over de kroondimensie en haar bewoners?" Alweer een "ja." "Belooft u in eer en geweten u machtspositie nooit te misbruiken en aanvaard u de concequenties indien u de vandaag gemaakte beloftes verbreekt?" "Dat beloof ik", antwoorde ik ditmaal. "Dan kronen de oudsten u nu tot één der drie koninginnen van de kroondimensie", werd er nu gezegd wat mijn teken was om te staan. Ze zegenden mij door iets te prevelen en overhandigde mij een scepter dat volgens mijn dienstmeisje eigenlijk ook een zwaard was. Kalm draaide ik mij om naar de aanwezigen "de koningin der gerechtigheid!" De muziek speelde op en een applaus en gejuich rees op uit de kleine groep leiders die mij een plaats moesten geven in hun magische wereld. 'Je ziet er geweldig uit', hoorde ik Liam in mijn gedachten zeggen. We stonden tegenover elkaar in de kleren die we nu droegen, hij nam mijn hand in de zijne en liet mij een rondje draaien om mijn outfit helemaal te kunnen zien 'oogverblindend'. De dagdroom die hij had gecreëerd verdween en toen ik naar zijn stoel keek zag ik hem glimlachen naar mij. Rustig kwam hij van zijn stoel en verliet de troonzaal terwijl de andere hun applaus en gejuich weg stierf.

Continue Reading

You'll Also Like

191K 2.6K 43
hai ik ben nova ( noof) ik ben 21 jaar en woon nog bij mijn ouders voor mijn studie. ik woon in ameide. ik woon naast familie het lam die kennen jull...
Ultraviolet By Evita__M

Science Fiction

41.6K 2.6K 109
Een nieuwe ziekte, de Zwarte Pest, teistert de inwoners van Valis. Kinderen worden verplicht om zich te laten vaccineren, maar dit alles blijkt een l...