Hoofdstuk 43 - Cassandra

4 3 0
                                    


We hadden ons kamp opgeslagen even buiten Kitano, aan de rand van het bos. De twee tenten waren opgezet en Kyo en Storm waren hun slaapzak aan het uitrollen. Ik zat op mijn onderbenen en staarde naar de rode huisjes in de verte en de torii waar we weer onderdoor waren gegaan. We waren weer in de normale wereld.

Iedereen had ons aangekeken na die zenuwslopende ceremonie. Tess trilde nog steeds. De draak was ontzettend dichtbij gekomen met dat vuur. Ik had mijn hoofd hoog gehouden en keek niemand recht in de ogen. Naast me voelde ik Kyo's aanwezigheid, wat me gerust had gesteld. Hij zou hier doorheen komen, en hij zou me niet achterlaten. Maar er waren vragen gekomen, over de draak, over Raava.

Raava... De naam voelde bekend, maar ik wist niet waarvan. Ik had geen flauw idee wat de draak had bedoeld. Hij had gezegd dat Tess en ik één waren, maar een deel misten. Wat bedoelde hij daarmee? Waren we als drieling één persoon?

Ik streek mijn haar achter mijn oren en leunde met mijn elleboog op mijn knieën. Tess zat tegenover me en kauwde op een reep gedroogd vlees. "Ga je al koken?"

"Ik, koken?" Ik keek haar onpeilbaar aan. "Ik denk dat Kyo dat beter kan doen. Ik heb nooit leren koken als verwend prinsesje." Ik wierp een bittere blik op de tent waarin Kyo bezig was.

"Dat hoorde ik!" riep hij. "Weet je, waarom probeer je het niet gewoon?"

"Ehm... omdat dat nooit mag van jou? Waarom deze plotselinge verandering?" merkte ik op.

"Zodat hij zelf niet de rest van de reis hoeft te koken, duh," klonk Storms stem.

"Storm, ik dacht dat jij mijn vriend was!" riep Kyo verontwaardigd. Hij kwam met een grijns op zijn gezicht de tent uit kruipen. Soepel sprong hij op en ging naast me zitten. Nu pas viel me op dat hij kuiltjes in zijn wangen had als hij lachte. Dat was zo schattig! Ik wendde vlug mijn gezicht af en sloeg mijn armen om mijn lichaam. Nu moest ik stoppen. Dit was belachelijk. Ik, verliefd op een jongen. Het was pathetisch.

Waarom voelde ik dat zo? klaagde een ander stemmetje. Waarom niet?

Omdat het onpraktisch was! riep de ene. En ook misschien... omdat het een vreemd gevoel was. Beangstigend. Nog meer om te verliezen. Nog meer waarin ik zou kunnen falen. Wat als hij me niet leuk terug vond? Wat als hij me afwees, me vertelde dat ik waardeloos was, dat niemand bij zijn hoofd mij leuk zou vinden? En dan?

Ik beet op mijn wang en knipperde met mijn ogen. Ik moest stoppen met analyseren, voordat ik mezelf zo ontleedde dat ik van de delen geen geheel meer kon maken. Alleen maar een grote brij van gedachten en gevoelens, twijfels en verlangens.

Tess kroop naar de stapel hout die een vuur zou worden en stootte een lange, krachtige vuurstoot middenin de stokjes. Vlammen laaiden ontzagwekkend hoog op. Ik zuchtte en staarde in het vuur.

Even waren we stil. Ook Storm kwam naar buiten kruipen en voegde zich bij ons.

Ineens knapte een tak. Een wolk van vonken schoot omhoog, gouden lichtsporen achter zich aantrekkend. Toen ze uitgingen leken ze zich tussen de sterren in de donkere hemel te voegen.

Ik greep de pan en stuurde water uit de waterzak. Ik liet het koken en gooide er kruiden en rijst in, zoals ik Kyo had zien doen. Hij keek zwijgend toe.

