"She ' s standing there, and look at me. But in her eyes, I see she is afraid of me"
Weer een nieuwe dag.
Een nieuwe dag, vol saaie lessen en school stuff.
En dan aan het eind van de dag, ga ik naar het ziekenhuis.
Voor mijn opa.
Hij is van de trap afgevallen en dat kwam hem duur te staan.
Mijn opa, is echt het enige ,échte familielid die ik ken.
Hij is geweldig.
Hij is opa.
Gewoon mijn opa.
Als een gek ren ik richting zijn afdeling.
Eenmaal daar aangekomen, doe ik de deur open en hij glimlacht warm naar mij, zoals altijd.
Ik grijns en ga bij zijn bed zitten.
'Hoi opa.'
'Hallo, jongen. Hoe gaat het?'
De O' zo gevreesde vraag.
Zal ik hem eerlijk beantwoorden deze keer?
'Slecht.'
'Huh? Wat is er aan de hand, jochie?'
'Ik ben verliefd. Hartstikke verliefd. Maar zij moet mij niet.' Zucht ik en wendt beschaamd mijn hoofd richting de vloer.
'Och jongen. En wie is de gelukkige dan wel niet?'
'Lente.'
'Lente? Dat meisje van hier tegenover? Die nu in de gang staat?'
Mijn ogen sperren zich wijd open.
Ik draai mij om, en inderdaad.
Daar staat Lente in de gang.
YOU ARE READING
Ik ben niet bang
PoetryHaar ogen glinsteren. Niet van blijdschap en vreugde. Maar, van verdriet en pijn. Even omvat mijn hand, lieflijk haar zachte wang. Mijn hoofd komt dichterbij, en ik laat mijn hoofd tegen de hare aan rusten. 'Je kan het. Jij bent sterk. Jij bent míj...