Als Ik Zou

2 0 0
                                    

Als ik zou kunnen omschrijven, de pijn die ik nu voel. Dan zou ik misschien geholpen kunnen worden. Als ik zou kunnen inzien hoe slecht het met me gaat, dan zou ik misschien geholpen kunnen worden. Als ik zou kunnen omschrijven wat ik nu voel. Dan wist ik misschien zelf wat er aan de hand is. Eindeloos pillen slikken om een dag door te komen is niet iets wat me vreemd is. Het verlangen naar drugs is groot. Of zoals zij het noemen. Zelfmedicatie, niet voorgeschreven middelen.
Ik mis gevoel. Het gevoel dat je net die laatste tram haalt. Het gevoel dat je hebt als je dat klusje eindelijk eens doet. Het gevoel van blij zijn om iets klein. Dat zou ik graag nog eens voelen.
Nu voel ik alleen spanning. Mijn spieren. Die fysiek opspannen. En zo hard dat het pijn doet. Zo hard dat elke keer ik naar de osteopaat ga, ze me zegt dat alles terug vast zit.
Als je leeft in een wereld vol constante pijn, dan verdwijnt ze. Net alsof je iemand verliest. In het begin deed het pijn. Maar nu is het een gewoonte. Net alsof je je haar kleurt, eerst valt het op. Daarna is het doodnormaal. Maar dat is mijn situatie niet. Ik heb niemand verloren en mijn haar is zover ontbleekt dat er geen pigment meer over blijft. De pijn en het verdriet zijn niet weg te krijgen. Het is alsof je blind zou worden. Het is iets dat je misschien wel op den duur vergeet, maar dat maakt het er niet per se makkelijker op. Dat maakt het opstaan niet makkelijker. Je hebt nog altijd evenveel stem, maar hebt veel minder te zeggen. Je voelt je zwak en meedogenloos. Je leeft in een constante wereld die functioneert. Maar bij jouw zit er een bug in het programma. Functioneren lukt totaan een grens. Telefoneren is er een. Een simpel nummer bellen en een conversatie doorgaan lukt je niet. Iedere dag vragen je huisgenoten of je het nu al gebeld hebt. Maar jij zegt telkens nee, vergeten. Je wilt je zwakte niet toegeven en verteld jezelf dat het morgen wel zal lukken. Maar dat lukt het niet. Je vergeet het of durft niet. Je brein kan alles niet volgen. Afspraken vergeet je, namen ook. Je onthoud amper wat je doet en van vorig weekend kan je je eigenlijk niets meer herinneren. Het doet pijn.
Iedereen die uitgaat beleeft de coolste dingen. Ik herinner me nog dat ik een wodka redbull bestelde en even neerzat. Dat is het enigste dat ik nog weet. Mijn lichaam moet onder invloed naar autopilot gegaan zijn en alle niet nuttige informatie is verwijderd. Vrienden halen herinneringen op van vorige week en je kijkt hen aan alsof je het nog weet. Maar eigenlijk doe je alsof. Je weet niets en steekt het weg. Het gaat niet goed met je. Dat zei de dokter ook. Op de vraag hoe gaat het met je antwoordde ik vaag. Ze vatte het samen en zei:' niet goed dus'. Wat enkel maar kon bevestigen. Ze raadde een nieuwe psychiater aan maar voor een afspraak bellen lukt je niet. Je durfde het haar niet vragen om het voor je te doen. Ze gaf je een envelop mee met daarop je ontslagbrief van je opname. Je durft hem niet te openen ook al wil je het echt wel. Wat er daar geschreven wil je niet lezen. Je bent daar natuurlijk maar nummer zoveel. Patiënten weet ik veel wie. Maar jouw leven hangt er wel vanaf.
Tijdens de slam poetry die je deze avond hoorde begon je te wenen. Je hoorde het verhaal van iemand die het mentaal moeilijk had. Maar niet het verhaal van de persoon zelf. Het verhaal van de partner er achter. Die voor de persoon zorgde en hielp. Die hulp heb ik niet. Als ik lig te wenen in mijn bed omdat ik een slechte dag heb dan stuurt niemand me. Ik scherm me dan ook af. En laat niet echt iemand toe om zelfs zo dicht te komen. Ik durf me niet zwak te tonen. Zelfs al wou ik het zo graag. Ik wil laten zien dat ik doof ben aan mensen. Maar ik kan me niet verwoorden. Het gevoel van affectie voelt onwennig aan. Het voelt als een afgang. Het gevoel die je krijgt als je een mop verteld en geen respons krijgt. Het gevoel die je hebt als je de wc niet op slot deed en iemand trok hem open. Het gevoel dat iemand je komt scheren met een demi chef mes. Net alsof je gaat zwemmen in een meer en je plots iets aan je voet voelt.
Mijn lichaam heeft geen nut, mijn geest dwaalt vaak af naar het einde. Wie heeft dan ook het recht om mij in leven te houden. Wie kijkt er neer op mijn levenskwaliteit. Ik speel al dagen in mijn hoofd met euthanasie. Het gegeven op zich intrigeert me. Consent geven om mijn besef te ontnemen. Omdat ik in staat van constante pijn leef. Ik moet geen chemo doorstaan, ik kan het ook niet. Enkel pillen slikken en hopen. Mijn hoop is op. Ik wil een oplossing voor mijn leiden. One way, or another.

Story Of My LifeWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu