9

185 21 0
                                    

DERDE WIEL AAN DE WAGEN

'Het helpt echt hoor.'

'Ja?'

'Ja.'

Ik lach. 'Ik merk het nog niet.'

'Je moet gewoon nog even blijven liggen.'

Ik heb Fivels kleren aan. Ik heb haar trui aan, ik heb haar broek aan en ik heb zelfs haar sokken aan. Mijn haar is nat, mijn neus is rood van de kou en mijn vingers tintelen nog steeds.

Haar haar wordt statisch van het dekbed. We zijn in de zoom van haar deken gekropen, omdat Fivel beweert dat het helpt als je verdrietig bent. Je eigen tentje, zei ze, het is alleen geen tent en we zijn ook niet buiten.

Ze heeft wel een beetje gelijk. Het is als een klein wereldje. Het licht valt nog door de hoes van de deken heen, en onder ons ligt de zachte binnenkant van de echte deken. We liggen op onze zij en kijken naar elkaar. Buiten tikt de regen tegen de ramen aan.

Ze veegt mijn traan weg. 'Niet om huilen,' zegt ze dan. 'Vaders zijn kut.'

Ik lach, maar huil toch.

Ze blijft mijn tranen wegvegen. Dan zelfs mijn snot, maar wel met haar mouw. Ze leunt op haar elleboog.

'Stop.'

Fivel heeft niks gevraagd. Ze heeft me gewoon laten bestaan, ze heeft me gewoon laten huilen en snotteren, en ze weet nog steeds niet wat er precies gebeurd is, maar ze laat mijn verdriet er gewoon zijn, en meer wil ik niet. Ze lijkt het ook niet te hoeven weten. Ze begrijpt het gewoon.

Ze legt haar hoofd neer. Ze pakt mijn handen, en drukt die tegen zich aan om ze te warmen.

'Waarom ben je niet boos op me?' piep ik dan, terwijl mijn schouders schokken en ik weer begin te huilen.

'Hou je bek nou gewoon.' Alleen zij kan zoiets lief brengen. Ze veegt mijn tranen weg en haalt haar vingers door mijn haar. Dan klemt ze mijn handen tussen mij en haar in door haar lichaam dichter tegen het mijne te schuiven. 'Natuurlijk ben ik niet boos op je.'

Ik begrijp zelf ook niet waar zij boos over zou moeten zijn.

'Waarom deed je zo gemeen?' piep ik dan, door mijn tranen heen. 'Op Timo's feestje?'

Ze zegt eerst niks. Ze kijkt me kalmpjes aan, aarzelt en haalt haar schouders op.

'Sorry.'

Ik snik. 'Dat was echt heel gemeen.'

'Dat weet ik.'

'En onverantwoordelijk.'

'Dat weet ik.'

'En ook echt heel gemeen. Zoveel mensen hebben filmpjes van ons gemaakt.'

'Ja,' zegt ze zacht.

'Ze denken dat ik lesbisch ben.'

'Ja,' zegt ze dan weer.

'Met Lola!'

Daar moet ze om lachen.

'Sorry,' zegt ze dan, terwijl ze lacht, en even lijkt dat gemeen, maar dan slaat ze haar armen om me heen.

Ik staar daar, in de kleine opening tussen mijn gezicht, mijn handen en haar lichaam. Het is warm. Ze ruikt naar shampoo.

'Waarom deed je het?' fluister ik.

Ze is even stil.

'Ik was gewoon een beetje te dronken,' fluistert ze dan. 'Dan moet je je niks van me aantrekken, hoor.'

De macht der gewoonteWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu