Hoofdstuk 39

3.6K 276 40
                                    

[a/n sorry voor het lang wachten! Moet je kijken wat voor ontzettend mooi uitzit ik had tijdens het zeilen/varen van Engeland naar België! 👆🏽

Ik heb trouwens een nieuw boek, One Way Ticket, en als je zin hebt kun je die alvast in je bibliotheek zetten. Ik begin met updaten vanaf september!]]

"Het komt goed."

Wat haatte ik dat zinnetje. Ik haatte het, verafschuwde het, kon het wel uitspugen. Het komt helemaal niet goed! Mijn moeder lag in de IC afdeling omdat ze door een of andere flapdrol was aangereden en ik moest er maar in vertrouwen dat alles goed ging? Dat mijn moeder niet doodging of een permanente schade zou hebben opgelopen, alleen omdat een of andere dronken klootzak het een goed idee vond om met z'n dronken kop in de auto te stappen? Moest Adem daardoor om één uur 's nachts in het ziekenhuis zitten knikkebollen?

"Het komt goed."

Oh man. Als ik nou maar gelijk had opgenomen toen ik bij Mo en Stef was. Terwijl mijn moeder me belde voor hulp was ik lekker kip en rijst aan het eten. Egoïstische ik. De avond was zo leuk, zo gezellig. Mo, Stef en ik raakten niet uitgepraat en Adem was verzot op Mo haar kat.
En mijn moeder werd opgehaald door de trauma helikopter.
Uiteindelijk was het Fabian die me, na dertig keer bellen, te pakken kreeg. Ik schrok me kapot toen ik zijn wanhopige en angstige stem hoorde, maar misschien nog meer van het zinnetje "we raken haar kwijt, Mariah, eerst papa en nu mama". En misschien was het engste daarvan nog wel "papa en mama" want Fabian gebruikte die twee woorden alleen als hij in paniek was, of werd overspoelt door emoties.  De laatste keer dat hij dat zei was toen hij me sprak nadat ik door de politie naar buiten werd gebracht. Je kunt je voorstellen hoe ik me voelde.

"Het komt goed," zei Mo.
"Het komt goed," zei Stef.
"Het komt goed," zei Fabian.
"Ze heeft een ernstige schade in haar hersenen opgelopen," zei de dokter. "Ernstige schade in haar ribbenkast en ze zal een tijdje in een coma liggen, maar dat is een onnatuurlijke. Wat betekent dat hij door onze medicijnen is opgewekt. Daar hoef je je dus geen zorgen over te maken."

Van degenen die ik het liefst 'het komt goed' wilde horen zeggen, bleven stil en somden alleen maar de schade op.

"Zal ik hem naar huis brengen?" vroeg Maura toen. Fabian, Mo, Stef, Maura, Adem en ik zaten allemaal op de ongemakkelijke, spuuglelijke plastic ziekenhuisstoelen, in de wachtkamer.
"Huis?" pruttelde Adem versuft.
Ik trok zijn warme lichaampje tegen me aan en drukte mijn neus in zijn kroezige haren. "Oké," kraakte ik.
Maura keek Fabian even aan en kuste hem zacht. Ik wende mijn hoofd van ze af om ze wat privacy te geven. Maura en Fabian hadden alles goedgemaakt. Over een paar dagen zou de DNA test worden gedaan, maar Fabian had Maura al duidelijk gemaakt dat het niet uitmaakte  wie de biologische vader zou zijn. Hij zou haar daarvoor niet verlaten.
Toen Maura en mijn broer elkaar eindelijk los lieten stond ik op, en ik gaf Adem (nadat ik hem een kus op zijn wang had gegeven) aan Maura. "Zijn pyjama ligt op het kastje naast zijn bed," zei ik tegen haar. Na nog een paar andere instructies liep ze weg.
Ik sloot mijn ogen en wachtte. Mijn ogen brandden achter mijn oogleden, alsof ik te lang in gloorwater onder water heb gezwommen. Of, in mijn geval, te moe was en te lang had gehuild.

But then again, wanneer huilde je te veel als je moeder op de intensive care afdeling lag, nadat ze er met een trauma helikopter was gebracht?

Na een tijdje voelde ik een warme hand op die van mij. Door mijn wimpers keek ik opzij, recht in de ogen van Stef.
"Ga je mee koffie halen?" vroeg hij. Hij had een frons op zijn voorhoofd en keek me bezorgd aan.
Ik wilde nee zeggen, omdat ik hier in die ongemakkelijke stoel wilde blijven wachten op iets wat par waarschijnlijk uren later zou  gebeuren, maar Fabian mengde zich tussen ons. "Maz, ga met hem mee. Je zit hier al een paar uur zonder ook maar één keer op te staan. Ga even naar beneden, strek je benen en drink wat koffie of zo. Het zal je goed doen."
Ik wilde een snijdende opmerking maken over "het zal je goed doen" want hoe de fuck wilde hij dat ik me goed ging voelen? maar slikte het door toen ik opmerkte hoe ontzettend moe hij keek. Hij voelde zich waarschijnlijk even rampzalig als ik, zo niet erger. In plaats van hem afsnauwen vroeg ik hem of ik iets voor hem mee kon nemen. "Een flesje water," zei hij met een kleine, misplaatste glimlach.
"Mo?" vroeg ik.
"Ehm, water, ja, graag," zei ze dankbaar.
Stef en ik liepen samen naar de trappen. Ik keek omhoog, en dacht aan die ene keer dat ik was opgesloten in een van de kamers, door waarschijnlijk een of andere lolbroek die dacht grappig te zijn. Wat leek het onbelangrijk.
Stef gaapte vermoeid, en opeens bedacht ik me hoe ontzettend aardig het van hem, en Mo natuurlijk, was om met me mee te gaan. Hij kende mijn moeder niet echt, en toch wilde hij zijn nacht opgeven om op haar te wachten.
"Dankjewel," zei ik uit de grond van mijn hart tegen hem.
Stef wuifde het weg. "Geen probleem, Mariah. Alles v- Ik bedoel, je hebt iemand nodig in zulke tijden. En ik ben er dan voor je, als je dat maar weet. Na je zo veel jaren niet te kunnen helpen..." Hij haalde zijn smalle schouders op. "Ik ben blij dat ik er voor je kan zijn."
Ik pakte zijn hand en kneep er even in. "En ik ben blij dat je er bent."
En nu ik er over nadenk, realiseer ik me pas dat tijdens het kopen en drinken van koffie en het teruglopen naar vermoeide Fabian en een slapende Mo, Stef mijn hand niet losliet. En het rare was, was dat ik het niet erg vond ook.

[a/n ik volg trouwens vanaf nu mensen terug die ik vaak tegen kom in de comments of op mijn messageboard of zo :) ]

The Men On My Mind (deel2)Où les histoires vivent. Découvrez maintenant