Eternal War |Boek 1|

By Luna-Bellilia

26.4K 1.2K 348

Dutch/ Nederlands, Deel 1 (voltooid) Vroeg op de morgen zag ik voor het eerst in tijden een weerwolf, in dat... More

Voorwoord
Personage lijst
Hoofdstuk 1a: Zwart En Blauw
Hoofdstuk 2a: De Geheime Bibliotheek
Hoofdstuk 3a: Herinneringen
Hoofdstuk 5a: Ze Zijn Het Waard
Hoofdstuk 6a: Sirius
Hoofdstuk 7a: Iemand Die We Al Lang Zoeken
Hoofdstuk 8a: Het Fort Van De Waarheid
Hoofdstuk 9a: Het Hart Van Een Vampier Doen Kloppen
Hoofdstuk 10a: Gered Door Een Droom
Hoofdstuk 11a: Overgelaten Aan Zijn Lot
Hoofdstuk 12a: Nog Steeds Haar Zoon
Hoofdstuk 13a: Praten Tegen De Maan
Hoofdstuk 14a: Niet Zo Zedelijk
Hoofdstuk 15a: Ze Huilde Licht
Hoofdstuk 16a: Een Rood Medicijn
Hoofdstuk 17a: Nachtmerrie
Hoofdstuk 18a: Een Leegte Opgevuld Met Pijn
Hoofdstuk 19a: Strikte Orders
Hoofdstuk 20a: Een Spel Met FeeΓ«nstof
Hoofdstuk 21a: Concentratie
Hoofdstuk 22a: Simulator
Hoofdstuk 23a: Een Goede Vriend
Hoofdstuk 24a: Fork, Fork, Fork
Hoofdstuk 25a: De Test
Hoofdstuk 26a: De Brieven
Hoofdstuk 27a: De Doden Weten Meer
Hoofdstuk 28a: Hoge Academie Voor Magie
Hoofdstuk 29a: Eeuwen Van Oorlog
Hoofdstuk 30a: Onze Broer
Hoofdstuk 31a: Maskers
Hoofdstuk 32a: Apart
Hoofdstuk 1b: Vingers Op Het Klavier
Hoofdstuk 2b: Een Geest
Hoofdstuk 3b: Perfecte Leugenaar
Hoofdstuk 4b: Citadel Der Oudsten
Hoofdstuk 5b: Het Naburige Huis
Hoofdstuk 6b: De Dimensies Redden
Hoofdstuk 7b: Hey, Is Ze Al Dood
Hoofdstuk 8b: Gesa Of Idril
Hoofdstuk 9b: Verassing
Hoofdstuk 10b: Het Hartje Van Sneeuw
Hoofdstuk 11b: Perspectieven
Hoofdstuk 12b: Een Koningin In Wording
Hoofdstuk 13b: Niet Te Stoppen
Hoofdstuk 14b: De Blauwe Geest
Hoofdstuk 15b: Verloren Liefde
Hoofdstuk 16b: Spitse Tongen
Hoofdstuk 17b: Laten We Beginnen
Hoofdstuk 18b: Een Gedichtenboek
Hoofdstuk 19b: Een Entree
Hoofdstuk 20b: Red Jezelf
Hoofdstuk 21b: Schuilen Voor De Regen
Hoofdstuk 22b: De Spreuk Zonder Prijs
Hoofdstuk 23b: Een Vleugje Elvenstof
Hoofdstuk 24b: Het Is Weg, Compleet Verdwenen
Hoofdstuk 25b: Berichten Voor De Maan
Hoofdstuk 26b: Gesprekstherapie
Hoofdstuk 27b: Het Moeras Monster
Hoofdstuk 28b: De Groepsfoto
Hoofdstuk 29b: Conversaties In Het Duister
Hoofdstuk 30b: Als Je Ooit Vergeet Dat Je Van Me Houdt
Hoofdstuk 31b: Het Drakenpaleis
Hoofdstuk 32b: De Melodie Van De Nacht
Hoofdstuk 33b: Valse Ezran En Philomena
Hoofdstuk 34b: In De Schaduw Van Een Geest
Hoofdstuk 35b: De Sedaber
Hoofdstuk 36b: Een Tijger, Een Leeuw, Een Schorpioen
Hoofdstuk 37b: Heren Der Verwarring
Hoofdstuk 38b: Ruilen In De Sneeuw
Hoofdstuk 39b: Twee Draken Γ‰n Ik
Hoofdstuk 40b: Mogen De Schaduwen Met Ons Zijn
Hoofdstuk 41b: Kant Van De Levenden
Hoofdstuk 42b: Een Vloek Met Schaduwen
Cries After War
Dankwoord

