'Wat handig dat je vriendje je problemen voor je oplost', sneert Douwe. Die opmerking krijg ik ook wel vaker te horen. Meestal reageer ik geïrriteerd, maar dit keer houd ik mijn mond. Ik ben misselijk van de gedachten aan wat Noah zo moet gaan doen.

'Kijk Emily het is heel simpel', begint Sebastiaan. Ik wil hem toebijten dat ik geen kleuter ben, maar ik heb al genoeg discussie gevoerd voor één nacht. 'Je bent een moordende rol. Zolang we hier in het dorp vastzitten en je nog leeft ben je dat.'

Samen met Noah zit ik in de loods. Door de ramen is te zien dat het al donker is. Donkere wolken pakken zich opeen en lijken mijn humeur te representeren.

'We kunnen niet anders Em', zucht Noah vermoeid. Het is duidelijk dat we dit gesprek al vaker hebben gevoerd.

'Jawel, maar je weigert het gewoon te zien. Deze voorwerpen zijn aanwijzingen!' Ik gebaar naar de tafel waar nu slechts een paar spullen liggen. Noah rolt met zijn ogen.

'De bazen willen ons gewoon gek maken', kreunt hij. Het is duidelijk dat hij me naïef vindt.

'Liever gek dan een moordenaar', mompel ik zacht.

'Wat?' Ik schud mijn hoofd. 'Wat zei je?' Die opmerking was niet eerlijk, dat weet ik ook wel, zeker niet tegen Noah. Hij heeft al meerdere keren de moorden op zich genomen omdat ik weigerde en Sebastiaan me anders iets aan zou doen. Ik zou op zijn minst mijn best kunnen doen om een beetje dankbaarheid te tonen.

'Het spijt me, zo bedoelde ik het niet.' Noah geeft geen antwoord, maar staart naar de tafel in de hoek. Hopelijk overweegt hij de mogelijkheid om samen te werken met de niet-moordende rollen. 'Waarom neem je eigenlijk steeds die moorden over?' Noah begint te grijnzen en haalt zijn vingers door zijn haar.

'Omdat ik weet dat je het haat.' Dat is niet bepaald een antwoord naar mijn idee.

'Jij haat het ook.' Dat weet ik zeker. Hij had het me vaak genoeg zelf gezegd. Daarbij is het te zien aan hoe hij erover praat. Hij zit dwars op zijn geweten en knaagt aan hem. Als er iemand is die mijn steunt in mijn idee om samen te werken met de anderen is hij het wel.

'Ik red het wel, want anders ben ik veel te bang dat ik jouw mooie glimlach nooit meer zie.' Hij legt zijn hand zo dat onze vingertoppen elkaar raken en ik trek voorzichtig mijn hand terug. Ik ben hem dankbaar voor zijn hulp, maar ik voel niet hetzelfde voor hem. De enige me wie ik mezelf zou kunnen voorstellen is Thomas, ondanks dat we alleen vrienden zijn. Noah lijkt de kleine afwijzing te negeren en gaat door op een ander onderwerp.

'Dus? Je denkt echt dat die rotzooi aanwijzingen bevat?'

'Ik ben er zeker van.'

'Jij blijft gewoon hier!', schreeuwt Sebastiaan. Hij laat mijn jas eindelijk los en smijt me naar achteren. Met mijn hoofd knal ik tegen de muur. Er verschijnen zwarte vlekken in mijn gezichtsveld en ik zie Demi's gezicht boven me opdoemen. Haar zwarte krullen vallen bijna in mijn gezicht.

'Aan vechten met elkaar hebben we niets.' Ze helpt me overeind. Demi is meestal net als ik stil, al voert zij de moorden wel zonder protest uit. Sebastiaan stampt heen en weer door het hol terwijl hij zijn best doet om te kalmeren. Hij weet dat hij er niets aan heeft om mij te vermoorden.

'De anderen willen hetzelfde als wij, zij willen ook vrij zijn. Als we gewoon samenwerken kunnen we een uitweg vinden.' Sebastiaan slaakt een woeste kreet.