Vlug pakte ik de driepoot, zette hem over het vuur heen en hing de pan aan de haak. Kyo trok zijn wenkbrauwen op. "Je leert snel."
Ik keek hem met een vernietigende blik aan. "Ik weet niet wat jouw definitie van snel is, want ik reis al meer dan een maand met je samen. Zo dom ben ik ook weer niet, hoor."

"Meh." Kyo haalde zijn schouders op. "Oh, trouwens, ik heb iets voor je."

"Echt?" Ik keek verbaasd op. "Dat is lief."

Hij glimlachte - de kuiltjes in zijn wangen! - en grabbelde in zijn rugzak. Uit de dieptes trok hij een boek omhoog. "Kijk, omdat je niets wist over de hoe vuursturen was ontstaan... Een boek met oude mythes uit alle naties." Hij overhandigde het boek aan mij.

"Ah, dankjewel!" riep ik zachtjes uit. Ik liet mijn vingers over de gladde, versierde kaft glijden.

Sagen en legenden uit alle naties. "Bedankt, Kyo!" Hij glimlachte alleen, zijn bruine ogen warm.

Plotseling schoot me de kaart weer te binnen. "Oh, oh! Ik heb ook iets voor jou. Wacht even."

Ik rende naar mijn rugzak en voelde rond. Daar, onder mijn schrijfgerei, voelde ik het papier van een kaart. Ik trok hem tevoorschijn. "Het is niet zo'n mooi cadeau als dat van jou, maar..."

Hij nam het aan. "Dat is zo lief! Wanneer heb je dat gekocht?"

"In de caldeira," antwoordde ik. "Het is van het Aardekoninkrijk. Ik dacht dat dat wel nuttig zou zijn."

"Bedankt." Zijn ogen lachten naar me. Ik glimlachte voorzichtig terug en ging weer zitten.

"Kunnen we gaan eten?" vroeg Tess ongeduldig. "Mijn maag..."

Terwijl ik het eten uitdeelde, hadden we het over de dag. We wisten allemaal niet wat Raava was. Zelfs Kyo had er nooit van gehoord. Storm opperde dat de draak een dagje ouder werd, maar we wisten allemaal dat dat niet de reden was voor het vreemde gebeuren.

"Hij sprak Raava - hem? haar? - toe alsof hij hem al kende," mijmerde Kyo. "Hij zag jullie volgens mij niet eens. Jullie waren alleen die vreemde Raava voor hem. Wat zou dat in spiritsnaam kunnen betekenen?"

"Ik weet het niet. Zullen we het laten rusten?" vroeg Storm. "Ik ben moe en ik wil slapen." Hij rekte zich uit en gaapte, waardoor Tess automatisch ook begon te gapen. "Ja, inderdaad."

Kyo knikte ernstig. "We moeten morgen weer vroeg op." Hij stond op, verzamelde de lege bakjes en deed ze in de lege pan. "Dat was verrassend lekker. Wat mij betreft mag je morgen ook wel weer wat maken."

"Slijmbal," plaagde Tess.

"Ik zie wat je daarnet deed," zei ik beschuldigend. "Proberen onder klusjes uit te komen? Foei, foei."

"Sorry mevrouw." Kyo salueerde en boog. "Het zal nooit meer gebeuren. Denk ik." Hij grijnsde ondeugend.

Ik kon een glimlach niet onderdrukken. "Ik blijf nog even lezen, goed?" Ik drukte het boek tegen mijn borst. "Je hebt me nieuwsgierig gemaakt."

"Ga vooral je gang. Daar staat de lantaarn," wees Tess. "Maar ik ga slapen hoor. Alle draken nog aan toe!" Ze gaapte opnieuw en liep naar haar en Storms tent.

Een voor een verdwenen ze allemaal. Ik kroop dichter bij het vuur en opende het boek.

Verbonden {VOLTOOID}Where stories live. Discover now