Hoofdstuk 4a: Tegenovergestelde Groepen

595 33 6
By Luna-Bellilia

Pov. Onbekend

We hadden Luna achter moeten laten, ze was in het laboratorium, opgesloten en met veranderde herinneringen. Op een vroeg uur waarop deze wereld en haar inwoners nog sliepen zat ik gehurkt op het dak dat uitkeek over de ingangen van het laboratorium. Waarop ik precies zat te wachten wist ik zelf niet, de stille en koude ochtendlucht waaiden om mij heen. Mijn blik op de ingang gefixeerd, daarachter was ze. Mijn gebruikelijke routine ergens in de vergetelheid verdwaald door de aanwezigheid van mijn verdelen achter de deur naar de geheime bibliotheek. Op mijn hoede was ik altijd maar voor het eerst in tijden had ik geen heldere geest meer, die was vertroebeld door hen, drinken deed ik niet maar toch leek ik verdoofd. Na een zucht naar de hemel sprong ik van het lage dak, ik moest binnen gaan, ik kon haar niet alleen laten en wachten zou het niet vergemakkelijken. Zoals gewoonlijk nam ik de korte route naar beneden, ik sprong door de weg zakkende vloer en landde zo in het labo. Waar ik naar beneden was gesprongen was Luna naar regelrecht in het laboratorium gevallen. Langzaamaan verduisterde de ruimte met het terug omhoog rijzen van de vloer of van waar ik stond het plafond. De cilinders waren bedekt, niet om te verbergen maar uit schaamte, ik kon het niet verdragen om toe te kijken, om te zien hoe een deel van mijn familie was opgesloten in een geheime kamer onder de grond en dat door mij. Mijn pathetische spiegeling negerend in een lege cilinder stapte ik naar de buis toe waar ik Luna kon zien. Het doek wilde ik niet van haar cilinder trekken, het zou te veel emoties opbrengen, te veel gevoel, uitgerekend hetgeen dat mijn denken vertroebelde en mij achterliet met het onvermogen om te redeneren en objectieve besluiten te nemen. Ik kon niet juist handelen als zij er was. Meer dan ooit besefte ik nu dat ze mij was vergeten, voor altijd, het doek ontnam mij het zicht aan haar maar evengoed in de omgekeerde richting, vanaf nu waren we niets meer voor elkaar. We kenden elkaar niet en zij had mij nooit gekend. Vanaf dat moment was ik een omstaander, een gewone voorbijganger in haar leven. Blake was te laat, alweer, net als gisteren. De dag voordien had ik een bespreking met Annita, onze meerdere en de leidster van onze groepering. Een verplicht overleg overslagen ging niet dus had ik Blake gevraagd om eerder naar het laboratorium te komen, ik wilde om een gunst vragen. Aangezien we beiden werden verwacht wilde ik hem voor het overleg zien. Het plafond ging naar beneden dus keek ik omhoog, vanuit mijn half zittende positie tegen het bureau kwam ik recht om hem op te wachten. Zoals dat gewoonlijk ging had ik verwacht dat Blake zou wachten tot de vloer volledig was gezakt en weer omhoog ging om op zijn plek te vallen. Hij zou dan voor de deur blijven wachten tot het mechanisme dat de vloer met tussenpozen van een uur deed wegvallen bij het openen van de deur voor de eerste maal binnen dat tijdsbestek zijn werk had gedaan. Om te vermijden door de vloer te zakken was het gebruikelijk om pas de bibliotheek te betreden nadat je de deur al eens geopend had want vanaf de tweede maal viel de vloer niet langer weg. Zelf deed ik dat vaak niet doordat mijn gaven mij het vermogen gaven naar beneden te springen zonder letsels op te lopen, iets dat Blake niet kon, een verdieping omlaag springen was een te grote afstand. Terwijl ik naar boven keek hoorde ik een gil en voor ik het wist viel er iemand naar beneden. Verbazing voelde ik niet, eerder ongeloof, dat iemand deze plek had weten te vinden. Langzaam en kalm liep ik dichter naar die persoon toe, wellicht was het geen mens dat hier zijn nieuwsgierigheid naartoe was gevolgd, mensenogen konden immers de glinstering op de boomschors niet zien. Mogelijks was de persoon uit op iets anders dat hier beneden zat, de bibliotheek bijvoorbeeld of Annita en haar team, waaronder Blake en ik tegenwoordig ook vielen. Op mijn hoede schuifelde ik dichterbij om te ontdekken dat zij het was, Luna. Het eerste dat ik herinner van dat moment is blinde paniek, ik verloor mijn cool, mijn kalmte was verdwenen, ik kon niet meer helder nadenken. Zij hoorde hier niet