Hoofdstuk 1 - Yoru

38 9 0
                                    

Thantophobia; De angst om iemand te verliezen waar je veel om geeft

"Tijd om op te staan. Mevrouw Beifong vraagt naar u," zei een dienstmeisje.

Ik was meteen klaarwakker en stond op. Ik glimlachte naar alle kleuren die het zonlicht de zolderkamer inbracht. Vader hield niet van veel kleuren dus het hele huis was bruin met groen. Zijn liefde voor het koninkrijk zat daarbij een beetje in de weg. Maar ik verwonderde me elke keer over de felheid en de sfeer die verschillende kleuren konden geven.

Ik keek even naar de vos, die nooit van mijn zijde week. Hij flikkerde in het zonlicht.

"Komt u mee?" Het dienstmeisje keek me afwachtend aan.

Ik schrok op en knikte. Ik volgde haar de wenteltrap af. Vader wilde niet dat we in de weg liepen, dus liet hij ons op de zolder slapen, waar je alleen met de bediendentrap kon komen. Voor als er hoog bezoek kwam had hij voor ons twee perfecte slaapkamers, met twee perfect opgemaakte bedden en twee perfect recht hangende boekenplanken met boeken die op kleur en maat waren gesorteerd.

We stonden voor de badkamerdeur. Elke kamer op deze verdieping had een eigen badkamer, maar toch stond precies in het midden van de verdieping nog een enorme, met een bad waar je in kon zwemmen, een douche, een enorme poedertafel, een kast met jurken, een krukje ervoor waar je op kon gaan staan en een poef voor Judi om op te zitten.

De douche werkte met een bassin water dat zich op de zolder bevond. Bediendes konden met een soort kraansysteem emmers omhoog hijsen en ze leeggooien in het bassin. Het bassin was weer via een buis verbonden met de douche.

"Ik kan het verder wel alleen," zei ik tegen het dienstmeisje.

Ze knikte. "Zoals u wenst."

Ik drukte de deurklink naar beneden en opende voorzichtig de deur. Ik keek meteen in de richting van de poef, maar Judi zat er deze keer niet. Ze was waarschijnlijk nog bezig haar koffers te pakken. Ik keek snel even van links naar rechts en sloot de deur achter me. Ik liep naar de poedertafel.

Ik beet op mijn lip. Ik wilde eigenlijk helemaal niet in de spiegel kijken, maar ik haalde een keer diep adem en deed het toch. Ik liet mijn ogen over mijn spiegelbeeld glijden, mijn schouders, mijn sleutelbenen. Ik meed mijn borstkas, mijn nek, mijn kin, mijn jukbeenderen die amper zichtbaar waren, mijn ogen, mijn wenkbrauwen en mijn haar.

Ik keek weer even naar de vos. Hij was er dan weer wel en dan weer niet. Ik wist dat het een spirit was en die gevaarlijk waren, maar het voelde niet alsof de vos een gevaar vormde.

Ik liep weg van de spiegel. Naast het bad lagen een aantal handdoeken in een kastje. Ik pakte een handdoek van de stapel, griste de borstel mee, liep naar de douche en hing de handdoek over een daarvoor bedoelde stang. Erbovenop balanceerde ik de borstel. Ik trok het lint uit mijn vlecht en maakte mijn haar los.

Ik pakte de douchekop van zijn haak en zette de kraan open. Ik boog naar voren en liet de warme stralen over mijn hoofd lopen. Mijn haar kleurde donkerder, bijna bruin door het water. Ik draaide de kraan dicht en zocht op de tast naar de borstel. Ik tikte hem aan en hij viel kletterend op de grond. Met mijn voet schoof ik hem dichter naar me toe en ik bukte om hem op te pakken. Ik haalde de borstel ruw door mijn haren heen, water kletterde op de grond.

Ik pakte de handdoek en sloeg hem om mijn schouders. Ik liet mijn natte haren op de handdoek rusten en liep terug naar de spiegel. Ik vertrok mijn gezicht bij het zien van mijn donkerblonde lokken. Ik opende een lade uit de poedertafel en haalde er een schaar uit. Ik aarzelde even; vader zou hier helemaal niet blij van worden.

"Wat ben je aan het doen?"

Ik draaide me geschrokken om en de handdoek gleed van mijn schouders. Judi stond in de deuropening naar me te kijken.

Verbonden {VOLTOOID}Where stories live. Discover now