15

153 20 0
                                    

TE ONVERSCHILLIG VOOR POLITIEK

Lola heeft me verteld dat Greta zo zwaar is dat ze haar eigen gewicht niet aan kan. Je mag haar niet optillen, want dan breekt ze haar nek.

En ik heb nooit geweten hoe lastig het is om een reuzekonijn in een wasmand te krijgen.

Ze zit er soms wel in, maar alleen omdat we de wasmand over haar heen gooien en dan moeten we heel voorzichtig een plank onder haar lijf schuiven, maar dan spartelt ze zo dat ze weer losbreekt en weg zoeft. Ze kan niet ontsnappen uit onze tuin, maar ze waagt soms een pogingen dan dreigt alles in de soep te lopen. Fivel en ik rennen de hele avond achter het konijn aan, hijgend, lachend, gillend en struikelend.

Als we haar hebben, ben ik vergeten dat we ruzie hebben gehad.

We zitten in de auto, op weg naar Lola's huis, met Greta in een wasmand en een plank op de wasmand om haar in te sluiten. Ik moet de wasmand goed vasthouden, want als Greta één keer los komt in haar auto, dan weet ik zeker dat we haar nooit meer zullen vangen.

We staan met hijgende gezichten en rode wangen van de kou voor Lola's huis en bellen aan.

Haar moeder doet open.

Ze snapt meteen wat er aan de hand is; ze roept Lola en dan vieren we de terugvondst van Greta met een glas vieze wortelsap.

Ik blijf even zitten als Fivel bij mijn huis stopt en aarzel.

'Ik meende dat niet,' zeg ik vlug, voordat ik mezelf kan stoppen. 'Ik wil ook gewoon weer vrienden met jou zijn.'

'Ja.' Ze kijkt naar haar handen, die op het stuur liggen. Dan kijkt ze naar me opzij. 'Je wil het, maar kan je het ook?'

'Dat weet ik niet,' geef ik eerlijk toe.

Ze knikt. 'Oké.'

We blijven allebei even stil.

'Hé, en-' ze houdt me vlug tegen aan mijn arm als ik uit wil stappen, 'gefeliciteerd met je zusje, hè?'

'Ja. Oké. Bedankt.'

Dan loop ik weg.

Mijn moeder en de baby slapen al. Soms hoop ik gewoon dat ze daar zit; aan de eettafel, met haar dikke buik en haar zwangere klachten, maar ik besef me dat dat misschien wel nooit meer zal gebeuren en dat als het gebeurt, er nog een persoon - een ander persoon - aan die tafel bij haar zal zitten.

En dat dat persoon óók haar dochter is.

Slapen gaat niet meer. De muren zijn dun, té dun, want als De Baby wakker wordt, word ik dat ook. Ik weet echt wel dat mijn moeder er erger aan toe is dan ik, en in de kerstvakantie gaat het nog wel, maar ik vrees het einde van de vakantie, en misschien eigenlijk vooral omdat ik Fivel dan noodgedwongen elke dag onder ogen moet komen.

Ik zie haar die dagen nauwelijks. We vieren niet echt kerst; mijn moeder kan niet echt koken omdat ze bedrust heeft en ik kan het ook niet. Ik bak in mijn eentje koekjes en versier ze, bedenk me dat dit zoveel leuker geweest zou zijn met Fivel er bij, maar ik durf haar niet te bellen. Mama en ik eten ze samen op op haar bed. Dan kijken we een kerstfilm terwijl zij De Baby heen en weer wiegt en het voedt en het knuffelt.

Ik zie al op tegen oud en nieuw. Door de jaren heen, is het vaak een dag geweest waarop ik sowieso weinig slaap kreeg, maar weinig slaap krijgen door een feestje is heel wat anders dan weinig slaap krijgen door een baby die steeds wakker schrikt van het vuurwerk en er om krijst. Lola viert het met haar ouders. Floor ook. Ik ken Guido en Olivier niet zo goed en durf ze niet te vragen en Fivel durf ik al helemaal niet te vragen.

De macht der gewoonteWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu