Hoofdstuk 13

5.9K 668 102
                                    

[a/n kleine update 😁]

Er viel een stilte, waarin mijn hart steeds sneller begon te kloppen. "Maura? Wat is er gebeurd?" vroeg ik stamelend. "Wat is er met Fabian?"
Maura's snikken klonken door de telefoon heen. Ik hoorde dat ze iets wilde zeggen, maar door haar gehuil kon ik haar niet verstaan.
"Maura, ik kom er aan. Waar ben je?"
"T-t-thuis." zei Maura met een gierende stem.
"Oké. Blijf kalm, alsjeblieft. Ik kom er aan."
Er klonk een klik en daarna de bekende piepjes. Ik legde de telefoon met een een trillende hand op de houder. Wat kon er zijn gebeurd? Fabian zou toch niet zo dom zijn om in een auto-ongeluk te komen? Of iets anders waardoor hij in het ziekenhuis zou kunnen zijn belandt? Nee, zo dom kon hij toch niet zijn?
Met een bleek gezicht liep ik de keuken in, waar Adem en Adam samen glazuur stonden te maken. Ik twijfelde. Kon ik Adem met Adam achterlaten? Mijn hoofd tolde van alle keuzes en gedachtes, die door elkaar draaide alsof mijn hoofd een wasmachine was.
Ik zocht steun bij een keukenstoel. Mijn knokkels werden wit door het harden knijpen in het hout.
"Eh." begon ik, om de aandacht van Adam te krijgen. Adam wierp een blik op mij, en meteen ontstond er een frons in zijn voorhoofd. "Mariah? Alles ... Alles oké?"
Ik knikte, maar schudde gelijk mijn hoofd. "Nee. Kun je alsjeblieft.." Ik slikte. "Ik moet naar een vriendin.. Maar Adem kan niet mee." Mijn handen waren klam. "Kun jij op Adem passen?"
Adams ogen vulde zich met ongeloof, en toen knikte hij met een serieus gezicht.
Mijn gezicht werd even hard als steen. Ik liep naar hem toe, zodat Adem me niet kon horen. "Oh wee als er iets met hem gebeurd. Ik weet je te vinden. Het is dat Maura me nu nodig heeft, anders zou ik je nooit met hem alleen laten." Ik keek hem indringend aan.
Adam keek terug. Toen haalde hij diep adem. "Ik weet het."
"Mooi. Beloof dat hem niets overkomt."
"Ik beloof dat hem niets overkomt." zei Adam zacht. Hij keek me recht in mijn ogen aan.
Ik wierp hem nog een sceptische blik toe, en knikte toen. "Oké. Beter verziek je dit niet, Adam. Als dat eigenlijk wel je echte naam is."
Ik doelde op het moment tijdens de gijzeling, dat Drew zijn en Adams naam vertelde. "We doen niet aan persoonlijke onzin. Het enige wat jullie mogen weten, zijn onze namen. Je mag zelf weten of ze echt zijn of niet." had hij gezegd. Ik huiverde bij de herinnering. Toen tilde ik Adem van het aanrecht. Hij hield nog steeds het glazen potje met spikkels vast.
"Mama gaat nu." zei ik tegen hem. Adem keek me aan. "Naar waar?"
"Ik ga naar Tante Maura. Weet je nog waar je heen moet als er iets gebeurd?"
Adem knikte. "Marjolein."
"Goed zo. Weet je nog waar ze woont?"
"Bij de gele bloemen."
Marjolein was de buurvrouw. Ik ben ooit eens zó ziek geweest, dat ik niet normaal overeind kon komen. Adem wist niet wat hij moest doen. Daarom hebben Marjolein en ik afgesproken dat als er iets met mij gebeurd, Adem altijd naar Marjolein moest gaan. De gele bloemen stonden altijd in het raam, en Adem vond ze geweldig. Daarom hebben we dat als herkenningspunt afgesproken.
"Goed zo." zei ik. Ik gaf een kus op zijn voorhoofd. "Dag lieverd. Mama is snel terug, oké? Ga jij lekker koekjes maken?"
"Met Adam!" tjirpte Adem. "Met spikkels én Adam!"
"Goed zo!" zei ik. Ik zette Adem weer terug op het aanrecht.
"Dag mamie!" riep Adem blij. "Gloetjes aan Tante Maula!"
"Zal ik doen."
Ik wierp nog één blik op Adam.
"Ik heb het beloofd." zei hij tegen me. Ik geloofde hem. "Oké. Adem weet waar alles ligt, als je iets nodig hebt."
Toen glipte ik de gang in, en in drie seconden trok ik mijn jas en schoenen aan. Ik propte mijn mobiele telefoon in mijn jaszak, griste mijn sleutels van een kastje af en rende de deur uit, naar mijn auto.
De hele weg tikte ik nerveus met mijn vingers op het stuur. Wat zou Maura in vredesnaam zo nerveus hebben gemaakt? Maura huilt bijna nooit, dus als ze huilt moet er iets ergs zijn gebeurd. Gelukkig zat het verkeer mee, en kon ik in één rechte lijn naar Maura rijden.
Ik haastte me uit de auto, en drukte heel lang op de bel. Toen er na een tijdje niet open werd gedaan, begon ik me zorgen maken. Ik drukte nog een keer op de bel. Geen antwoord.
Ik opende de brievenbus. "Maura?" riep ik. Mijn stem galmde door de hal. Ik deed een stap naar achteren, en keek omhoog. Niemand. Ik kreunde gefrustreerd, zette mijn handen in mijn zij en keek om me heen. Mijn oog viel op het pad dat naar de achterkant van het huis liep.
Meteen begon ik het pad te volgen. "Maura?" riep ik, en toen ik weer niets hoorde probeerde ik de deur open te maken. Het lukte. Met een zwiep vloog de deur open. Ik keek de woonkamer door, maar Maura was nergens te bekennen. Ook de keuken was stil.
"Maura?" riep ik naar boven. Geen antwoord.
Ik liep de trap op naar boven en keek in elke kamer. Niets.Er was nog één kamer over. Maura's en Fabians kamer. Met een trillende hand drukte ik de klink van de deur naar beneden.
Mijn ogen vergrootten zich toen ik in de kamer keek. Maura was er, maar ze was niet alleen. Boven haar hing een man. Eerst dacht ik dat het Fabian was, maar Fabian had een afschuwelijke hekel aan kaki-broeken. En deze man had een kaki-broek aan.
"Maura?!" riep ik geschokt. Maura en de man waren te druk bezig met zoenen om me op te merken.
Ik pakte een krant en gooide het bovenop de man zijn hoofd. Nu zag ik met wie ze aan het zoenen was.
"Ian?!"

[a/n Vote alsjeblieft als je dit leest 😊 voten kost 1 seconde je maakt me er écht superblij mee! Wat dachten jullie van 300 votes *wink wink* ]

The Men On My Mind (deel2)Where stories live. Discover now