Hoofdstuk 42 - "Nu kan ik je alles vertellen. Dit is wat ik weet."

61 4 2
                                    

"Louis.. Louis is ziek."

Dat die drie woorden mijn leven voorgoed zouden veranderen had ik toen al door. Ik kan niets zeggen. De woorden spoken rond in mijn hoofd. Louis is ziek. Louis is ziek.
Ik vergeet bijna dat er nog iemand aan de andere kant van de lijn is.

"Ziek?", weet ik met moeite te vragen. Het voelt alsof mijn keel wordt dichtgeknepen.

"Ziek," begint Lottie, alsof ze zelf ook nog niet helemaal kan geloven dat het echt waar is. Voordat ze verder kan gaan wordt er op de deur gebonsd.

"Audrey! Geef terug!", roept Louis.

"Sorry," zeg ik tegen Lottie. "Het spijt me," voeg ik er snikkend aan toe en hang op.

Ik kijk naar de deur. "Audrey! Ik weet dat je daar bent, doe open!" Ik durf het niet. Het is alsof alles echt wordt als ik de deur open doe. Alsof er nu nog niets aan de hand is. Alsof ik de waarheid kan ontsnappen. Ik kijk naar het raam. In theorie zou ik eruit kunnen klimmen en gewoon weglopen. Vergeten dat dit alles gebeurd is. Vergeten dat Louis ooit heeft bestaan.

"Ik ben niet bang om de deur in te trappen!", roept Louis. Ik open het slot en zak met mijn rug tegen de muur naar beneden. Louis' mobiel ligt in het midden van de kamer op de grond.

De deur gaat met een zwaai open. "Denk je dat dit een grap is?", vraagt Louis kwaad en kijkt om zich heen. Dan ziet hij mij zitten en doet langzaam de deur dicht. Hij pakt zijn mobiel van de grond en kijkt me een paar seconden aan.

Aan de ene kant wil ik tegen hem schreeuwen. Ik wil kwaad worden dat hij nooit iets heeft gezegd en hem dwingen om alles te vertellen.

Aan de andere kant wil ik dat hij helemaal niets zegt. Hoe minder ik weet hoe beter. Zo lang ik niets weet kan ik ook niet aftellen.

"Wat heb je gezien?", vraagt hij. Hij lijkt iets minder boos. Ik slik. "Lottie belde. Ik heb opgenomen." Louis vloekt en bekijkt zijn telefoon. "Wat zei ze?"

"Ze zei alleen 'Louis is ziek'. Geef mij maar de schuld. Ze wilde eerst niets zeggen."

Louis gaat op het bed zitten en legt zijn hoofd in zijn handen. "Het is mijn schuld," zucht hij. "Ik had het vanaf het begin moeten zeggen." "Vanaf het begin? Hoe lang weet je dit al?"

Louis' telefoon gaat weer over. Hij kijkt er even naar en haalt zijn simkaart eruit. Langzaam breekt hij die doormidden. Ik wil hem tegenhouden, maar ik besef niet eens helemaal wat hij doet. Het is alsof ik niet in dezelfde kamer ben als hij, alsof het allemaal een rare droom is. Hij loopt naar het raam en gooit de twee stukjes simkaart naar beneden.

"Zo," zegt hij en gaat tegenover mij op de grond zitten. "Nu kan ik je alles vertellen. Vanaf het begin. Alles wat ik nu ga zeggen is precies zoals het is, alles is de waarheid. Ik hou niets achter. Onderbreek me niet. Dit is wat ik weet:

Een jaar geleden kreeg ik heel erg pijn bij mijn heup, echt zo'n pijn die van binnenuit komt. Ik ging er vanuit dat het weer over zou gaan, dus ik besteedde er geen aandacht aan. Ik raakte eraan gewend en na ongeveer twee weken had ik nauwelijks meer door dat ik constant pijn had. Ik ging weer voetballen. Als er iets is dat je over me moet weten dan is dat dat voetbal heel belangrijk voor me is, maar dat had ik al eens genoemd. Dat voetballen, dat ging niet goed. Ik werd enorm misselijk. Ik zag de connectie tussen de pijn en mijn misselijkheid natuurlijk niet, dus ik gaf over en ging door. Zo ging het een week, tot mijn trainer me verbood verder te spelen. Ik moest een paar weken naar huis.

Dat hielp niet. Ik rustte uit, ik lag vrijwel constant op de bank en sliep minstens vijftien uur per dag, maar ik ging me alleen maar beroerder voelen. Eetlust had ik ook niet meer, maar ik was sowieso al geen grote eter. Ik wilde niet geloven dat er iets aan de hand was.

Een maand nadat de pijn was begonnen was mijn tante er klaar mee. Ze dwong me om naar de dokter te gaan. Volgens mij had die al gelijk door dat het heel erg fout zat, maar ze deed wat onduidelijk. Ik moest maar naar het ziekenhuis gaan. Dat deed ik.

Daar konden ze in de eerste instantie ook niets vinden. Na een week wachten deden ze twee weken lang allemaal tests. Uiteindelijk kwamen ze met het nieuws dat ik een ziekte had met een moeilijke Latijnse naam die ik al vergeten ben. Het komt erop neer dat ik van binnenuit opgegeten wordt.

Ze haalden de mensen die het eventueel iets konden schelen erbij (zoals mijn tante) en vertelden ons dat ze er niets aan konden doen. Het enige dat ze wisten was dat ik nog ongeveer een jaar te leven had."

De tranen lopen over mijn wangen. Louis huilt ook. Hij heeft dit al die tijd weggestopt.

"Ik ging weer naar huis. Ze hadden me die medicijnen gegeven die ik nog steeds gebruik, waardoor ik me beter voelde. Er bleef een soort misselijkheid, maar het was goed uit te houden. Ik besloot dat mijn zusjes niets hoefden te weten. Alleen Lot was al oud genoeg, die protesteerde gelijk. Uiteindelijk heb ik het haar ook verteld. In de week die volgde heb ik nagedacht over hoe ik mijn laatste jaar zou leven. Ik had natuurlijk die erfenis. Ik besloot een deel achter te laten voor mijn zusjes en op reis te gaan.

Een tijdje later zat ik in het park. Mijn tante liet me alleen gaan als ik iemand zou vinden om mee te reizen, dus er zat wat haast achter. Daarom was ik zo opdringerig toen ik je ontmoette."

Al de vragen die ik in het afgelopen jaar gehad heb zijn beantwoord.
Dat is waarom hij iemand zocht om mee te reizen.
Dat is waarom hij zijn erfenis in één keer op wilde maken.
Dat is waarom hij een bucketlist samenstelde.
Dat is waarom hij altijd zo geheimzinnig deed.
Dat is waarom we de laatste tijd weinig opdrachten meer doen.

Hij gaat dood.

_____________________

Hadden jullie dit aan zien komen?

Gone Girl (1D)Where stories live. Discover now