-08-

71 2 2
                                    

Lieve Jassie

Ik weet dat jij als eerste naar de kamer zou lopen, dus deze is voor jou.

Ik was niet gelukkig.

Het leek misschien wel zo, maar ik was het niet, al lang niet meer.

Ik ben iemand tegengekomen.

Ik begon te hyperventileren. Het laatste gedeelte van het briefje kon ik niet eens meer lezen, zo erg was het. Ik flipte totaal. En dan bedoel ik helemaal doordraaien. Ik gilde, huilde, schreeuwde zo hard dat de buren waarschijnlijk nijdig over de schutting keken. Uiteindelijk hebben ze een dokter gebeld en me verdoofd.

Wanneer ik wakker wordt, lig ik in bed. Ik zoek mijn telefoon die altijd op mijn  nachtkastje ligt (mijn wekker doet het wel, maar een telefoon is veel handiger, die wil je niet tegen de muur aangooien als het alarm af gaat) maar kan hem verdomme niet vinden. Ik knip mijn nachtlampje aan en zie dat het zes uur 's ochtends is. Het is maandag, maar school boeit me nu geen reet meer. Van de vorige avond kan ik me wel dingen herinneren, maar lang niet alles. Ik herinner me dat er een briefje lag, maar heb geen idee wat erop stond. Ik dacht zo diep na dat mijn hersenen pijn beginnen te doet. Ik probeer op te staan om wat te gaan eten en het briefje te pakken, maar ik zak weer terug in mijn bed. Ik merk dat ik knallende koppijn heb, duizelig ben en heel zwaar gevoel heb ik mijn armen en benen. Ik wacht een paar minuten en hoor een geluid. Aangezien Floris' kamer tegenover de mijne is, ga ik ervan uit dat het Floris is. Ik roep hem, en even later komt hij in een joggingbroek. 'Wat?' vraagt hij met zijn ochtendstem. 'Waarom kan ik niet opstaan?' 'Gisteravond was je een beetje te hysterisch, dus ze hebben je plat moeten spuiten. Met een middel waar je een paard nog zelfs mee verdoofd. Serieus, je was niet rustig te krijgen. Ze hebben drie, ik herhaal drie keer de dosis moeten verhogen, omdat je nog niet onder zeil was! Nu weten we zeker dat mevrouw hier nog koppiger dan een ezel is –wat zeg ik, een hele harem ezels-  en de wilskracht van een tornado heeft.' Ik staar hem gebiologeerd aan. Ben ik echt zo koppig? Blijkbaar had ik dat hardop gezegd want Floris grinnikte. 'Zei ik je toch, koppig als een harem ezels!' Ja ja lolbroek fijn dat het bevestigd is voor jou maar, help me maar opstaan.'

Nadat ik met behulp van Floris (uiteindelijk had hij me opgetild omdat dat zware gevoel maar niet wegtrok dat me steeds liet struikelen) de trap was afgegaan begon mijn maag bijna zichzelf op te eten. Zodra ik genoeg gegeten had (best veel eigenlijk, maar ja ik had gisterenavond niet gegeten) en mijn maag zichzelf niet meer opat, ging ik het briefje halen. Ik huilde niet meer bij het lezen van het briefje maar de betekenis ervan sneed nog steeds door tot in de diepste krochten van mijn ziel.

'Waar is mam?' vroeg ik aan niemand anders dan mezelf. Ik liep zachtjes naar haar slaapkamer en bleef luisteren aan de deur. Ik hoorde gesnik, wat niet erg raar is, aangezien haar man haar net heeft gedumpt, op de op een na lafste manier (de lafste manier is via een berichtje) het heeft uitgemaakt.

Turn back the time ~Dutch~Where stories live. Discover now