Hoofdstuk 11

18.5K 831 122
                                    

Hoofdstuk 11

Mijn benen begonnen als vanzelf naar mijn kledingkast te lopen. De route was vrij simpel; trap op, gang in, eerste deur rechts. En toen begaven mijn benen zich als vanzelf naar de badkamer. Ik staarde naar mijzelf in de spiegel en een glimlachje verscheen rondom mijn lippen. 'Benen, jullie hebben gelijk. Ik moet eerst iets aan mijn haar gaan doen', mompelde ik en haalde de föhn uit het kastje. De plukjes haar die nog niet droog waren, föhnde ik kurkdroog en bond daarna mijn haren in een vlotte staart. Vervolgens bracht ik een laag foundation op, om mijn schrale huid te verbergen. Ook mijn ogen kregen het te verduren onder mijn grote ''knap-Eva-op'' missie van mijn benen. Ik maakte ze op met mascara en een laagje eye-liner. Zo, dit kon er wel mee door, besloot ik en liep naar mijn kamer. Ik trok mijn kledingkast open, en griste mijn werkkleding eruit. Opvouwen was niets voor mij, en ik propte ze daarom ook in mijn tas. Al snel ''huppelde'' ik de trap af, ik kon echt niet huppelen, en struikelde haast over de laatste trede. 'Verdorie', vloekte ik toen ik net op tijd mijn evenwicht terug had gevonden. Ik haastte mij naar mijn auto en scheurde vervolgens weg. Op tijd zijn was een pré in dit vak. Haast reed ik door rood, bijna reed ik een fietser aan en ik kon nog net op tijd stoppen voor een jong stelletje dat de weg over wilde steken door middel van en zebrapad. Ik parkeerde mijn auto en rende naar binnen. Mijn baas fronste zijn wenkbrauwen maar zei verder niets. Dit was normaal ook geen werkdag voor mij. Snel kleedde ik mijzelf om. Jerremy had zijn positie al ingenomen bij mijn deur, klaar om elke snuiter die niet luisterde eruit te trappen. Een zucht verliet mijn lippen toen ik mij weer voor het raam begaf. De straat was zoals altijd weer bezaaid met mensen, mensen en nog eens mensen. Vooral dronken studenten, viel mij op. Een paar mensen bleven weer stil staan voor mijn raam, om mij belachelijk te maken. Ik draaide mij demonstratief om. Ik had geen zin in die kinderachtige mensen. Al snel werd er op mijn deur geklopt, een teken dat de eerste klant er was. Een geforceerde glimlach verscheen rondom mijn lippen, die al snel verdween toen ik zag wie het was. Mijn mond viel open, vanwege twee dingen. Één. Hij was het. En twee, hij zag er verdomd goed uit. Zijn gespierde armen staken goed af tegen zijn lichtblauwe V-hals shirt. Hij had een donkerblauwe korte broek aan, waaronder hij slippers droeg. Hij zette zijn zonnebril af en ik verdronk bijna in zijn ogen. Rowan. Ik vroeg mij af waarom ik nog steeds zo onderste boven van die jongen kon raken. Alsof hij met de jaren knapper werd. Hij haalde een hand door zijn raven zwarte haren en ging ongemakkelijk op het bed zitten. 'Wat doe jij hier?' Siste ik, ineens woest. Nee, hij ging echt geen pleziertje met mij beleven. 'Ik roep Jerremy als je nu niet gaat.'

'Nee, ik hoef niets Eva', zei hij zuchtend. 'Maar ik zag jou weer staan en kon het gewoon niet meer aan zien. Wat doe je jezelf aan?'

Ik zuchtte diep. Hier had ik nou niet bepaald zin in. Ik wilde werken, niet mijn tijd verdoen met Rowan. 'Ik betalen wat je nu mis loopt', zei hij, alsof hij mijn gedachten kon lezen. Ik schudde snel mijn hoofd. 'Nee, ik wil jouw geld niet.'

Een stilte viel. Beiden wisten we niets meer te zeggen. Ik had ook niets te melden. 'Dus, waarom doe je dit?' Vroeg hij opnieuw. Hij probeerde zijn ogen vast te haken in de mijne, maar ik wendde mijn blik af. Ik begon te frunniken aan een pluk haar en draaide het rond mijn vinger heen. 'Ik heb geld nodig.'

'Dus Finn betaald niet genoeg?'

'Rowan houd daar nou eens over op. Het is toch logisch at ik zelf ook geld wil verdienen.'

