10.10 Klem

165 9 0
                                    

Nadat Wolfs is gebeld dat Fleur een zelfmoordpoging heeft gedaan in de gevangenis, is hij meteen vertrokken uit het bureau. Eva heeft samen met Bols de verdachte uit hun zaak verhoord. Zodra Eva na haar werk de Ponti inloopt, ziet ze Wolfs met een glas whisky voor zich aan tafel zitten. Ze houdt even in, maar gaat dan toch naast Wolfs zitten. 'Hai'. Wolfs kijkt niet op of om. Hij blijft voor zich uit staren. 'Hoe was het met haar?' Nu kijkt Wolfs haar wel aan. Ze ziet een gepijnigde blik in zijn ogen. Met samengeknepen lippen schudt hij zachtjes zijn hoofd. Eva twijfelt. Ze weet dat haar partner nu niets los zal laten. Ze staat op, loopt naar de bar en pakt een peer uit de fruitschaal. 'We hebben een bekentenis. Bols heeft...' Wolfs onderbreekt haar direct. 'Ik wil die naam niet meer horen'. Eva blijft even verbluft staan, waarna ze zich omdraait en de trap weer oploopt.

Als Eva een paar uur later opnieuw de keuken inloopt, zit Wolfs er nog hetzelfde bij. Het enige verschil is dat de whiskyfles naast hem, een stuk leger is. Eva loopt naar de koelkast. Ze pakt een flesje water en gaat opnieuw naast haar partner zitten. Voorzichtig legt ze haar hand op die van Wolfs. Hij draait zijn hoofd naar haar en ze ziet een gepijnigde blik in zijn ogen. 'Het komt wel goed' probeert Eva hoopvol te klinken. Wolfs draait zijn hoofd weer van haar af. 'Ze moet daar weg' zucht hij alleen. Hij drinkt zijn glas leeg en rijkt weer naar de fles die naast hem staat. Eva is hem voor en pakt de fles voor zijn neus weg. Enigszins verwijtend, kijkt hij haar aan. Eva draait de dop van de fles en schenk een bodempje in zijn glas. 'Dit is het laatste voor vanavond' zegt ze enigszins streng, terwijl ze de fles opruimt. Wolfs wil tegensputteren, maar besluit zijn mond te houden. Het is niet Eva op wie hij boos is. Hij weet dat ze hem alleen wil helpen. Eva loopt terug naar de tafel. Ze legt haar hand op Wolfs' schouder. 'Drink je glas leeg, neem een douche en kruip je bed in. Je kunt nu toch niets doen'. Wolfs knikt kleintjes en pakt zijn glas in zijn handen.

Zodra Wolfs op wil staan, voelt hij zijn telefoon in zijn zak trillen. Hij pakt het toestel uit zijn zak en werpt een blik op het scherm. Verbaast trekt hij zijn wenkbrauwen op. Hij accepteert de oproep en brengt de telefoon naar zijn oor. 'Mevrouw Mechels' neemt hij zakelijk op. Hij luistert naar de stem aan de andere kant van de lijn. Zodra hij weer gaat zitten, kijkt Eva hem verbaast aan. Mechels belt hen normaal gesproken alleen als ze een zaak hebben, maar hun zaak hebben ze net opgelost en als het een nieuwe zaak zou zijn, zou Wolfs niet gaan zitten. Ze hoort haar partner zeggen dat hij zich machteloos voelt. Dat hij bij zijn dochter wil zijn. Ze hoort Wolfs meer tegen hun baas zeggen dan dat hij tegen haar heeft gedaan. Even voelt ze een steek van iets dat lijkt op jaloezie. Waarom praat hij wel met Mechels en niet met haar? Al snel hoort ze iets van opluchting in zijn stem. Wolfs hangt de telefoon op en legt hem op tafel. Eva kijkt hem vragend aan. 'Mechels heeft me morgen vrij gegeven, zodat ik naar Fleur kan'. Eva kijkt hem verbaast aan. Wolfs glimlacht om dit aangezicht. 'Ik weet het ook niet, maar ze zei dat ze snapt dat Fleur mij nu nodig heeft dan jullie'. Eva schudt even beduusd met haar hoofd, maar laat dan een glimlach doorschemeren. 'Fijn dat Mechels soms net een mens is' zegt ze enigszins grappend. Wolfs lacht met haar mee. Hij legt zijn hand op die van Eva. 'Eef' zucht hij haast. Zijn partner kijkt hem indringend aan. 'Bedankt'. Eva trekt haar wenkbrauwen op. 'Ik heb niets gedaan'. Wolfs glimlacht. 'Dat je er altijd voor me bent. Ook als ik het niet toelaat'. Ook op Eva's gezicht verschijnt nu een glimlach. Ze slaat haar armen kort om zijn nek. 'Altijd' fluistert ze in zijn oor. Ze laat hem weer los en verdwijnt naar boven. Wolfs kijkt haar nog kort na, waarna hij zijn spullen opruimt en ook naar boven vertrekt.