te zijn maar dat was ze wel, als Annita die op weg was naar het labo haar ontdekte zou ze niet alleen in gevaar zijn, zoveel zou voor niets gedaan zijn dan zou ik zoveel opgeofferd hebben voor niets, haar pijn gedaan hebben voor niets. Ik hurkte naast haar neer, ze bewoog niet, ze was buiten bewustzijn. Om eerlijk te zijn tegenover mezelf en haar durfde ik haar zelfs niet aanraken, maar het moest ondanks dat zij dat niet langer zou willen en ik dat ook niet langer mocht, dat recht was ik verspeeld. Wat mij te doen stond was mij ontgaan bij de eerste aanblik en bij de realisatie dat zij het werkelijk was vergat ik voor heel even dat de werelden verder bleven gaan en niet stil stonden in de tijd, dat we niet alleen waren. Annita zou in aantocht moeten zijn wat dit het slechtst mogelijke moment maakte om elkaar weer te zien na een jaar apart. Op het moment dat ik haar wilde optillen en verplaatsen bonsde iemand tegen het luik. "Blake, ben jij dat", riep ik vragend? "Ja wie anders", riep hij terug. Voorzichtig liet ik Luna zakken en liep naar het bureau dat ik opzij schoof vooraleer ik het tapijt oprolde zodat het luik zichtbaar werd. Voor ik de kans kreeg duwde Blake het luik al open. Terwijl hij bezig was het Luik te sluiten, het tapijt terug te rollen en het bureau op zijn vaste plaats te schuiven hurkte ik terug neer naast Luna. "Sinds wanneer kom je langs daar", vroeg ik Blake zonder mijzelf om te draaien naar hem? "In tegenstelling tot jou kan ik mijn krachten niet gebruiken, dus neem ik zoals de mensen de kortste weg naar mijn bestemming, in dit geval de trappen", antwoorden hij "eggghhh kon ik mijn magie maar gebruiken." Hij had gelijk, mijn krachten konden ze niet in bedwang houden en daar was ik blij om, dat ze mijn krachten konden traceren maar niet verbieden. Blake had net het bureau terug op zijn plaats geduwd waarna hij zich naar mij omdraaide "wie is dat, wat is er gebeurd, wat heb je gedaan?" "Ik heb niks gedaan, ze is hier zelf beland", gaf ik blank als antwoord. Blake had haar nog niet gezien, niet goed genoeg om te weten wie het was maar zijn ongeloof was even groot als het mijne toen hij het doorkreeg "Luna!" "Wat doet Luna hier,... waarom nu, Annita kan elk moment hier zijn", keek hij om zich heen om opgelucht zijn handen op zijn knieën te leggen en uit te ademen toen hij Annita niet zag. "Heyy wat gaan we doen", vroeg Blake mij weer? Als ik dat maar wist, ik wist niet wat te doen, mijn gedachten waren leeg, ik kon niet nadenken, alleen voelen, hetgeen dat ik al een jaar probeerde te onderdrukken stond nu als een gapende wonde open. "Ze moet hier weg", sprak ik, ver weg van mij, hoe verder hoe beter "alleen weet ik nog niet hoe." Geërgerd dat ik niet kon denken, niets kon verzinnen legde ik gefrustreerd een hand tegen mijn ogen en voorhoofd, denk. Dat kon ik niet. "Laten we haar ergens anders leggen tot Annita weg is dan verzinnen we wel iets", had Blake gezegd. Zelf was ik verdomd nutteloos en hersenloos geworden dus knikte ik "goed", mijn frustratie inslikkend. Het was te gevaarlijk om haar op dat moment buiten te dragen dus konden we het best wachten tot Annita weg was om haar hier weg te krijgen. Ik tilde haar in de kast waarvan Blake de deuren sloot, het was beter dan haar in het zicht laten, beter dan ontdekt worden. Er klonken voetstappen op de trappen "Blake", knikte ik naar boven om hem te verwittigen "ze komt eraan." "Dank de sterren en maan dat ze geen weerwolf of vampier is", keek Blake dankbaar naar het plafond, als dat wel het geval was geweest zou ze Luna per direct ontdekt hebben. Blake liep op het bureau af en ging erop zitten, zijn benen bungelde langs de rand, ze raakten net de grond niet, zelf bleef ik naast hem staan, wachtend op de aankomst van onze overste met een zwaar hart en troebele geest. We lieten blijken dat we haar opwachten, dat we wisten dat ze eraan kwam, dat om haar eraan te herinneren dat ik haar misschien moest gehoorzamen maar dat niet betekende dat ik mijn krachten of positie was verloren. Ze trok haar wenkbrauw op bij het zien van onze wachtende blikken, Het enige in mijn gedachten waren manieren om Luna weg te houden bij dit alles, haar zo ver mogelijk te krijgen van alle problemen en mij. 

