7.9 Eigenrichting

197 10 0
                                    

'En wie was die andere overvaller dan?' vraagt Mechels Wolfs. 'Een jongetje uit België' reageert Wolfs. 'Daarom zat hij niet bij ons in het systeem. Die gastjes kennen elkaar vanuit de koffieshop. Hij ligt nog steeds in coma trouwens'. Wolfs laat zich zakken op zijn bureaustoel. 'Hebben we nog iets van het OM gehoord over Eva?' vraagt hij zijn baas. Mechels bevestigd. 'Ze is uit de cel, maar mag met niemand dan met de Rijksrecherche contact hebben'. Wolfs kijkt even denkend voor zich uit. 'Dus je kunt haar niet thuis verwachten' vervolgt zijn baas. 'Haal je niets in je hoofd Wolfs' waarschuwt ze hem nog, waarna ze weg loopt. Wolfs reageert zwijgend met een klein knikje.

Wolfs staat op en loopt naar buiten. Hij pakt zijn telefoon uit zijn zak en toetst een nummer in. Al snel hoort hij een bekende stem aan de andere kant van de lijn. 'Hé man' begroet hij zijn oude vriend. 'Ik wil je om een gunst vragen' hij lacht even om de reactie die hij te horen krijgt, maar wordt dan al snel serieus. 'Ik heb een hypothetische vraag voor je' probeert hij zijn pleidooi in te leiden. Aan de andere kant hoort hij een zucht. 'Wat wil je Wolfs?' hoort hij na deze zucht. 'Stel dat de Rijksrecherche een agent aangehouden heeft en de rechtercommissaris wil haar ergens onderbrengen buiten de cel. Waar zouden ze dat dan doen?' Wolfs probeert hypothetisch te klinken, maar aan de andere kant hoort hij een korte stilte. 'Wolfs, wat wil je van me, ik kan zoiets toch niet delen' zucht zijn vriend. Wolfs reageert met emotie in zijn stem. 'Kom op man, jij hebt daar jaren gewerkt, jij hebt vast wel een idee. Ik zou je dit toch niet vragen als het niet nodig was, je kent me toch'. Zijn vriend zucht even. 'Wolfs, sorry. Ik kan je echt niet helpen'. Meteen wordt de lijn verbroken. Wolfs vloekt hard en slaat met zijn hand tegen de muur. Hij stapt in de auto, een tijdje blijft hij zitten, denkend over zijn volgende stap. Ineens hoort hij zijn telefoon piepen. Hij kijkt op zijn scherm en ziet een bericht van een onbekend nummer. Wolfs opent snel het bericht en ziet een adres verschijnen. Er verschijnt direct een glimlach op zijn gezicht. Zijn vriend heeft hem toch nog kunnen helpen.

Snel stelt Wolfs zijn navigatie in op het adres dat hij zojuist ontvangen heeft. Hij rijdt de parkeerplaats af en luistert naar de aanwijzingen van het apparaat. Tijdens de rit bedenkt hij hoe hij Eva kan spreken. Als hij zijn partner een beetje kent, weet hij dat ze er alles aan zal doen om even buiten het zicht van de KLPD te komen. Eva heeft het niet op mensen die ze niet goed kent en kan het beste ontspannen als ze alleen is. Wolfs denkt even na. Het liefst zou Eva een rondje gaan hardlopen natuurlijk, maar die ruimte zal ze niet krijgen. Hij weet zeker dat ze haar hoofd leeg wil maken. Zodra hij de parkeerplaats van het hotel oprijdt, krijgt hij een idee. Hij loopt naar de receptie en boekt een kamer. Meteen vraagt hij naar de ontspanningsruimtes die ze hebben in het hotel. De receptioniste vertelt hem over alle faciliteiten die ze bieden. Wolfs loopt naar zijn kamer en denkt na. Hij heeft een plan, hij hoopt maar dat hij zijn partner goed genoeg kent.

