Hoofdstuk 49

306 4 0
                                    

Vijf minuten nadat ik de bel hoor sta ik voor de deur, klaar om het open te doen, in mijn roze pyjama's met witte stippen dat bestaat uit een topje en een lange wijde broek.

"Goedemorgen buurmeisje," zegt Ben helemaal vrolijk.

Ik wrijf aan mijn ogen en kijk naar de klok in de woonkamer. "Het is zes uur!"

"Ja, dus? We moeten zo naar school hoor. We hadden gister afgesproken dat ik he zou komen ophalen. Hier ben ik dan." Hij maakt een jazz hands gebaar als grapje.

"Een beetje te vroeg vind je niet? Zelfs de kippen staan zo niet zo vroeg op. Of eigenlijk, zelfs mijn oma staat niet zo vroeg op." Oké dat laatste is niet echt waar, mijn oma staat al om vijf uur op, heel soms ook om zeven uur, dus ik heb ergens wel een punt. Maar mijn doel was om hem aan te geven dat hij fucking vroeg voor mijn deur staat. "En daarnaast, school is pas over ongeveer twee uurtjes, langer zelfs."

"Ja, maar je moet je meidending enzo nog doen dus nu heb je alle tijd terwijl ik op je wacht." Hij draagt nog steeds die vriendelijke lach waarmee ik hem zag toen ik de deur open deed.

"Mijn watte?" Ik grinnik.

"Je meidending, je weet wel. Je gezicht schminken, je haar doen, douche of zo?"

Ik kijk hem verbijsterd aan. "Stink ik dan?"

Zijn grote ogen begrijpen gelijk dat hij een grote fout had gemaakt toen hij die woorden uitsprak. "Nee, natuurlijk niet, jij ruikt altijd lekker hoor. Maar ik noemde gewoon wat dingen op."

Ik grijns. "Zoals mijn gezicht schminken?" De opkomende lach probeer ik met veel energie te onderdrukken."

"Ja, weet ik veel hoe je dat noemt." Hij haalt zijn schouder op en voor de eerste keer sinds ik hem heb ontmoet zie ik hem een beetje nerveus zijn, zelfs blozen als ik niet beter wist.

Dan denk ik terug naar hoe hij me begroete. "Ben je de boer in je kwijt?" plaag ik hem.

"Wat?" Hij kijkt me niet begrijpend aan.

"Je noemt me buurvrouwske. Vandaag zei je buurmeisje. Het viel me gewoon op." Ik haal mijn schouders op alsof het niks uitmaakt, maar zijn uitdrukking is verre wan dat het niks is en ik weet het. Alleen ik weet niet waarom. Toch besluit ik daar niet verder op in te gaan, voorlopig.

"Wil je wat drinken? Kom binnen. Je bent er toch al."

Hij stapt het huis binnen. "Ja, dankjewel. Heb je melk?"

"Melk komt eraan. Wil je wat eten?"

Hij grinnikt. "Nee hoor, ik zit goed. Doe maar alleen de melk."

"No problemo. Koud of warm?"

"Lauw."

"Perfect tussenin. Hou ervan." Ik knik goedkeurend van zijn keuze, merendeels omdat ik mijn melk ook meestal lauw wil.

Twee minuten later overhandig ik hem zijn lauwe melk, ga naast hem op de bank zitten in kleermakerszit en neem een slokje van mijn melk omdat ik best jaloers werd en er ook voor mij eentje maakte.

"Dus vertel me nu waarom je hier bent."

Hij recht zijn rug, waarvan ik zeker ben dat hij het onbewust doet. Ik denk dat het een soort beschermingsmechanisme is. "Ik kom je ophalen. Dat hadden we toch al afgesproken." Hij fronst zijn wenkbrauwen en kijkt mij vragend aan.

"Ik ken je niet zo goed Ben, maar ik weet dat er iets mis is. Als je het er niet over wilt hebben dat is prima, maar ga niet zo macho doen zoals je toen net deed. Daar kan ik echt niet tegen. Jij bent een van de weinige waar ik zulke vibes niet van heb gekregen. Ik wil het graag zo houden," zeg ik veel eerlijker dan dat ik hoor te zijn.

