Hoofdstuk 34

3.5K 379 53
                                    

Ik wilde de deur dichtgooien, maar Ian zette zijn voet ertussen. "Wach effe."
"Nee, flikker op!" siste ik. "Ik bel de politie als je nu niet weggaat."
"Ahh, nie doen! 'K wil gewoon effe mijn spullen halen."
Shit, helemaal vergeten! Natuurlijk wilde hij zijn spullen terug. "Dronken kom je er niet in. Kom morgen maar terug, als er geen alcohol in je bloed zit."
Ian zwalkte even naar rechts. "Ik ben toch helemaal nie dronken, schatje. Ik ben gewoon harsssstikke verbroken hart."
"Je bent hartstikke verbroken hart?" Ik moest moeite doen om niet te lachen.
"Omdat ik je missssschatje." Ian deed een wiebelige stap naar voor en wilde me omhelzen maar ik duwde hem weg.
"Ik jou niet en nu wegwezen. Voordat ik de politie bel!" dreigde ik.
Ian grinnikte hol. "Pliessie? Gessellig."
"ik tel tot drie en dan wil ik je niet meer zien. Eén," met een waarschuwende blik keek ik haar Ian. Twéé-"
"Drie , vier, hoedje van, hoedje van. Een, twee, drie, vier, hoedje van papier!" Ian lachte en ging toen op het gras zitten. "Mazzy van me, baby, ik mis je."
"Ik jou niet."
"We hadden het zo gezellig, jij en ik. Zo gezellig."
"Eh, nee."
"Ik ging alleen met die-" hij hikte even. "-vrouwen om zodat ik mezelf kon herinneren hoe mooi jij was."
Ik trok een wenkbrauw op.
"Ech waar. Ik meen het," Ian legde zijn hand op zijn hart en keek me met zijn felblauwe ogen aan. Ik twijfelde. Meende hij dit nou of niet?
"Je voelde je toch veilig bij mij?"
Het was waar. Ik heb me nooit onveilig gevoeld. Maar ook nooit écht fijn.
"geef me één extra kans. Eén," Ian ging op zijn knieën zitten. "Kijk, ik smeek het je op mijn knieën. Ik doe alles voor je, Mazzy, baby, liefje. Alles. La me alsjeblieft weer in je hart en huis."
"Nee," zei ik. "Ik ga dit huis uit, vanwege jou. Deels. Ik vertik het om je binnen te laten, niet in mijn huis, niet in mijn leven, niet in mijn hart. Je kan smeken wat je wil. Fijne avond nog, Ian." Ik deed de deur voorzichtig dicht en leunde er tegenaan. Voor een paar minuten stond ik daar; mijn ogen gesloten en mijn handen samengebald tot vuisten. Toen liep ik de trap op, naar boven. De volgende dag zou ik een goede oppas vinden voor Adem, een mail sturen naar de eigenaar van het café en een afspraak maken met de makelaar. Eindelijk begon ik iets met mijn leven te doen.

"Ik heb nog wel een oud buurmeisje die volgens mij nog een semipermanent oppasbaantje zoekt, voor meerdere uren achter elkaar," zei Maura toen ik haar de volgende dag belde om te vragen of zij nog geschikte oppassers wist.
"Echt? Overdag ook?"
"Dat zou je aan haar moeten vragen. Wacht, ik geef je haar nummer wel even."
Ik pakte gauw een oude envelop en een pen. "Komt u maar!"
Maura dreunde een telefoonnummer op. "Dat was hem."
"En wat is haar naam?"
"Caro. Ze is heel aardig en toevallig woont ze in een dorp naast jouw toekomstige woonplaats. Oh en misschien handig om te weten; ze komt oorspronkelijk uit België dus praat met een zachte 'g' en zo."
"Amai," ik grinnikte even om mijn eigen grapje. "Dat zou geen probleem moeten zijn."
"Top, nou dan ga ik hangen want ik ben moe. Tijd voor mijn middagslaapje."
Maura en ik hingen op. Het was raar dat Maura niets over de DNA test had gezegd. Ergens in me zat een sprankeltje hoop toen ik haar vanmiddag belde, maar die is helemaal weggevloeid. Ze heeft er geen woord over gezegd.
Ik schudde even met mijn hoofd en toetste toen het telefoonnummer van de misschien toekomstige oppas in. Het duurde een tijdje, maar uiteindelijk nam ze op.
"Hallo, met Caro."
Thank god dat ik niet het verkeerde nummer heb "Hey, Caro, je spreekt met Mariah Egon," zei ik. "Ik heb je nummer doorgestuurd gekregen van Maura, een oud buurmeisje van je."
"Maura? Oh, natuurlijk! Maura! Hoe gaat het met haar?"
Ze had inderdaad een Vlaams accent. Een glimlach speelde om mijn lippen. "Goed, maar daar belde ik niet voor. Ik ben op zoek naar een oppas voor mijn zoontje, voor 2 á 3 dagen in de week. 's Ochtends tot 's middags. En Maura zei dat je op zoek was naar een oppasbaantje dus... Ik belde jou!"
"Echt!" Caro klonk verrast.
"Hmhm. Ik moet nog op een officieel sollicitatie gesprek, maar de manager van het restaurant waar ik wil werken had met spoed iemand nodig, en zei dat ik praktisch al ben aangenomen. Over twee weken begin ik," ratelde ik. "Denk je dat je rond die tijd misschien genoeg tijd hebt om oppas te zijn?"
"eh, ja, geen probleem!" zei Caro opgetogen. "Wow."
"We moeten daarvoor nog even afspreken over de financiële kant en zo."
"Financiële kant?"
"Ja. Je krijgt er voor betaalt, natuurlijk."
"Oh ja, natuurlijk. Stom van me," zei Caro beschaamd. "Ik ben gewoon een beetje van de kaart."
"Denk er nog maar even over na, en bel me gerust terug als je vragen hebt of als je je bedenkt."
"Ehm, oké, doe ik. Nog even een vraagje: hoe oud is je zoontje?"
"Drie, bijna vier. Hij heet Adem."
"Adem? Leuke naam!"
Ik glimlachte. "Dankjewel."
We praatten nog even door, maar hingen spoedig op. Ik glimlachte en zette een vinkje achter 'oppas zoeken'. Het lijstje van 3 dingen ("werk" mailen, oppas zoeken, huis fixen) was op één ding na volbracht. Ik pakte mijn telefoon weer op van de tafel, en zocht het nummer van de makelaar op.
Na een tijdje overgaan, werd er opgenomen.
"Met VVEH Makelaars," klonk een vriendelijke, bekende vrouwenstem door de telefoon. Ik hapte naar adem en knipperde van mijn stuk geslagen met mijn ogen. Was dat.. "Mo?!"

[a/n THERE YOU GO, CARO (@Queen-ensiellyque ) Mo is een klasgenoot (vriendin, eigenlijk) van Mariah die ook bij de gijzeling was. Mo en Stef, remember?

Please comment, het vorige hoofdstuk had een stuk minder comments dan normaal. Ik vond ze allemaal leuk, tho 😉]

The Men On My Mind (deel2)Where stories live. Discover now