Niet veel later stapt Wolfs de sauna van het hotel in.Hij gaat in een hoek zitten en wacht af. Hij hoopt maar dat zijn idee juist is en dat Eva ook voor de sauna zal kiezen om zich even te kunnen ontspannen. Gespannen wacht hij af. Hij zit er al een hele tijd, wanneer hij de deur open hoort gaan. Even maakt zijn hart een sprongetje. Hij kent zijn partner echt! Wolfs ziet hoe Eva de sauna inloopt, ze draait de zandloper om en gaat zitten. Wolfs kijkt even naar haar. Ze lijkt duidelijk te denken dat ze alleen is. Eva zucht een keer diep, ze sluit haar ogen en legt haar hoofd in haar nek. Geruisloos staat Wolfs op. Hij loopt richting Eva en ziet hoe ze even haar nek los probeert te draaien. Wolfs gaat er vanuit dat de KLPD buiten op haar staat te wachten, ze moeten dus stil zijn. Hij legt zijn hand op haar mond, om haar het zwijgen op te leggen. Eva kijkt in paniek naar links, waar Wolfs haar direct sust om stilte blijven. Zodra Wolfs ziet dat Eva hem heeft herkend, haalt hij voorzichtig zijn hand van haar mond. Hij laat zijn vingers even op haar wang rusten, waarna hij naast haar gaat zitten. Hij kijkt naar haar, terwijl Eva voor zich uitstaart. 'Heb jij Daan de Vos vermoord?' vraagt hij fluisterend. Eva kijkt hem ongelovig aan. Ze kan niet geloven dat Wolfs haar deze vraag stelt. Zwijgend richt ze haar blik weer naar voren. Een lange stilte volgt. Wolfs weet niet goed hoe hij deze stilte op moet vatten. Hij hoort Eva diep zuchten en besluit het gesprek weer te starten. 'Wat je ook gedaan hebt. Ik sta achter je' zegt hij zacht. 'Maar wat deed je bij dat clubhuis?' Eva kijkt hem even aan. 'Ik weet het niet' zegt ze twijfelend over zichzelf. 'Ik probeerde Tonya...' ze denkt even na over hoe ze het uit wil leggen. 'Ik hoopte dat ik er achter kon komen waar ze was' fluistert ze. Wolfs knikt haast onopmerkelijk. Nu is het Eva die zich tot Wolfs richt. 'Heb jij hem vermoord?' Wolfs kijkt haar verbaast aan. 'Misschien dacht je dat ik een alibi had' vervolgt Eva zachtjes. 'Nee' fluistert Wolfs met frustratie in zijn stem. Hij ziet een twijfeling in Eva's ogen. 'Met jouw wapen? Denk je dat ik gek ben?' Wolfs probeert zijn boosheid in te houden. Voor Eva lijkt het vooral een bevestiging. Ze praat rustig door. 'Als jij het niet gedaan hebt en ik heb het niet gedaan. Wie dan?' Wolfs schudt even zijn hoofd. 'Kris de Vlier' zegt hij daarna direct. Eva kijkt hem ongelovig aan. 'Kris was bij me op de avond dat Daan de Vos is vermoord. Ik heb hem verteld dat de Vos de Hawkwins op ons afgestuurd hebben. Toen hij weg ging zei ie dat ie hem wilde vermoorden'. Eva kijkt hem verbaast aan. 'Hoe komt hij dan aan mijn wapen?' Ze schrikken op van geklop op de deur. 'Van Dongen, we hebben je nodig'. Meteen gaat Wolfs weer in de hoek van de sauna zitten. 'Ja momentje!' roept Eva naar de deur. Ze kijkt even naar Wolfs voor ze opstaat. 'Ik ga het uitzoeken' probeert Wolfs haar gerust te stellen. 'Hoe nemen we contact op?' Eva twijfelt even. 'Ik eh.. Ik verzin wel iets'. Snel staat ze op en verlaat de sauna.

Tussen de regelsWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu