54) de echo van Lorelei

19 3 0
                                    

Arent onderging het eten en deed alsof hij niet doorhad wat hij net gehoord had. Hij bleef oppervlakkig en zei niet veel meer dan moest. Het ging toch maar over koetjes en kalfjes. Zijn hoofd. Z'n ribben.

Machteld zelf zei helemaal niets.
"Machteld is er iets?" vroeg Gijsbert voor de zoveelste keer bezorgd.
"Nee hoor" zei ze "helemaal niets."

Ook zij onderging gewoon het eten. En was als eerste weg. Arent keek haar achterna.

"Heb je nog iets van Lorelei gehoord?" vroeg Gijsbert plots, "het is jammer dat ze zo plots vertrokken is."
Arent schudde traag zijn hoofd.

"Nee ze zal nog onderweg naar huis zijn" loog hij.
"Jammer" zei Gijsbert "jullie zijn een leuk stel."
"Ja" zei Arent zijn woede inhoudend "dat zijn we inderdaad."

De voedster van Machteld stond zenuwachtig in de hoek te wachten en prulde aan een velletje aan haar nagel.
"Ik ga op bed liggen" zei Arent en hij stond recht.
"Dat is goed" zei Gijsbert "rust maar zoveel uit als nodig."

Arent lachte vals.

Hij liep door de zijdeur van de eetzaal. Dat was sneller dan terug over de ridderzaal te gaan. Vanuit zijn ooghoek zag hij de voedster naar Gijsbert toelopen.

Arent had al enkele stukjes van de puzzel begrepen. Machteld was afstandelijk door iets en de voedster wist waarom. Achter de deur bleef hij staan. En die deur was gelukkig dichterbij dan die bij de ridderzaal, maar eveneens uit dik eikenhout.

"Heer Gijsbert ik moet u dringend iets zeggen. Iets dat ik niet meer kan verzwijgen."

Gijsbert keek haar verbaasd aan.
"Wat is er dan?"
Ze nodigde zichzelf uit op een stoel.

"Toen vrouwe Lorelei bleef slapen, moest ik van vrouwe Machteld wakker blijven. We zijn om middernacht naar haar kamer gegaan. Ik mocht niet mee binnen en mocht niets zeggen, maar nu ik de bisschop hoor..."

Gijsbert schudde zijn hoofd in verwarring.
"Kalmeer" zei hij "kom tot de kwestie. Wat is er?"

Arent duwde zijn oor nog wat meer tegen de deur. Als die voedster in haar enthousiasme nog wat harder ging brullen kon hij meer verstaan.

"Vrouwe Lorelei moest vertrekken. Ze beval het zelfs. Ze mocht niet meer terugkomen om Arent te zien. Niet hier, niet ergens anders."

Gijsbert wreef met zijn hand over zijn voorhoofd.
"En daar ben je zeker van?"
"Heel zeker heer Gijsbert. Om middernacht. Niet veel later moet vrouwe Lorelei vertrokken zijn."

Arent trok zijn hoofd weg.
Had hij dit goed gehoord?
Gijsbert heeft Lorelei weggestuurd? En dan flemen hoe goed ze samen passen! Het lef dat je moet hebben.

"Heb je Lorelei zelf zien vertrekken?"
"Nee heer dat niet. Machteld is eerst zelf gegaan. En ik ben haar gevolgd uiteraard. Maar nu ik de bisschop heb horen zeggen wat er met Arent allemaal aan de hand is vond ik dat u dit toch moest weten. Maar niet aan vrouwe Machteld vertellen. Ze zal woest zijn op mij."

Gijsbert had er het raden naar waarom Machteld Lorelei zou wegsturen. Ze had er geen reden toe. Of toch geen die hij kende. Maar wat hij nu wel wist was dat Machteld het er moeilijk mee heeft dat ze het gedaan had.

Arent ondertussen stormde naar boven met wankelende benen en zwarte vlekken voor zijn ogen. Tranen liepen over zijn wangen.

"Lorelei stop met zingen. Eventjes. Alsjeblieft ik heb stilte nodig!"

Een dienaar die voorbij liep keek vreemd op.
"Heeft u hulp nodig heer?"
Arent sloeg hem weg.
"Ik heb niemand nodig!"

De dienaar krabbelde overeind en liep snel de trappen af. Arent bleef in zichzelf praten.

"Lorelei alsjeblieft. Blijf niet in m'n hoofd zingen. Ik wil je in het echt horen. Weldra zullen we daar alle kans toe hebben! Ik weet alles. Ik weet hoe we samen zullen zijn!"

Lorelei (herschrijven)Where stories live. Discover now