Hoofdstuk 79 - Cassandra

3 2 0
                                    

Ibrat; Een voorval dat ons een les leert

We stonden op de rand van de kliffen rondom Omashu. Voor ons stortte de afgrond in de diepte. Ik keek nieuwsgierig om me heen. Tess' ogen waren groot. "Wat gebeurde er daarnet? Waarom zijn we ineens hier?"

"Ssh," fluisterde Yoru. "Kijk opzij."

Naast ons, bijna zo dichtbij dat we hem aan konden raken, stond de berenspirit. Hij was diepblauw, zoals hij was veranderd nadat we hem hadden aangeraakt. Nee, niet hem, haar. Het was een moeder! Naast de grote beer liep een kleintje, net zo blauw als de zijn moeder.

Ze merkten ons niet op terwijl ze uitkeken over de afgrond. Het gras onder hun voeten was groen, leek op te bloeien in plaats van af te sterven.

Tess hapte naar adem. "Wow, ze zijn helemaal blauw! Haha, dat rijmt! Heeft ze een kleintje?"

Ik knikte en bleef intens naar de spirits kijken.

De moeder leek op te schrikken. Ze hief haar kop op, haar oren omhoog geprikt. Toen begon ze te grommen.

Het kleintje stapte dichter naar haar toe.

Ineens sprongen uit de struiken allemaal mensen. In hun handen hadden ze vreemde wapens: wapens die in allerlei kleuren opgloeiden. Ze droegen groene en bruine kleding en hun gezichten stonden grimmig.

Eentje had een enorm net bij zich, dat ziekelijk melkwit opgloeide. Het was van een soort zilver gemaakt. Ik greep Tess' arm voordat ze eropaf kon rennen. "We kunnen er niks aan doen! We zijn er niet echt, dit is een herinnering van de beer!"

De man zwaaide het net boven zijn hoofd en wierp het af op de twee spirits. "Kom maar hier, kleintje! Jou hebben we nodig voor wat onderzoek!"

De moeder brulde verschrikt toen het kleintje onder het net belandde. Krijsend viel het op de grond, spartelend en schreeuwend van de pijn. De moeder sprong op de mannen af, maar eentje haalde uit met zijn lichtgevende zwaard en reet haar poot open. Zilver bloed spoot naar buiten. De moeder wankelde terug, siste van de pijn. "Het werkt! De wapens werken!" riep de man opgetogen uit.

Ik drukte mijn hand voor mijn mond. Hoe... wat was dit? Spirits kon je niet doden met normale wapens! Dat hadden we net gemerkt!

De man met het net trok de spirit naar een wagen die klaarstond. Op de wagen lag een kooi van zilver die net zo'n gloed uitstraalde als de wapens. Hij gooide de krijsende babybeer in de kooi, smeet de deur dicht en trok de sleutel uit het slot.

De moeder brulde en sprong op de kooi af, maar met een schok kwam de wagen in beweging. De mannen renden erachteraan, sprongen op de wagen. De beer begon te rennen, maar één van de mannen wierp zijn zwaard recht in haar hart. Ze werd naar achteren gesmeten door de kracht en rolde een paar keer voordat ze stillag. Grommend kwam ze overeind. Een vloed van zilver stroomde over haar borst, bevlekte het gras. Ze rukte het zwaard met haar tanden eruit en keek hoe de wagen de bocht om ging.

De rug van de beer was gekromd. Haar donkere ogen waren op de grond gericht. Toen ging ze ineens op haar achterpoten staan en brulde in wanhoop, enorme klauwen heen en weer zwaaiend.

Terwijl ze stond, begon het gras om haar heen te verwelken. Haar diepe blauwe vacht veranderde in een vuile bruine kleur, haar rode ogen lichtten op. Met een klap kwam ze neer en galoppeerde ze het bos in, een spoor van dood en vernieling achterlatend.

----

Ik schrok wakker. Tess naast me was al wakker en staarde met een geschokte uitdrukking op haar gezicht naar de beer. Ze had haar vuisten gebald.

De blauwe beer lag nog steeds uitgeput in het gras. Verse tranen rolden over haar snuit. Tess haalde diep adem. Ze zag dat ik naar haar keek en zei kleintjes: "Dat wist ik niet."

Ik schudde mijn hoofd. "Ik ook niet."

Teneergeslagen keek ik naar de beer. Ze was in enorme pijn. Haar kind was van haar weggenomen. Wat konden wij doen om dat te verlichten? Het kind was nu weg, kon overal op de wereld zijn, misschien was het wel dood.

Yoru was ook wakker. Met zijn drieën keken we naar de beer, in gedachten verzonken.

Toen stapte Tess op de kop van de beer af. Ze knielde en legde haar hand op de snuit. "We kunnen de kleine beer misschien niet redden... maar we kunnen hem eer bewijzen. We kunnen hem een rustplek geven zodat hij nooit zal worden vergeten."

De ogen van de beer gingen open en draaiden zich naar Tess. Ze liepen bijna over met zilveren tranen. Langzaam kwam de beer overeind en rechtte zich op. Ze stak nu vele meters boven Tess uit. Tess bleef staan, al zag ik angst in haar ogen.

Toen boog de beer haar kop. Naast me boog Yoru ook. Ik trok Tess naar beneden en we bleven even gebogen op de grond zitten.

Toen we opkeken, was de beer al een paar meter verderop. Ze liep langzaam weg.
Ik voelde een spetter op mijn hand. Toen nog een. Binnen de kortste keren was het voluit aan het regenen, een schone, reinigende bui. Het dorre gras begon langzaam groen te worden en richtte zich op.

Yoru glimlachte naar Tess. "Dankjewel, Tess."
"Dank jullie wel," lachte Tess. Ze leek even haar plezier binnen te houden, maar kon het niet laten om op te springen en "Yes! Het is me gelukt!" te krijsen.

Ik moest glimlachen om haar enthousiasme. "Kom, laten we gaan." Ik pakte Yoru en Tess' handen en sloot mijn ogen.

Verbonden {VOLTOOID}Where stories live. Discover now