Na de bespreking de dag voordien was Annita vertrokken, Blake was met haar mee gegaan op mijn aandringen, als Annita besloot terug te keren kon hij mij tijdig waarschuwen of een signaal geven. Ze vertrokken via de weg langs het luik dat ik achter hen sloot. Na het tapijt teruggerold te hebben en het bureau op zijn plaats geschoven te hebben bleef ik wachten tot ik ze niet langer kon horen. Pas daarna, toen ik er zeker van was dat ze weg waren liep naar de kast om Luna het laboratorium uit te dragen. Bij het open duwen van de deur met mijn voet viel mij een geluid op, boven in de bibliotheek. Het klonk alsof er een boek neer viel. Ik had er nog niet over nagedacht maar nu kwam het in mij op dat er nog iemand bij Luna kon zijn geweest en aangezien de vloer de tweede keer niet weg zakt kon die persoon zomaar de bibliotheek in. Voor alles verder uit de hand zou lopen legde ik Luna neer en rende naar boven, naar de bibliotheek, Luna achter latend op de koude vloer van het laboratorium. Eenmaal aangekomen in de bibliotheek was er niemand te bekennen maar hing er wel een bekende geur. Er stond een ladder tegen één van de boekenkasten, ook ontbrak er één boek, uitgerekend het enige boek dat nodig was. Uitgerekend het boek dat we doelbewust in deze bibliotheek hadden geplaats en gelezen moest worden om eindelijk een einde te kunne brengen aan alle leed was meegenomen. Vlug rende ik de persoon achterna maar van zodra ik in het trappenhuis stond en omhoog keek merkte ik dat de stenen deur open was door het licht dat naar binnen scheen. Na de deur achter mij dicht gegooid te hebben rende ik de vaag bekende persoon achterna, misschien zou ik nog net een glimp opvangen en weten wie het boek had. Buiten wist ik het nog steeds niet zeker al had ik mijn vermoedens, alleen daarop kon ik niet handelen. Zelfs nadat ik het dak van een opbergplaats was opgeklommen kon ik niet uitmaken wie het was al riep mijn ziel dat ik het wist. Wel zag ik dat ze in de richting van de school rende en vermoedelijk ook naar binnen. Als ze daadwerkelijk het schoolgebouw had betreden kon ik het boek nog pakken zonder dat ze het merkte. Terwijl een plan vorm kreeg in mijn gedachten om het boek te bemachtigen zodat het gelezen kon worden door hen die het nodig hadden zag ik Brandon het schoolplein op wandelen met de overige leden van de beschermers. Dat was meteen het moment dat ik realiseerde dat dit zoals alles voorbestemd was, ze waren er, alle drie dus zouden ze het boek alsnog krijgen. Eerst de hereniging met Luna en nu met Brandon, de schaduwen speelden graag met me. Tijd om mijn ogen niet te geloven had ik niet, hij stond daar, slechts een paar meter bij mij vandaan. Zoals verwacht gingen ze af op de glinsterende boomschors die Nora waarvan ik dacht dat zij het boek mee had genomen uit de bibliotheek er waarschijnlijk terug op had geplaatst, iets dat ze zelf niet had opgemerkt maar voor ons wel zichtbaar was. Achter de standbeelden op het dak verschool ik mij totdat ze binnen waren, zelfs totdat ze de bibliotheek hadden betreden. Mijn gedachten werden steeds rommeliger door de flitsen van het verleden die er doorheen schoten. Mijn geest was hier niet klaar voor, eerst Luna en nu Brandon, het was voorbestemd dat dit zou gebeuren maar toch had ik nooit geweten dat alles zich zo zou afspelen. De tijd die ik de drie had gegeven om beneden te geraken volstond niet om mij te herpakken, het verleden woog te zwaar om dat te kunnen maar toch sprong ik van het dak om hen achterna te gaan, op weg naar de onvermijdelijke hereniging.