'Op deze manier? Mij houd je niet voor de gek.' Hij rolde met zijn ogen en sloeg zijn armen over elkaar heen. Langzaam kwam hij overeind en keek mij intimiderend aan. Sinds wanneer kon hij dat? Het werd mij nu wel duidelijk dat hij niet meer het schattige jongetje van vroeger was. Mijn ogen maakten een rollende beweging en sloeg mijn armen over elkaar. 'Ik bepaal zelf wel wat ik doe. Daarbij, heb ik contact gehad met Finn.'

Rowan fronste zijn wenkbrauwen. 'En?'

'Je doet het meer voor jezelf niet?'

'Zo ongeveer. Finn is eigenlijk grotendeels van mening dat je voor jezelf op kan komen. De klootzak.'

'Nee', verdedigende ik hem snel. 'Hij heeft gelijk.'

'Ik vind dit niet echt voor jezelf op komen Eva. Je hebt een prachtig lichaam en dan doe je er dit mee.'

'Rowan, ik wil dat je gaat', zei ik en hoopte dat mijn stem overtuigend klonk. Zijn blik haakte vast in de mijne, en ik kon niets anders dan verdrinken in zijn ogen, die vol woede keken. Een zenuwachtig gevoel bekroop mij. 'Ik ga niet Eva. Ik wil met je praten.'

'Doe dat dan bij mijn huis.'

'Nee, nu.'

Opnieuw viel er een stilte. Dit gesprek duurde veel te lang, en ik liep zo echt wel belangrijk geld mis. Een zucht rolde over mijn lippen heen. Rowan zette een stap dichter naar mij toe, waardoor ik een stap achteruit zette. 'Ik wil je gewoon terug Eva.'

Ik keek hem vol ongeloof aan. Hoe kon hij mij nou terug willen na wat ik gedaan had? En ten tweede, hoe kon hij mij na al die jaren nog steeds leuk vinden? En nog iets, waarom kwam hij daar acht jaar later mee aanzetten? Ik schudde vol ongeloof mijn hoofd en een lachje ontsnapte uit mijn mond. 'Dat meen je niet.'

'Dat meen ik wel.'

'Na al die jaren, na wat ik jou aangedaan heb.'

'Eva, jij bent het altijd voor mij geweest. Alleen jij.'

Ik beet op mijn lip. Zijn woorden klonken te puur om gelogen te zijn. 'Rowan, nee. Nee, ik wil jou niet terug.'

'Want je hoopt nog steeds dat Finn terug komt?'

Ik opende mijn mond om iets te zeggen, om te zeggen dat ik daar helemaal niet op wachtte. Maar dat zou gelogen zijn. Want ik wachtte wel op Finn die terug zou komen. Die mij in zijn armen zou nemen, mij zou kussen. Mij zou lief hebben. Maar zijn hart ging uit naar een andere vrouw, een Nederlandse dit keer. Ik knikte zwijgend.

'Hij komt niet terug Eef.'

'Noem me niet zo. En nu wil ik dat je gaat. Je hebt gezegd wat je wilde zeggen, en je hebt mijn antwoord. Ga. En kap verdomme met mij in de gaten te houden!' Woedend wees ik een vinger in zijn richting. Jerremy gooide de deur open en fronste zijn wenkbrauwen toen hij zag dat we onze kleding aan hadden. 'Laat hem er maar uit Jer', zei ik tegen hem. Rowan stapte langs Jerremy heen en keurde mij geen blik meer waardig. Ik liet mij op het bed zakken en de tranen begonnen als vanzelf te lopen. Ik had helemaal geen zin meer in gedoe. Het was alsof het lot mij aan het uit testen was. Eerst Jay, nu Rowan die op een stalker begon te lijken. En Finn, die lekker in zijn koude land bleef zitten. 'Gaat het Eva?' Vroeg Jerremy, toen hij mij zag huilen. Hij liep langzaam de kamer binnen.

'Ja', zei ik gehaast.

'Wat kwam hij eigenlijk doen?'

Ik haalde mijn schouders op. 'Persoonlijke zaken bespreken.'

'Het leek mij al geen knul om een ja... Je snapt mij wel.'

'Ja ik begrijp je', zei ik en schonk hem een flauwe glimlach. Jerremy wreef over mijn rug heen en verdween weer uit mijn kamer. Ik veegde mijn tranen weg met de palm van mijn hand, en begaf mij weer naar het raam. Al stond mijn hoofd er echt niet meer na om een klant te plezieren.

Bijles, part two Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu