Hoofdstuk 53 - Yoru

6 3 0
                                    

Novaturient; verlangen of zoeken naar sterke verandering in iemands leven, gedrag of situatie

De beste weg uit een situatie is zelfmoord, dat heeft vader zelf gezegd. Het is een eervolle dood, sterven met het blad van je eigen zwaard in je lichaam, maar ik had geen zwaard.
Ik was geen krijger, geen moedige soldaat, geen oorlogsheld en ergens had ik nog hoop, hoop op een beter leven, hoop op vrijheid. Ik was nog niet klaar, er zaten nog losse eindjes aan mijn verhaal.
Ik begon mijn weg naar beneden. De krakende planken van de wenteltrap vermeed ik, zodat ik zo min mogelijk geluid maakte. Het voelde alsof ik iets deed wat niet mocht, iets strafbaars, iets gevaarlijks.
Emi had gezegd dat ze een idee had en dat ik naar haar toe moest komen. Ik keek of de kust veilig was, voor ik van de trap af stapte. Ik wilde niet weer op mijn kop krijgen van Judi of gezien worden terwijl ik door het paleis zwierf.
De gang was uitgestorven. Ik had geen idee waarom er geen bediendes rondliepen, maar het kwam me goed uit. Er was vast iets met vader, dat het hier zo uitgestorven was.
Voorzichtig liep ik verder naar de trappen. Waarom wilde Emi per se in de kelder afspreken? Lichtvoetig sprong ik van de laatste twee treden van de trap in één keer naar beneden.
Ik keek weer om me heen. Hier was ook niemand te zien. De deur van de bibliotheek stond op een kier. Kyofu had hem misschien overgeslagen.
De volgende trap. Zo snel als ik kon zonder geluid te maken liep ik naar beneden. Op de begane grond zag ik wel tekenen van leven. Ik hoorde het gesmoorde roepen van de kok en de doffe klappen van zijn pollepel die op de hoofden van de arme bediendes terecht kwam. Ik was er bijna, ik kon de wenteltrap naar de kelder al bijna zien.
Naast de trap stonden twee dienstmeisjes te smoezen. Ze zagen me gelukkig niet staan en gingen gewoon door met hun gesprek.
"Zou het niet geweldig zijn als één van ons met een prins mocht trouwen?" vroeg een van de meisjes aan de ander.
"Ja, en in een paleis wonen, maar dan niet als dienstmeisje en elke dag een nieuwe jurk dragen en helemaal niets wat je moet doen," verzuchtte het andere dienstmeisje.
Het eerste dienstmeisje praatte verder. "Ik zou wel met een prins willen trouwen. De dochter van generaal Beifong is niet eens zo knap. Ik zou het makkelijk van haar winnen."
Ik negeerde ze. Was het maar een wedstrijd. Was het maar zo makkelijk. Dacht ik er maar zo over, dan was er nu niets aan de hand geweest en was vader vast niet zo teleurgesteld in me.
Ik liep door. Eindelijk was ik bij de trap die naar de kelder leidde. De laatste keer dat ik hier naar beneden was gelopen was twee jaar geleden toen ik een spirit volgde die er eigenlijk niet meer had horen zijn en waarvan ik dacht dat het mijn verbeelding was die met me op de loop ging.
Ik liep naar beneden en bukte om alvast de kelder in te kunnen kijken. "Emi?" Ik sprong op de grond. "Emi? Ben je daar? Waarom moest ik per se hierheen komen?"
Ik keek de kelder in. Ik zag een hele hoop bedden en hangmatjes en spullen van bediendes, maar geen Emi. Waar was ze?
"Boe!"
Ik keek geschrokken om. "Emi!" riep ik verontwaardigd. "Ik had me er net van kunnen weerhouden de trap weer op te springen!"
Dat laatste was niet helemaal waar. Als ik naar achteren was gesprongen was ik waarschijnlijk over de traptreden gestruikeld.
Ik zag dat Emi probeerde niet in lachen uit te barsten. "Je had je gezicht moeten zien!"
Ze trok haar gezicht weer in de plooi. "Maar ik heb een plan, en ik kan het je alleen hier uitleggen, want hier kunnen we niet afgeluisterd worden." Ze keek me strak aan.
Ik schudde mijn hoofd. "Maar we kunnen hier wel afgeluisterd worden." Het zou best simpel zijn om je hier ergens te verstoppen of gewoon bovenaan de trap te blijven staan en mee te luisteren met ons gesprek.
Emi zuchtte. "Ik vind de versie van jou die me niet verbeterde toch leuker, maar goed, je hebt gelijk. We kunnen hier wel afgeluisterd worden, maar minder makkelijk en hier zijn alvast een paar van de spullen die we nodig gaan hebben. Mijn plan is namelijk om te ontsnappen."
Ik knipperde met mijn ogen. Had.... had ik dat goed gehoord? Ze wilde ontsnappen?
"Wat bedoel je? Dat we moeten ontsnappen?" Ik wist wel wat ze had gezegd, maar ergens wist ik niet of ik het wilde geloven. Ik wilde heel graag weg, ik wilde weg van vader, van Judi, van de druk. Weg uit de gouden kooi, die niet zo goud was, waar ik in zat.
"Ja..." Emi slikte. "Er is geen andere oplossing."
Trillerig ademde ik in. "Weet... weet je... weet je het zeker?" Vader en Judi waren niet altijd even aardig geweest, maar toch voelde het alsof ik hiermee een mes in hun rug stak. Wilde ik dit terugdoen voor al die jaren dat ze me hadden verzorgd?
"Het is de enige manier," zei Emi monotoon, alsof het haar niets deed, ze het niet erg vond.
"Vind jij het niet erg dan?" Ik sloeg mijn hand voor mijn mond. Dat was niet handig en tactloos.
"Ja, ik vind het wel vervelend, maar... maar ik werk hier voor een hongerloon en ik heb mijn familie al jaren niet gezien."
Ik slikte. "Dan... dan moet je ze maar een keer gaan bezoeken."
Emi knikte. "Ja, maar eerst spullen verzamelen."
Ik kon duidelijk zien dat het belangrijk voor haar was. Dat ze het vreselijk vond dat ze haar familie al zo lang niet had gezien.
"Oké, wat... wat hebben we nodig?" Ik glimlachte zwakjes.
"Je wil het doen?" Emi keek me verbaasd aan.
"Ja, als het de enige manier is," antwoordde ik met een iets vastere stem dan eerst.
Ze glimlachte. "Oké, we hebben nodig: een outfit van een bediende die jij past, eten, dekens, iets om een tent van te kunnen maken, gereedschap, kommetjes, bekertjes, een extra paar kleren voor als het koud wordt en..." Emi beet op haar lip. "Sorry, ik ga heel even mijn lijstje pakken. Ik weet het allemaal niet meer uit mijn hoofd." Met ferme stappen liep ze tussen alle bedden door naar haar spullen. Ik liep achter haar aan. Het voelde vreemd om dit zo te bespreken.
"Hebbes!" Emi hield trots een stukje stof omhoog. Papier was duur en maar weinig mensen konden het betalen, dus de gelukkigen die hadden leren schrijven, gebruikten vaak witte, voor kleding onbruikbare stukjes stof.
Emi stak het stukje stof naar me uit. Voorzichtig pakte ik het aan.

Verbonden {VOLTOOID}Where stories live. Discover now