Zijn grote ogen, gepaard met een verbazingwekkende gezichtsuitdrukking kijken mij sprakeloos aan voor een kleine minuut voordat hij begint te praten. Hij recht weer zijn rug, waardoor ik al gelijk weet dat hij niks gaat toegeven. "Maak je er maar geen zorgen over. Het is voor mij om het in orde te stellen."

"Ik hoop niet dat het iets ergst is dan," zeg ik bezorgt.

Hij kijkt mij aan en geeft mij een zachte glimlach. Alsof hij heel moe is, maar toch oprecht lacht. "Nee, het is niet erg."

Ik beantwoord zijn glimlach en ga achteruit op de bank zitten. "Mooi dan."

"Ga je je nog klaarmaken of wat?" Hij grijnst.

"Jaja, niet zo opdringen, wil je?"

"Ga dan vrouw."

"Tsss." Ik sta op en veeg, voor geen reden, iets van mijn bovenbenen om vervolgens de trap op te lopen.

Aan het begin van de trap draai ik me om en zie dat Ben naar me zit te staren. Ik steek mijn tong naar buiten en draait me weer om, om rennend de trap op te lopen.

Als ik klaar ben met alles ga ik weer naar beneden. Terwijl ik tijdens het naar beneden lopen mijn haar in een staart doe begin ik tegen Ben te praten. "Trouwens, ik doe niet zoveel make-up op. Zie je? Het koste me maar een half uurtje." Ik kijk naar de plek waar hij zou moeten zitten, maar daar zit hij niet meer.

Bezorgt kijk ik rond. "Ben?"

Hij komt net de keuken uitlopen. "Ik heb je gehoord. Ik was even wat water aan het halen."

"Oké. Maar wat vind je ervan? Ik heb dit net gekocht, dus ik weet het nog niet zeker." Ik kijk naar mijn kleren en draai een rondje.

Ik draag een oversized kort donker groene T-shirt met een strakke zwarte 'leren' broek.

Hij bekijkt mij van top tot teen. Er is iets dat in zijn ogen veranderd voor een paar seconden voordat hij mijn keuze goedkeurt. "Donkergroen staat goed bij je ogen," zegt hij uiteindelijk naar een paar seconde stilte en maar een beetje glimlachen. En alweer zie ik die nerveusheid waarvan je nooit had verwacht dat een zelfverzekerde jongen zoals Ben zou kunnen hebben.

"Dankjewel. Maar wat gaan we nu doen? We hebben nog iets minder dan twee uurtjes te killen."

Hij haalt zijn schouders op. "Sorry dat ik zo vroeg kwam. Ik wilde gewoon even het huis uit."

"Waar heb je het over? Je bent gewoon welkom hier. Je hoeft je niet te verontschuldigen, echt je hebt niks verkeerds gegaan, anders deed ik wel als een bitch de deur voor je ogen dicht," een spontane slappe lach vormt zich bij Ben wat ervoor zorgt dat ik ook de slappe lach krijg.

"Stop!" zeg ik als mijn spieren het gelach niet meer aankunnen.

"Ik doe niks," lacht hij met een nep beledigde houding.

"Ik kan niet meer." Ik probeer op adem te komen, maar telkens als ik oogcontact krijg met Ben barst ik uit van het lachen.

"Kijk niet naar me," roep ik.

"JIJ bent degene die naar MIJ kijkt!" Zijn lach begint langzamerhand minder te worden en ik probeer mijn ademhaling in controle te houden.

"Ik zag het gewoon echt voor me," zegt hij dan. "Maar ik kan het me toch niet voorstellen dat jij dat ooit zou doen, hoe kort ik je ook ken, iets zegt me dat je niet zo'n type bent."

Ik haal mijn schouders op. "Wie weet."

Neighbours With HimUnde poveștirile trăiesc. Descoperă acum