Hoofdstuk 26

4.4K 138 99
                                    

Pov Paige:

"Alsjeblieft. En morgen breng ik je naar school." zegt Caiden en gooit mijn tas op de grond.

Voor deze keer vind ik dat helemaal niet erg. Als het nu regent is het morgen heel vochtig buiten, en met tegenwind kom ik dan waarschijnlijk nat aan op school.

Als het morgen al niet gewoon regent.

"Dankjewel. En hier is je post die de postbode aan me gaf. Vreemde gast." zeg ik.

Ik geef Caiden de 2 brieven en het kleine pakketje dat ik uit mijn tas haal.

Hij fronst bij het zien ervan, maar ik let meer op het feit dat hij doorweekt is door de regen en nu de vloer onder drupt.

"De vloer wordt drijf nat, moet je niet iets anders aan-"

"Hoe zag die postbode eruit en wat was er vreemd aan hem?" onderbreekt Caiden me.

Oké prima, dan wordt het hier toch lekker een mini zwembad.

Hoe zag hij eruit... dat kan ik beschrijven, maar wat er nou vreemd aan hem was weet ik eigenlijk niet.

Gewoon het totale gevoel dat hij me gaf.

Waarschijnlijk had ik 2 weken geleden niets vreemd aan hem gevonden, maar in dit hele wereldje waar Caiden me gedwongen in meesleept is niets normaal.

"Nou hij leek een beetje Italiaans, ongeveer jou leeftijd, en hij was vreemd maar waarom... weet ik niet precies. Misschien omdat hij wist dat ik hier heen ging, terwijl ik ook rechtdoor had kunnen fietsen. En zijn stem. Het leek alsof ik die herken maar toch ook niet." beschrijf ik uitgebreid.

Caiden denkt even na en knikt langzaam. Zoals altijd weet hij iets wat ik niet weet, en deelt die informatie ook niet.

"We hebben een brievenbus, goed verscholen waar maar één vaste postbode die kan vinden. Bewakers halen de post op. Hij was geen postbode." zegt Caiden dan.

Kippenvel verschijnt op mijn armen. Was het weer een Rogue die Caidens dode zusje zoekt? En waarom? Of was het een test?

En wow, Caiden deelt zijn informatie! Of een klein deel er van.

"Ik zal dit zo lezen maar het is waarschijnlijk niets. Alleen om de schijn op te houden."

Dan gooit hij de post op mijn bed en richt zijn aandacht op mij.

Zijn ogen scannen me en de kleding die ik aan heb.

Mijn wangen worden rood, aangezien dit Caidens kleding is en ik die zonder te vragen heb gepakt. Niet dat ik een andere optie had.

"Dat is mijn kleding, schatje. Staat je goed. Maar geef nu maar terug. Het is namelijk van mij." zegt hij met een gemene grijns.

Oh! De klootzak! Gaat hij het zo spelen... nou, dat kan ik ook.

Ik trek eerst de sokken uit, en zeg dan:

"Je krijgt het nu gelijk terug. Ik ga wel naar beneden zonder kleding, waar die strijders of krijgers of what ever zijn. Die willen vast wél hun kleding en kamer delen met me."

Onschuldig glimlach ik en maak dan aanstalten om de hoodie uit de trekken en loop naar de deur.

Ver kom ik niet, want Caiden duwt me tegen de muur. Zijn ogen zijn rood met zwart.

"Nee dat willen ze niet, alleen ik wil dat. Zo lang als we hier zijn blijf je bij mij en verlaat mijn zicht niet." zegt hij met opeen geklemde kaken.

Ha. Dat had dus het gewenste effect, Caiden is echt snel jaloers.

"Dus het is oké als ik je kleding draag?" vraag ik voor de zekerheid.

He's The Alpha (dutch!) Kde žijí příběhy. Začni objevovat