Part sixty - three

10.6K 207 5
                                    

POV Brooke

Ik weet niet wat ik moet zeggen. 'Het spijt me.' fluister ik. Hij kijkt me aan en glimlacht geruststellend. 'Waarvoor?' 'Ik had dezelfde keuze gemaakt.' zeg ik enkel. 'Ik vertrouwde je.' fluister ik. 'Brooke, je heb al het recht om kwaad te zijn. Ik wilde gewoon dat je wist waarom ik het deed.' zegt hij met een terugstellende glimlach. 'Ik had Lydia niet verteld wat je had gedaan. Ze was zo ongerust, ze had weken niet van je gehoord en hetzelfde geld voor Nathan en Cameron. Ze waren er kapot van toen ze erachter kwamen.' Hij kijkt voor zich uit maar zegt niks. 'Zei zijn kwader op je dan ik ben.' fluister ik. Hij knikt ligt en bijt zijn kaken op elkaar. Kort kijkt hij me aan maar meteen zie ik de tranen glinsteren in zijn ogen. Hij staat op en haalt diep adem, hij haalt zijn handen door zijn haar en veegt over zijn gezicht. 'Kom. ik breng je terug. Aiden is vast ongerust.' zegt hij. Ik sta op en knik. Hij loopt net zoals net vooruit en ik loop rustig achter hem aan. Ik weet niet wat ik moet zeggen. Als je die foto's ziet snap ik echt waarom hij het heeft gedaan. Ik had hetzelfde gedaan als ik zulke foto's had gekregen van mijn moeder maar hij had me de waarheid kunnen vertellen. Ik had hem kunnen helpen. Ik zucht en loop door zonder op te letten waar ik heen loop. Met mijn blik op de grond gericht loop ik door. 'Je had het moeten zeggen.' zeg ik. Ik sta stil en hij draait zich naar me om. 'En dan?' verslagen laat hij zijn armen hangen. 'Ik had je toch kunnen helpen, wij hadden je kunnen helpen. Jij hoort ook bij dat zooitje van Aiden met die wapens en shit. We waren toch vrienden.' 'En dan het risico lopen dat mijn zus wat aangedaan werd of jij. Hij garandeerde me dat hij jou toch niks aan zou doen en mijn zus zou vrijgelaten worden. Ik wilde en kon het risico niet lopen.' zegt hij terwijl er enkele tranen over zijn gezicht lopen. Ik loop langzaam naar hem toe en sla kort mijn armen om hem heen. Kort slaat hij een arm om me heen maar dan lat ik hem los. Hij glimlacht klein naar me maar draait zich dan om naar de auto. Ik loop achter hem aan en stap naast hem in. Hij start de motor en rijd weg.

'Waar moet je heen?' 'Doe maar naar Aiden.' zucht ik. Hij knikt. Hij slaat de bocht om en staart voor zich uit. Net zoals op de heenweg knijpt hij met een hand in het stuur en met zijn andere hand ondersteund hij zijn hoofd. Ik haal een keer diep adem en vis mijn telefoon uit mijn broekzak. Ik zet het terug aan en meteen ontploft mijn scherm. tweeënveertig gemiste oproepen van Aiden, drieëntwintig van Cam en zesentwintig van Nath. Ik zucht en lees de vele berichten globaal. Ik druk mijn telefoon terug uit en kijk voor me uit. 'Hoeveel gemiste oproepen heb je gemist?' vraagt hij terwijl hij het oogcontact met de weg niet verbreekt. 'Genoeg.' mompel ik. 'Nou, we zijn er.' zegt hij terwijl de auto tot stilstand brengt. Ik knik en kijk hem aan. 'Ga nou maar, zo meteen word ik echt vermoord door dat fantastische vriendje van je.' grinnikt hij. Ik grinnik en stap uit. Ik loop naar de voordeur en voordat ik naar binnen stap draai ik me naar hem om. Ik zie hem nog net de hoek omslaan. Ik haal een keer diep adem. Ik draai me om en open de deur. Ik loop naar binnen en stilte heerst door het huis. Zacht laat ik de deur in het slot vallen. Ik trap mijn schoenen uit en leg mijn tas neer. Ik slof door de gang naar de woonkamer en alle drie zitten ze met gebogen hoofd zenuwachtig op de grond te tikken.

'Depressieve sfeer hangt hier zeg.' zeg ik terwijl ik mijn armen over elkaar sla. Alle drie staan ze gelijk op en kijken me verwilderd aan. 'Jij dacht, ik vond het zo leuk de eerste keer meegenomen worden, laten we het nog een keer doen.' zegt Aiden spottend. Ik zucht maar zeg niks. 'Wat als hij je opnieuw had meegenomen? Dan was ik je weer kwijt geweest. En wanneer ga jij nou eens leren om die facking telefoon van je op te nemen als ik je bel? Zo moeilijk is dat verdomme toch niet?!' Boos kijkt hij me aan. 'Laat het nou eens tot je doordringen dat wij van je houden. Dat ík van je hou. We willen je niet kwijt en ik zweer het je, als hij je opnieuw iets flikt, ik vermoord hem.' zegt hij wijzend naar me. 'Klaar?' vraag ik hem. Hij rolt met zijn ogen maar laat zijn armen rustig langs zijn lichaam hangen. 'Ik heb alleen met hem gepraat, meer niet.' 'Hij heeft je zeker een of ander lul verhaal verteld?' vraagt Cameron spottend. 'Hij liet me foto's zien van zijn in elkaar geslagen zusje. Het was zij of ik en die man zei dat hij me niks aan zou doen. Ik had dezelfde keuze gemaakt.' zeg ik rustig. 'En hoe weet je zeker dat dat de waarheid is?' vraagt Aiden nu spottend. 'Ik geloofde hem. En al hadden ze niks gedaan met zijn zus, ik snap dat je het risico niet loopt.' Alle drie zuchten ze. 'En al was er wel wat gebeurd. Dan had ik echt wel mijn telefoon weet aangezet en jullie gebeld ofzo.' zeg ik terwijl ik mijn handen in mijn zakken steek.
Aiden laat zijn hoofd hangen en bijt zijn kaken op elkaar. Ik loop naar hem toe en sla mijn armen om zijn nek. Hij tilt zijn hoofd terug op en kijkt me aan. 'Ik hou van je.' fluistert hij. 'Weet ik.' zeg ik en ik druk mijn lippen kort op de zijne.

He wants me Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu