Hoofdstuk 37 (Adam)

3.9K 398 29
                                    

De straatlantaarn knipperde even aan, voordat hij weer helemaal uit ging. De straat was leeg, op mij na. Ik stopte mijn handen zo diep mogelijk in mijn zakken en zuchtte diep. Ik was haar kwijt. Haar woorden dansten door mijn hoofd heen, als duivels door hel. Het doodde me van binnen, liet mijn borstkast samenknijpen en ontnam me van mijn adem.
Shit, ik moet een manier vinden om haar over te halen. Nee, dat klonk verkeerd. Ik moest een manier vinden om te zorgen dat ze ziet dat ik te vertrouwen ben. Als je dat bent. Ik schudde de gedachte uit mijn hoofd. Niet doen. Niet aan denken. Gewoon doorgaan.
Ik nam een slok van het flesje water dat ik in mijn handen had. Langs mijn kurkdroge keel liep het naar beneden. Het deed me goed.
Mijn telefoon ging. "Ja?" met een ruwe toon nam ik op. Ik was kwaad, verdrietig en voelde me afgewezen. Ik had elke reden om boos te zijn.
"Het is er," zei de bekende stem op een vriendelijke toon. "Wil je dat we het nu doen?"
Wilde ik dat ze het kreeg? Je wist het nooit met Mariah- het ene moment was ze vriendelijk en lief, het andere moment was ze woest en stuurde ze me weg. Gelijk had ze.
"Hallo? Ben je er nog?" vroeg dezelfde vrouw.
"Doe maar," zei ik. "31 keer. Niet meer, niet minder. Een maand lang."
"We houden ons aan de afspraken, hoor," lachte de vrouw.
Ik kon niet meelachen. Er was niets te lachen. "Oké," zei ik. Ik hing zonder gedag te zeggen op. Ik had er alle reden voor.
In stilte liep ik door de straten. In de verte jankte een kat, en een vrouw schreeuwde tegen iemand. Haar man, denk ik. Het maakte me niet uit.
Vanzelf brachten mijn voeten me naar het kille, grijze gebouw. Ik rilde. Nadat ik eruit kwam zwoor ik mezelf dat ik er nooit meer heen ging. Het is niet gelukt. Drew had me nodig, en ik hem. Hij was mijn vriend, en die laat ik niet stikken. Wat hij ook heeft gedaan. Nooit in mijn hele leven had ik gedacht dat wij tot zoiets in staat waren. Ik was het knulletje van de klas. Het jochie dat altijd als eerste zijn vinger opstak in de les. De jongen die vrijwilligers werk deed.
De jongen die een klas gijzelde. De jongen die verliefd werd op het meisje dat hij gijzelde. Ik was krankzinnig, out of my mind.
Het begon te regenen. Dikke druppels vielen langs mijn gezicht, tikten op de grond. Mijn haren werden in no time zeiknat, om over mijn kleren niet te spreken. Maar het kon me niet zo veel schelen. Ik keek weg van het grijze gebouw met tralies voor de talrijke ramen, en haalde heel diep adem. Als ik hier naar binnen zou gaan zou ik Mariah alweer verraden. Maar Drew had me nodig, hij was zo alleen. De enige die hem bezocht was ik. Zijn vader is overleden, zijn moeder- god wist waar ze was, en broers en zussen had hij niet. De rest van de familie keken de andere kant op, en hij werd niet genoemd. Onlogisch was het niet, ik stond op het punt om ook mijn rug naar hem te keren. Maar ik kon het niet. Nog niet.
"Het is geen bezoekuur," kreeg ik te horen toen ik op de bel drukte. "Morgen vanaf drie tot vijf kunt u weer langskomen." Er klonk een klik, als teken dat de receptioniste de hoorn had neergelegd.
Enigszins teleurgesteld draaide ik me om, en ik liep naar huis. De gevangenis met daarin Drew liet ik achter me.

Ik sloot de regen buiten door de deur dicht te doen, en deed mijn druipende jas uit. Binnen was het gelukkig warmer dan buiten, de verwarming ratelde vrolijk. Als ik me niet zo voelde zoals ik me voelde zou ik het gezellig hebben gevonden. Als ik niet zo dom was geweest had ik Mariah nog gehad. Ik deed niet de moeite om de lichten aan te doen, ik keek gelijk op mijn mobiel. Ik had haar nummer al lang in mijn mobiel staan, gekregen via via.. Zoals haar adres. Het was niet zo moeilijk geweest. Zal ik haar bellen? Twijfelend keek ik naar mijn mobiel. 'Mariah' stond er, en het zag er verschrikkelijk aanlokkelijk uit. Zal ik... Nee, nee. Ze wilde me niet meer zien. Ik liet mijn mobiel op de tafel vallen en stopte mijn gezicht in mijn handen. Wat moest ik doen? Nog nooit had ik me zo verschrikkelijk radeloos gevoeld.

Vroeg in de ochtend werd ik wakker. Ik hing in een ongemakkelijke positie over de bank en mijn nek deed verschrikkelijk veel pijn. Maar dat had ik verdiend vond ik. Mijn leven was echt helemaal naar de klote sinds ik die school in stapte. Ik verloor iedereen langzaam achter elkaar- mijn familie, mijn vrienden, Mariah. Was het raar om te zeggen dat het me meer pijn deed dat Mariah me had afgewezen? Ik wist het niet. Het enige wat ik wist was dat ik gek werd zonder haar. Ik was al niet echt helemaal 100%, maar het kon erger. Het was erger.
Jezus, ik begon echt als een mietje te klinken. In plaats van een echte man te zijn- wacht, dat klonk seksistisch. Mannen konden ook verdrietig zijn. Maar ik niet.
Ik moest iets bedenken. Het bloemenplan was één, maar er moest iets bij. Maar wat? Ik tikte met mijn vingers op de tafel en keek toen naar mijn telefoon. Als ik nou eens... Kon ik dat doen? Langzaam pakte ik het metalen ding op. Ik wist dat ze niet werkte. Ik wist dat het huis waar ze in woonde niet goed genoeg voor haar was.. Als ik nou eens.. Als vanzelf gleden mijn vingers over het scherm.
"Ja?" nam de heldere stem die ik door- en door kende op. Ik voelde me bijna meteen een stukje beter.
"Hey, Gabs, met mij," zei ik.
"Hé! Adam! Heb je nagedacht?"
"Ja, en ik neem het geld graag aan."

[a/n dat was dus Adam POV! Bedankt voor de vele feedback en votes die ik heb gekregen! Daar heb ik veel aan gehad 🐒❤️ Ondanks dat ik nu niet weer zo'n "zoveel comments en votes voor een nieuw hoofdstuk" ga doen, zou ik het wel leuk vinden als jullie even veel voten en commenten als de laatste keer haha]

The Men On My Mind (deel2)Where stories live. Discover now