Ik liep rustig de deur door wat aanleiding gaf om hun gezichten naar mijn richting om te draaien. Ze keken mij even gechoqueerd aan als ik hen daarnet had aangekeken vanaf het dak. Ze konden evenmin geloven dat ik werkelijk voor hen stond als ik dat kon, ze herkenden mij eerst niet. Pas later leken ze trekken van mijn gezicht te herkennen in de jongen van toen en te merken dat ik het wel degelijk was die voor hen stond. Voor ik het wist begon de discussie al, hij gaat het mij nooit vergeven was het enige dat in mij om ging. Begrijpelijk maar daardoor reageerde Brandon boos bij elk weerzien, telkens als hij mij zag of hoorde, vermoedelijk zelfs als ik ter sprake kwam, wanneer mijn naam genoemd werd. Brandon zei eerst niets, Zack nam het over en zei in zijn plaats wat ze allemaal wilden weten:" wat doe je hier?" Ik beantwoorden de vraag niet maar zei onmiddellijk:" ga weg, het is het beste als jullie nu vertrekken." Brandon wist op dat moment weer wat te zeggen "wil je zelfs niet vechten, nog één keer zoals vroeger?" Ik keek hem aan en zag haat in zijn ogen, denkend keek ik weg van hem "je weet dat ik ga winnen, tenminste als je nu net zo bent als vroeger." Speelse sparpartijen speelden zich voor mijn ogen af. Brandon keek mij aan alsof ik net een grap had verteld en begon zelfs te grinniken "denk je dat jij de enige bent die kan veranderen?" Ik schudde mijn hoofd "nee, iedereen veranderd met de tijd." Doordat ik zo rustig en kalm antwoorden werd Brandon bozer, ik zei niets onnodig dus kon hij daar niet op in gaan. Toen herinnerde hij zich weer dat Luna hier op de grond lag en zei half schreeuwend:" mensen ontvoeren doe je nu ook al, raak het mens niet aan. Ze heeft hier niks mee te maken, laat haar gaan." Ik keek even naar Luna en zei even kalm en beheerst als alles ervoor:" ik heb haar niet ontvoerd, ze is hier zelf beland." "Natuurlijk want het is ook zo gemakkelijk voor een mens om hier te geraken", hoorde ik Brandon zeggen. Vladimir en Zack waren ook over iets bezig, ze hadden zich terug getrokken en waren dingen heen en weer aan het fluisteren. Ik concentreerde mij om te zien of ik kon horen waarover ze bezig waren. Tot mijn grote verbazing waren ze over Luna bezig. Brandon had ook door dat ik met iets anders dan hem bezig was. "Kennen jullie het mensen meisje misschien of is een mens interessanter dan mij", vroeg ik hen? "Nee we kennen het mens niet, nog nooit gezien", antwoorden Vladimir. Met een strak gezicht, zo stil als emotieloos richtte ik mij tot Zack en Vladimir