21. Eenentwintig

1.2K 74 13
                                    

Ik opende de deur en liep naar de trap doe om het gebouw te verlaten en zag dat Jonas met zijn rug naar me toe op een muurtje zat. 'Jonas,' Riep ik met een gedempte stem zodat hij niet zou schrikken. Hij wierp een blik over zijn schouder en keek me recht in de ogen aan, en daar bleven ze ook op gericht.
'Je ziet er mooi uit'. Complimenteerde hij me. Ik lachte lief en schudde mijn hoofd. We zijn niet gelijk vrienden omdat we nu samen naar een feest gaan. 'Waar is je auto?' Hij ondernam meteen actie en wees naar een zwarte auto, toen hij me in wilde laten stappen stak ik mijn hand op en draaide ik mezelf om. 'Thomas komt er nog aan!' Herinnerde ik mezelf weer. Jonas leek even teleurgesteld maar hij herstelde zichzelf en glimlachte. 'Oké' Antwoorde Jonas simpel.

Ik liet de gordel hangen, zodra ik aan dat ding kwam was ik een half uur bezig om te zorgen dat hij vast bleef zitten. Dus besloot ik om de strijdbijl even te begraven deze avond. Thomas zat op de achterbank en Jonas stapte net in de auto.
De rit was bes rustig, en het was me opgevallen dat Jonas me eigenlijk niet eens had bekeken. Zou hij gelogen hebben? Misschien vindt hij me er wil lelijk uitzien? Ik keek even naar Thomas die net zo vaak als Marco op zijn telefoon zat. Ik wierp mijn ogen weer op de weg en beet op mijn lip. Wat is er toch met me aan de hand? Waarom voelt het zo alsof ik iets verkeerds heb gedaan? Ik had niet tegen Jonas gezegd dat Thomas mee zou rijden maar daar ga je toch niet moeilijk over doen?
Nog eens bekeek ik Thomas die ondertussen zijn oordopjes had ingedaan en blijkbaar naar muziek luisterde, hij droomde weg toen hij uit het raam staarde. Ik had eerder het gevoel dat we naar een begrafenis reden in plaats van een studentenfeest. 'Is er iets?' Onderbrak Jonas de stilte dat tussen ons tweeën hing. Ik schudde mijn hoofd, 'Hoelang nog? Ik heb teveel energie,' Loog ik. Hij tuitte zijn lippen en na een paar seconden knikte hij naar rechts. Ik volgde zijn beweging en zag een huis tevoorschijn komen waar een paar mensen op het gazon stonden de kotsen. Ik trok een walgend gezicht en hoorde dat Jonas lachte.
'Noem je dat plezier?' vroeg ik achterdochtig, 'Nee dat noem ik een aankomende kater', terwijl ik mijn ogen rolde zette de Jonas ergens op het gazon de auto neer en stapte ik uit. De luide muziek drong mijn oren binnen en de lucht van drank vulde mijn neusgaten.

Met liefde en plezier wilde ik weer de auto instappen maar Thomas trok me mee, 'Nee nee, je gaat naar binnen'. Droeg hij me op. Ik jammerde wat en ging met volle tegenzin achter Thomas en Jonas aan. Voordat ik naar binnen liep viste Jonas naar mijn hand, ik keek hem verbaasd aan maar hij negeerde mijn blik. 'Gast. Wat doe je?' Riep ik boven de muziek uit.
'Als je wilt dat er niet van zulke idiote jongens..' Ik trok mijn hand los van de zijne en schudde mijn hoofd. 'Ik heb geen babysitter nodig, ik kom hier om 'plezier' te maken Jonas, geef me dan ook de ruimte om dat te kunnen hebben.' Ik had spijt van wat ik gezegd had, hij zag er even gekwetst uit maar daarna knikte hij, 'Wat jij wilt prinses.' Zei hij op een ijzige toon. Hij rechte zijn rug en verdween in de mensen massa waar iedereen stond te dansen of te schuren. 'En noem me geen prinses', mopperde ik zacht. Ik zuchtte en keek om me heen, over Thomas gesproken. Die was ook nergens meer te bekennen.


Goed gedaan Allyson. Je staat er alleen voor, net zoals je wilde.

Gelukkig is er altijd eten op een feestje te vinden. Zo niet. Dan noem ik het geen feest. Ik baande me een weg tussen de mensen op zoek naar de keuken, moeilijk was het niet te vinden. Maar dan, het meest schokkende beeld dat nu voor altijd op mijn vliezen gebrand staat.


Er. Was. Niks. Te. Eten.

Jonas. VOLTOOIDWhere stories live. Discover now