De volgende ochtend staat Wolfs redelijk ontspannen in de keuken. Zodra Eva beneden komt, zet hij een bord met een vers gebakken ei voor haar neus. Eva kijkt hem dankbaar aan en schenkt een glas sinaasappelsap in. Ook Wolfs gaat nu aan tafel zitten. Het tweetal begint aan hun ontbijt, wanneer Wolfs zijn partner even aankijkt. 'Gaat het lukken vandaag zonder mij?' Eva schiet in de lach. 'Natuurlijk gaat het lukken' knikt ze hem toe. haar lach verdwijnt langzaam. 'Doe je Fleur de groeten van mij?' vraagt ze vervolgens timide. Wolfs knikt. Hij wil net wat zeggen, wanneer Eva haar telefoon afgaat. Direct neemt Eva de oproep aan. Wolfs probeert te luisteren wat er aan de hand is, waarschijnlijk wordt ze opgeroepen voor een zaak. 'Oh nee, moet ik meteen komen?' hoort hij haar vragen. Vervolgens valt er een stilte. 'Ik vertrek binnen vijf minuten' hoort hij nog, voordat Eva ophangt. Wolfs begrijpt de hint en begint alvast met het opruimen van de tafel. 'Wat heb je?' vraagt hij geïnteresseerd terwijl hij naar de keuken loopt. Eva twijfelt even. 'Eh... niets.. ofja... Er is weer een aanslag op Bols gepleegd. Een bom onder zijn auto'. Wolfs draait zich verbaast om. 'Is hij oké?' vraagt hij twijfelend. Eva knikt. 'Hij zat er nog niet in. Maar ik moet gaan'. Ze staat op en pakt haar schoenen. Wolfs trekt intussen zijn jas aan. 'Ik loop met je mee naar boven'. Buiten neemt het tweetal afscheid van elkaar en gaat ieder hun eigen weg.

Met een kop koffie in haar ene hand, haar telefoon en sleutels in de andere en een flesje water onder haar arm geklemd, loopt Eva niet veel later de kantoortuin binnen. Ze zet haar kopje neer, wanneer Mechels haar kantoor opent. 'Wolfs, Eva!' Eva kijkt haar verbaast aan. 'Ja, eh, Wolfs is naar z'n dochter. Daar weet u toch van? U heeft die afspraak zelf geregeld'. Mechels komt op haar aflopen. 'Ja natuurlijk. Dat is ook zo, hij heeft een vrije dag opgenomen. Hè onhandig nou weer'. Eva legt haar spullen neer en trekt haar jas uit. Ze richt haar blik op het kantoor, waar ze de officier van justitie ziet staan. 'Hoe gaat het met meneer Bols?' 'Ja goed. We gaan een beveiligde plek voor hem regelen. Tot die tijd begeleid jij meneer Bols en Wolfs komt je vanaf morgen bijstaan'. Eva kijkt haar leidinggevende verbaast aan. 'Het is niet mijn idee' reageert Bols, die net aan komt lopen, direct. Eva laat zich op haar stoel zakken. 'Maar dat is toch een taak voor de Rijksrecherche?' Bols heeft direct een antwoord. 'Die missen de mankracht'. Mechels lijkt even te twijfelen, maar neemt dan toch het woord. 'Ik ben bang dat jullie een paar hele saaie dagen tegemoet gaan'. Ze krijgt een verwijtende blik van Bols. 'Ik bedoel saai, als in reuze gezellig natuurlijk' probeert ze zichzelf goed te praten. Eva knikt ongemakkelijk en richt zich op haar computer.

Tussen de regelsTahanan ng mga kuwento. Tumuklas ngayon