die mij verbaasd aankeken. "Het wil niet zeggen dat Vladimir's hart niet klopt dat ik Zack zijn hart niet tekeer kan horen gaan", vertelde ik met een knik van mijn kin naar Zack. Ze besefte dat ze een fout hadden gemaakt, al was het nog zo een kleine. "Hij heeft niet gelogen, we kennen haar echt niet", liet Zack weten. "Haar niet kennen en nooit eerder zien zijn twee verschillende dingen", reageerde ik, dus ze hadden haar al ontmoet. Uiteindelijk was het Brandon die toegaf "ja je hebt gelijk, we hebben haar vandaag al eerder gezien maar dat doet er niet toe. Vertel ons liever wat je haar wilt aandoen, wat je met ons van plan bent." Eerlijk gezegd was ik ontgoocheld, ik had nooit zelf moeten aanhoren hoe slecht zijn beeld over mij was, het was verwacht maar kwam toch binnen op het moment zelf. "Waarom denk je dat ik haar of jullie iets zal aandoen", vroeg ik hem? Brandon fronste en leek nog bozer dan eerst. Hij had zijn tanden op elkaar geklemd en zijn kaak was daardoor gespannen. "Is het niet duidelijk, alsof je dat zelf niet weet. We zijn vijanden, we zitten in tegenovergestelde groepen,... groepen die elkaar haten, het is natuurlijk dat ik verwacht dat mijn vijand ons wilt tegenwerken", werd mij door Brandon toe gebeten. De deur ging open wat betekende dat Blake er eindelijk was, dat had lang geduurd. "We behoren niet tot dezelfde groep maar we lijken meer op elkaar dan je denkt, we willen hetzelfde", vertelde ik hem nog voor Blake "hier" riep en een gasmasker naar mij gooide die ik ving en aandeed. Blake drukte de gas knop in wat de kamer vulde met een anestheticum, een variant die alleen in een andere wereld gekend is. Ze wisten wat er te gebeuren stond omdat we beiden een gasmasker op hadden. Ze werden na een tijdje slaperig. Brandon ging door zijn knieën en schudde met zijn hoofd om de slaap tegen te gaan. Vladimir leunde tegen het eerste dat hij zag en Zack zag er draaierig uit. Bij het zien van de drie draaide ik mij om en stak ik mijn hand in de lucht als teken dat Blake de toevoer van het slaapgas uit mocht zetten. Ze lagen alle drie op de grond maar waren nog niet helemaal weg, ze waren nog bij bewustzijn. Bij Brandon bukte ik neer om "sorry, ik wist dat ik je veel pijn heb gedaan maar heb het nooit kunnen voelen" te fluisteren in de hoop dat hij dat nog net had gehoord. We konden niet zoveel wezens verplaatsen zonder op te vallen dus legden we elk van hem in een cilinder om die te bedekken, dan vielen ze niet direct op als Annita naar het geheime labo kwam. 

