13.4 Jongens

214 12 0
                                    

Wolfs en Eva hebben een zware dag achter de rug, wanneer Eva haar computer afsluit en haar jas aantrekt. 'Ik moet nog even mijn uniform ophalen bij de stomerij' zegt ze tegen Wolfs terwijl ze haar jas sluit. Wolfs knikt enigszins afwezig. Wanneer Eva bijna de kantoortuin uit is, houdt hij haar tegen. 'Eef!' roept hij haar ineens. Eva draait om en kijkt haar zwijgend aan. Wolfs pakt zijn portemonnee uit zijn zak en houdt een bonnetje omhoog. 'Zou je die van mij ook mee kunnen nemen?' vraagt hij haar, terwijl hij haar onschuldig aankijkt. Eva loopt hoofdschuddend zijn kant op en neemt het bonnetje aan. 'Dan zorg jij voor het eten' kijkt ze hem gemaakt streng aan. Wolfs grinnikt hard. 'Als dat me maar lukt' lacht hij, terwijl Eva opnieuw de kantoortuin verlaat.

Wolfs staat net groente te snijden in de keuken van de Ponti als zijn telefoon afgaat. Snel droogt hij zijn handen af aan een theedoek en pakt het toestel uit zijn zak. Hij kijkt wat verbaast als hij het nummer van zijn partner in zijn display ziet verschijnen en neemt gauw op. 'Eva' laat hij haar weten dat hij haar nummer had herkend. 'Mijn auto doet het niet meer' klinkt een enigszins wanhopige Eva aan de andere kant van de lijn. 'Hoezo doet hij het niet meer?' vraagt Wolfs verbaast. Hij hoort Eva zachtjes zuchten. 'Ik was onderweg naar huis en toen stopte de motor er ineens mee' legt ze uit wat er gebeurt is. Wolfs schudt lichtjes met zijn hoofd. 'Heb je de ANWB al gebeld?' vraagt hij haar dan. 'Nee' reageert Eva. 'Dat is het probleem. Ik kan dat pasje dus nergens vinden. En dat heb ik nodig voor mijn klantnummer of zoiets' Wolfs grinnikt even. 'Dus eigenlijk wil je dat ik daar nou naartoe kom met een pasje van de wegenwacht?' lacht hij door zijn telefoon. 'Wil je dat doen?' vraagt Eva twijfelend. Wolfs schudt glimlachend zijn hoofd. 'Ik kom eraan. Waar sta je?' Eva geeft het adres door en verbreekt de verbinding.

Een kwartiertje later komt Wolfs aan op de plek van bestemming. Hij ziet Eva's auto in de berm staan en parkeert zijn auto achter die van zijn partner. Wanneer hij uitstapt, ziet hij Eva omhoog komen van een grote steen waarop ze zat te wachten. 'Open de motorkap eens' zegt Wolfs zonder haar verder te begroeten. Eva trekt haar wenkbrauwen op. 'Alsof jij die auto kan maken' zegt ze verbaast. Wolfs haalt zijn schouders op. 'Maken niet, maar misschien kan ik wel zien wat er mis is' zegt hij simpel. Eva trekt aan de hendel om de motorkap te openen. Wolfs trekt deze direct omhoog. 'Probeer eens te starten' roept hij naar zijn partner. 'Dat doet hij niet' zucht Eva terug. 'Probeer nou maar' hoort ze hem weer zeggen. Eva draait het contact om en probeert de auto te starten. Behalve een ratelend geluid, gebeurt er niets. 'Hmm' Wolfs laat zijn blik langs de onderdelen in de motorkap glijden. 'Hij start niet'. Rollend met haar ogen stapt Eva uit. Ze gaat naast Wolfs staan en slaat tegen zijn arm. 'Dat zei ik toch'. Schouderophalend pakt Wolfs zijn portemonnee uit zijn zak en geeft Eva het pasje van de ANWB. Snel belt Eva het nummer, ze krijgt te horen dat er binnen een half uur een medewerker bij hen zal zijn.

Wolfs en Eva nemen plaats in de auto van Wolfs. Doelloos staren ze voor zich uit. Eva pakt een zak drop en houdt deze Wolfs voor, waarna ze zelf ook een paar dropjes pakt. Voor de zoveelste keer in een paar minuten kijkt ze op haar horloge. Ze zucht een keer diep. 'Dit is nog saaier dan posten' zegt ze terwijl ze weer een dropje in haar mond steekt. Wolfs grinnikt en kijkt haar aan. 'Vind je het niet spannend om te zien hoe je auto hier staat? Misschien rijdt hij dadelijk wel ineens weg'. Eva werpt een blik op haar partner, waarna ze hoofdschuddend weer voor zich uit staart. Na een kwartiertje opent ze haar deur en stapt uit. Wolfs kijkt haar verbaast na. Hij ziet hoe zijn partner naar haar eigen auto loopt en een van de achterdeuren opent. Niet veel later komt ze weer zijn kant op gelopen met hun uniformen en legt deze in de auto van Wolfs. Glimlachend kijkt hij naar haar handelingen. Ze zit net weer op de bijrijdersstoel als Wolfs haar aantikt. 'Daar komt hij' wijst hij in de verte naar een auto van de wegenwacht.

De man van de wegenwacht kijkt onder de motorkap van Eva's auto. Hij checkt een aantal dingen, maar krijgt niet voor elkaar wat hij zou willen. Hij klapt de motorkap weer dicht en kijkt Eva aan. 'Ik kan zo niet zien wat precies het probleem is, daarvoor zou ik hem in de werkplaats moeten bekijken'. Eva knikt begrijpend. 'Ik kan hem voor je laten wegslepen naar de garage' stelt hij voor. Eva knikt en spreekt met de man af waar en wanneer ze haar auto weer op kan halen. Ze neemt afscheid van de man en stapt weer bij Wolfs in de auto. 'Nu snel naar huis' Wolfs kijkt haar verbaast aan. 'Ik heb honger' glimlacht ze naar hem. Wolfs schudt lachend zijn hoofd en start zijn auto.

De volgende ochtend komt Eva de keuken inlopen op het moment dat Wolfs net een glas sinaasappelsap voor haar op tafel zet. Dankbaar wenst ze hem goedemorgen en neemt plaats aan tafel. In alle rust genieten het tweetal van hun ontbijt en zodra ze klaar zijn, gaat Eva's telefoon over. Ze neemt snel op en voert een kort gesprek. Aan de toon in haar stem kan Wolfs al raden dat ze een zaak hebben. Hij ruimt de tafel af en pakt zijn autosleutels. 'Ik neem aan dat ik moet rijden' glimlacht hij naar Eva, zodra ze haar telefoon opbergt. Eva rolt met haar ogen, maar kan een kleine lach ook niet onderdrukken. Ze trekt haar schoenen aan en loopt achter Wolfs aan de trap op.


Tussen de regelsWhere stories live. Discover now