'Wil jij je familie ervoor opofferen?' Hoewel ik het al vaak genoeg heb gezegd lijkt hij maar niet te begrijpen dat ik niet geloof dat de bazen onze familie iets aan zouden doen, mits ze dat niet al gedaan hebben. Ze zouden hun dreigmiddel verliezen en dat is het enige waar het voor bedoeld is. Ik geloof niet dat de bazen zo wreed zijn als dat hier in Mystic Valley wordt beweerd, tenminste niet voor een rede. Ze doen dit niet omdat ze het leuk vinden om te zien hoe we elkaar vermoorden. Er moet een verklaring achter zitten, iets waardoor het nut heeft. Niemand lijkt de echter te willen horen.

'Als we ons gewoon bekendmaken en stoppen met de moorden is dit alles voorbij en kunnen we ons eindelijk focussen op wat echt belangrijk is en dat is het vinden van een uitweg.'

'Oh ja? Denk je dat ze ons zomaar accepteren?' Dreigend komt hij dichterbij. 'Ze accepteerden Carmen anders ook niet.' Een paar weken geleden was er bij een dorpsvergadering daadwerkelijk iets ondernomen. Carmen was vermoord en Sebastiaan leek daar echt door van slag. Misschien heeft hij ondanks alles toch wel een bepaald groepsgevoel. 'Als jij het waagt om iets te zeggen, ben jij de volgende.'

'Thomas?' We zitten samen in het bos bij de omgevallen boom waar we altijd zitten. We hebben er bewust voor gekozen om niet bij het meer te zitten aangezien we de eventueel gevonden kunnen worden. Het is beter als niemand weet dat we vaak samen zijn, aangezien de moordende rollen het tegen me kunnen gebruiken. Ze zouden dreigen hem iets aan te doen om mij moorden te laten plegen. Thomas kijkt op van het boek en kijkt me aan.

'Ik moet je iets vertellen.' Hij merkt de serieuze toon in mijn stem op, slaat meteen zijn boek dicht en schuift dichter naar me toe.

'Wat is er?' Ik bijt op mijn lip. Zo vaak heb ik dit gesprek al in mijn gedachten gevoerd, maar in het echt is het zoveel erger. Wat als hij het niet zou accepteren en me wel zou laten executeren? Ik adem diep in en bereid me voor op het ergste.

'Ik hoor bij de moordende rollen. Zelf heb ik nog nooit een moord gepleegd, maar mijn rol bepaald wel dat ik bij hen hoor.' Aarzelend kijk ik hem aan om zijn reactie te zijn, maar hij lijkt vooral medelevend.

'Zoiets vermoedde ik al om eerlijk te zijn', bekend hij met een flauwe glimlach. Beseft hij zich wat dit betekent? Waarom heeft hij me nog niet aan gegeven bij de hoofdcirkel? Hij hoort zelf nota bene bij de hoofdcirkel!

'Je gaat me niet aangeven of zoiets?' Hij glimlacht opnieuw. Voorzichtig strijkt hij een pluk haar uit mijn gezicht.

'Hoe zou ik dat ooit kunnen doen?' Zijn reactie zou me gerust moeten stellen, maar het maakt eigenlijk niets beter. Hij riskeert nu ook een hoop.

'We kunnen niet samen overleven. De regels van de bazen verbieden het.' Dit gaat in tegen alles wat ik eerder heb gezegd. Ik geloof dat er een derde mogelijkheid moet zijn en dat we die met zijn allen kunnen vinden. Thomas pakt mijn hand vast en kijkt me ernstig aan.

'Daarom spelen we ook niet volgens hun regels.'

Onrustig loop ik door het bos. Ergens moet ik een aanwijzing achterlaten. Nadat ik Thomas had verteld welke rol ik ben, weet ik al wat eraan zit te komen. Ik ben er bijna zeker van dat Sebastiaan nu daad bij woord zal voegen. In ieder geval zal ik niet sterven zonder mijn plannen door te zetten. De rest zal gezamenlijk overleven. De enige veilige plek die ik kan bedenken is de plek die alleen Thomas kan vinden. Het metalen hart voelt koel onder mijn vingers. Hopelijk zal Thomas de aanwijzing begrijpen.


Untold Tales (Nederlands)Where stories live. Discover now