De gedachten aan de dag voordien schudden ik weg, terug kijkend naar de vier wezens in de buizen. Blake kwam eindelijk aan, ditmaal door de deur en niet door het luik. "Ik ben er", kondigde hij aan "eindelijk", blies hij daar achteraan. "Je bent te laat", bleef ik naar Luna haar cilinder kijken, naar het doek waarachter ze school. "Oh echt", vroeg hij mij sarcastisch "dat wist ik nog niet, ik dacht dat ik nog op tijd was." "Wat is deze keer weer gebeurd", vroeg ik hem vervolgens? "Wel ik ben weer achtervolgd", vertelde hij. "Door?" "Niemand", haalde hij zijn schouders op terwijl hij weg keek van mij. "Blake", vroeg ik weer? "Goed dan", zuchtte hij "door een mens." "Waarom heeft een mens je achtervolgd",  vroeg ik "wat heb je gedaan?" "Hoe weet je dat ik iets heb gedaan", vroeg hij mij de vraag ontwijkend "misschien was het helemaal mijn schuld niet." "Blake?" Hij zuchtte luid "goed... goed dan, eghh, oké dan. Dus... ik heb misschien geprobeerd om snoepjes te krijgen." "Van wie", keek ik hem voor het eerst sinds aankomst aan? "Een kind", blies hij uit "ik vroeg alleen maar vanwaar ze die had", sprak hij er snel achterna om beduusd verder te gaan "ze hebben mij weg gejaagd en dingen naar mijn hoofd geschreeuwd die je niet wilt horen." Ik stond recht en liep naar hem toe om een hand op zijn schouder te leggen "trek het je niet aan, je intenties waren niet slecht, ze mogen denken wat ze willen zolang jij niet slecht over jezelf denkt." Hij knikte maar dat volstond niet "je hebt niets fout gedaan, je wilde alleen weten waar je snoepgoed kon aankopen", drukte ik in zijn schouder. Hij lachte ditmaal dus trok ik mij weer terug. "Ik heb geleerd voor de volgende keer", legde hij lijzig zijn armen achter zijn nek om achterover te leunen tegen de tafel "notitie voor mezelf, vraag een kind nooit waar je snoep kan kopen in de mensenwereld." "Wat wilde je mij vertellen", vroeg ik hem? "Ah ja dat", schoof Blake op de tafel "ik heb Nora bezocht, ze is inderdaad degene die het boek heeft meegenomen zoals je dacht, ik wilde haar afschrikken zodat ze zeker niet hierheen komt, ik wil niet dat een vriendin van Luna in gevaar komt maar ik denk niet dat het heeft gewerkt." "Wat bedoel je daarmee", vroeg ik hem? "Ik denk niet dat ik haar heb afgeschrikt ik denk eerder dat ze hier nog liever heen wilt nu", bedacht hij zich. "Wat heb je gedaan, nee hoe heb je dat gedaan", keek ik hem vragend aan? Weer haalde Blake zijn schouders op "eerlijk gezegd weet ik dat niet", dacht hij hard na met vingers onder zijn kin. "Bestaat de kans dat je haar toch van gedachten hebt kunnen veranderen", vroeg ik om onmiddellijk spijt van mijn woorden te krijgen, als ik Luna mocht geloven zou dat niet mogelijk zijn al gebruikte je alle magie van de werelden. Blake haalde weer zijn schouders op maar ditmaal blijer, optimistischer "misschien." Toch hoorde ik zijn reactie pas de derde keer, de eerste twee keer wist ik dat er woorden waren maar niet wat de boodschap was. Blake bleef gelukkig optimistisch al dankte ik de schaduwen en maan in stilte, Nora onder ogen komen zou geen goed verloop hebben gekend en een even banaal einde. Waarom ze hier echt naartoe zou komen wist ik, voor Luna, gedreven door liefde en loyaliteit zou ze hier staan weer staan. 



Continue Reading

You'll Also Like

111K 6.4K 52
(Dit verhaal gaat ooit herschreven worden) Overal over de hele wereld krijgen tieners die zestien zijn geworden een brief waarin staat of ze meedoen...
Ultraviolet By Evita__M

Science Fiction

41.6K 2.6K 109
Een nieuwe ziekte, de Zwarte Pest, teistert de inwoners van Valis. Kinderen worden verplicht om zich te laten vaccineren, maar dit alles blijkt een l...
1.1M 17.3K 88
**VOLTOOID** "They say all good boys go to heaven, but bad boys brings heaven to you." Mijn eerste stap op het schoolplein van mijn nieuwe school is...